Waar bent u naar op zoek?

blog

Week van gebed voor eenheid focust op het liefhebben van je naaste

Genade ontvangen

P.J. Vergunst
Door: P.J. Vergunst
Actualiteit
16-01-2024

Bijzonder aan de jaarlijkse Week van gebed is dat het thema gekozen is en dat het materiaal voorbereid wordt door christenen uit een ander land. Voor dit keer is dat Burkina Faso, gelegen in West-Afrika, een land dat in een ernstige veiligheidscrisis verkeert.

Een week van gebed, dat is voor een christen eigenlijk een merkwaardig fenomeen. Het christenleven wordt door gebed omgeven en gedragen, en dat reserveren we niet voor één week in het jaar. De dichter van Psalm 116 heeft de HEERE lief. ‘Want Hij neigt Zijn oor tot mij, daarom zal ik Hem al mijn dagen aanroepen.’ Zijn hele leven lang roept deze dichter tot God. Boven deze psalm staat ‘Danklied van een verloste’.

In Psalm 88 vinden we een ‘Gebed in zware beproeving’. Heman bidt daar: ‘HEERE, God van mijn heil, overdag en in de nacht kom ik voor U en roep ik.’ Ook hier is het gebed een activiteit die voortduurt.

Heb je naaste lief

In vele gemeenten zijn er komende week, van 21 tot 28 januari, bijeenkomsten van gebed. Hoe goed is dat! Het gebed in deze week kent één focus, namelijk de eenheid van de christenen. Met evenveel recht kunnen we daarom spreken over een ‘Week van de eenheid’. Spitste het gebed om eenheid zich vorig jaar toe op goed doen en recht zoeken, dit jaar wordt nagedacht over ‘Heb God lief… en je naaste als jezelf.’ De keuze voor Lukas 10:25-37 maakt dat de vraag centraal staat: Wie is mijn naaste?’

Begrijpelijk is het dat christenen in Burkina Faso dit thema kozen. Ze hebben elkaar hárd nodig, met name sinds de jihadistische aanslag uit 2016, de terreur tegen degenen die niet tot de islam behoren. Twee derde van de mensen in dit land is moslim, negen procent behoort tot een Afrikaanse religie, terwijl een vijfde van de mensen rooms-katholiek is en slechts zes procent protestant. Op de Ranglijst christenvervolging van Open Doors staat het land nu op plaats 20.

Seksueel geweld en moord

Agressie en moord is er het deel van vele christenen. Seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes is een beproefd middel om de christelijke gemeenschap te onderdrukken. Twee miljoen mensen vluchtten naar andere regio’s of naar het buitenland. Dat gebed voor deze vervolgde christenen betekenisvol is, illustreer ik met de woorden van een jonge vrouw uit Burkina Faso: ‘Jullie gebeden en steun hebben veel dingen in mijn leven veranderd. In plaats van wrok kreeg ik vreugde en vrede in mijn hart.’

Wat hoorden wij de voorbije jaren uit dit land? Weten we als leden van Christus’ lichaam dat andere leden gedood zijn tijdens vieringen – priesters, predikanten en kerkelijk werkers – en dat velen ontvoerd zijn? In grote delen van het land zijn kerken daarom gesloten, is er geen openbare eredienst meer. Op plaatsen waar de eredienst nog wel gehouden kan worden, met name in de grote steden, is politiebescherming aanwezig. Ook in Burkina Faso gaat de duivel rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden.

Samenhang en verzoening

Het zijn de christenen in dit land, levend in deze context, die ons stimuleren tot gebed voor de eenheid van Gods kinderen. Hun eigen samenwerking was vanwege religieuze verdeeldheid niet vanzelfsprekend. Toch is er een zekere solidariteit in het zoeken naar sociale samenhang, naar verzoening. Het mag duidelijk zijn dat het samen belijden van het geloof tussen christelijke, traditioneel Afrikaanse en islamitische religies in Burkina Faso niet mogelijk is.

Vanuit hun ervaringen reiken de christenen in Burkina Faso ons de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan aan. Zo adresseren ze de vraag naar wie ónze naaste is, voor welke mensen in nood wij barmhartig zijn, hoe wij ondanks verschillen oog en hart voor de naaste hebben.

Barmhartigheid doen

Goed is het om op de bijeenkomsten volgende week niet alleen samen te bidden, maar ook om deze bekende gelijkenis te bestuderen. Ons leven mogen we dan spiegelen aan de houding van de voorbijgaande priester, van de ontwijkende leviet én van de barmhartige Samaritaan. Vooral moeten we daarbij letten op de vraag die Jezus stelt: ‘Wie van deze drie denkt u dat de naaste geweest is van hem die in handen van de rovers gevallen is?’ (Luk.10:36) Dat is degene die barmhartigheid gedaan heeft.

