Bij alle christelijke feestdagen lezen we over engelen, maar op het pinksterfeest ontbreken ze. Rond elk heilsfeit horen we engelen spreken, maar met Pinksteren is er geen engel te bekennen. Waren ze hierbij niet nodig?
Bij de voorbereiding op Kerst komt de engel Gabriël bij Maria en bij Jezus’ geboorte verschijnen er engelen aan de herders in de velden van Efratha. In de nacht voor Goede Vrijdag wordt de Heere Jezus in Gethsémané door een engel versterkt. Bij Pasen gaat er een engel op de weggerolde steen voor het graf zitten en krijgen de vrouwen van engelen te horen: ‘Hij is hier niet, maar Hij is opgestaan.’ Met Hemelvaartsdag zeggen engelen tegen de discipelen: ‘Galilese mannen, waarom staat u omhoog te kijken naar de hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze terugkomen als u Hem naar de hemel hebt zien gaan.’ Kortom, rond al die feestdagen lezen we over engelen. In al die situaties zijn het engelen die spreken en dingen bekendmaken. Maar met Pinksteren? Er is geen engel te bekennen.
Afwezigheid is vreemd
Hoe kan dat? Zit de taak van de engelen er misschien op, nu Jezus’ heilswerk op aarde voltooid is? Nee, want later lezen we in Handelingen nog wel degelijk over engelen. Zo wordt Cornelius door een engel toegesproken om Petrus bij zich te laten komen en even later lezen we dat Petrus in de gevangenis zit en door een engel bevrijd wordt. Bij Pinksteren zijn de engelen echter afwezig.
Deze afwezigheid is vreemd, zeker als je bedenkt dat het feest van Pinksteren onder andere teruggaat op de wetgeving op de Sinaï, als Mozes vijftig dagen na de bevrijding uit Egypte de Tien Geboden ontvangt. Weliswaar lezen we in Exodus 19 en 20 als Mozes op de berg Sinaï is, niets over engelen, maar in de Joodse traditie werd de engelen een belangrijke rol toegekend voor de wetgeving.
Dit blijkt ook op verschillende plekken in de Bijbel. In Deuteronomium 33:2 zegt Mozes namelijk: ‘De HEERE is van Sinaï gekomen, als de zon kwam Hij uit Seïr op. Hij verscheen blinkend vanaf het gebergte Paran, Hij kwam met tienduizenden heiligen.’ In dit vers zou je het woord ‘heiligen’ ook kunnen weergeven met ‘engelen’, zoals bijvoorbeeld de Nieuwe Bijbelvertaling doet. Daarnaast zegt Stefanus in Handelingen 7:38 over Mozes: ‘Hij is het die in de woestijn tijdens de samenkomst van het volk bij de Engel was Die tot hem sprak op de berg Sinaï.’ Waarna Stefanus even later (vs.53) beschuldigend zegt: ‘U, die de wet ontvangen hebt door de dienst van engelen, hebt die niet in acht genomen!’, waarna Paulus in Galaten 3:19 schrijft: ‘en zij’, – dat is de wet –, ‘is door engelen in de hand van de middelaar’ – dat is Mozes – ‘beschikt.’
Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van donderdag 25 mei 2023. Neem een jaarabonnement(€ 52,50). Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actieen lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-!