Jezus draait hier dus iets om. Wij zouden denken dat onze naaste degene is die wij moeten helpen. Wie is mijn naaste? De medestudent die gepest wordt? De zieke man in de gemeente naar wie niemand omziet? Nee, Jezus zegt dat de naaste degene is die barmhartigheid bewijst. De naaste is niet de geholpene, maar de helper. Naast twee voorbijgangers is er in deze geschiedenis één naaste! Degene die in nood is, die eenzaam is, geraakt door het leven – die mens kan ons vertellen wie er een naaste is.

Hulpeloos naar Jezus gevlucht

Daarmee is de vraag uit deze gelijkenis niet: Doe ik wat voor een ander (zeker is dat onze opdracht), maar: laat ik me helpen? Ben ik bereid hulp te aanvaarden, ontferming te ontvangen, van genade te leven? Ten diepste gaat de gelijkenis daarmee over Jezus Zelf. Want de innerlijke bewogenheid van de Samaritaan kenmerkt Zijn leven.

Hij is een Hulp en een Schild, een Redder en een Beschermer. Hij gaat voorbij aan degenen die geen hulp zoeken, maar Hij komt nabij de ziel die geheel hulpeloos tot Hem vlucht. ‘Want Hij zal de arme redden die om hulp roept, en de ellendige, en wie geen helper heeft’, zegt Psalm 72, woorden die in Burkina Faso als water op een dorstig land kunnen zijn.

Gedurig gebed

Laat in ons jachtige leven, in een samenleving die nogal eens denkt dat er veel maakbaar is, de komende week er een blijvend appèl zijn tot persoonlijk en gemeenschappelijk gebed. Ds. Andrew Bonar, een Schotse predikant uit de negentiende eeuw, gaf ooit deze raad: ‘Verwaarloos liever je vrienden dan je gebed. Vast liever en sla eerder je ontbijt, je lunch, je tussendoortjes en je avondeten, ja, zelfs je nachtrust over dan je gebed.’ De oproep tot gedurig gebed is de oproep die erg vaak in Gods Woord te vinden is, omdat er zoveel is wat onze gebeden verhinderen kan of krachteloos maken. ‘De crisis van kerk, geloof en christendom komt nergens sterker tot openbaring dan in de ontbrekende gebedspraktijk,’ schreef prof. W. van ’t Spijker ooit.

Bidden om eenheid, dat is concentratie op God Zelf. Alle contacten met andere religies ten spijt, God is de ene, de enige Heere. Aan Zijn volk, dat geneigd was te lonken naar goden van andere volken, zei Hij: ‘Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één!’ (Deut.6:4) Voor christenen in Burkina Faso en voor ons geldt het woord uit Jesaja 46: ‘Denk aan de dingen van vroeger, van oude tijden af, dat Ik God ben en niemand anders.’ Het maakt dat de wereldwijde gemeenschap van christenen de Enige aanbidt, de Koning van heel de aarde.

Eén met de Vader is Christus, de eniggeboren Zoon. Die eenheid is fundamenteel voor de eenheid van al Zijn volgelingen. En het sterven van de Zoon, zo leren we van Kajafas (Joh.11:52), had plaats ‘om de kinderen van God, overal verspreid, bijeen te brengen’. Die diepe band tussen Vader en Zoon en het offer van Christus maken dat de gemeente eensgezind tot God bidt.

In Christus’ Naam

Aan het begin van de Week van gebed voor de eenheid richten we ons oog daarom op Christus. In Zijn Naam alleen is de christenheid onderling verbonden, in Zijn Naam mogen we samen naderen tot de troon van de genade én dankzij Hem is er verhoring van de gebeden: ‘Daarom kan Hij ook volkomen zaligmaken wie door Hem tot God gaan, omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten.’ (Hebr.7:25)

Definitie uit Genesis 4

Na de zondeval wil God met ons omgaan op de wijze van het gebed. Al in Genesis 4 vinden we dit, als we over de zoon van Seth lezen: ‘Toen begon men de Naam van de HEERE aan te roepen.’ Genesis 4:26 geeft ons hier een definitie van wat bidden is.

Gebed en eenheid horen sterk bijeen. Al heb je een visie die sterk verschilt van de ander, het samen kunnen bidden is de lakmoesproef van ervaren verbondenheid. Zijn er spanningen in een kerkenraad, in een gemeente of zelfs in een landelijk kerkverband, hoopvol blijven we als samen de Naam van de HEERE aangeroepen wordt. Ook in het huwelijk geldt dat. In die zin gaan we een bijzondere week tegemoet.

In deze weg leren we tegelijk dat ons gebed niets verdienstelijks heeft. ‘Al onze rechtvaardige daden zijn als een bezoedeld kleed,’ zegt Jesaja 64. Bidden maakt hoogmoedige en zelfverzekerde mensen nederig, ontvankelijk, hulpbehoevend. Op deze mensen zal Ik zien, zo heeft God Zelf beloofd.

Geïnteresseerd in meer lezenswaardige artikelen? Neem een jaarabonnement (€ 53). Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-!

P.J. Vergunst
P.J. Vergunst

is hoofdredacteur van De Waarheidsvriend.