Waar bent u naar op zoek?

Oorlogstaal in vredestijd

25-05-2021

De christenen in Efeze ontvangen een bemoedigende en opbeurende brief van de apostel Paulus. Hij spreekt over Gods genade en noemt Christus ‘onze vrede’, schrijft ds. A. van Zetten.

Daarna reikt hij echter ook een oorlogsuitrusting aan. Hoe zou dit binnengekomen zijn bij de christenen in Efeze?

De apostel Paulus zet zijn brief in met een lofzang op Gods welbehagen over de verkiezende Vader, de verlossende Zoon en de verzegelende Heilige Geest (Ef.1). Daarna onderstreept hij de allesovertreffende grootheid van de kracht van onze Heere Jezus Christus (Ef.1:19), gezeten aan Gods rechterhand. Uitgebreid gaat Paulus in op het wonder en de zekerheid van Gods genade, voor Jood en heiden. Oorlogstaal is ver weg, wanneer hij Christus ‘onze vrede’ noemt (Ef.2:14). Paulus onderstreept dat Christus de vijandschap tussen Jood en heiden heeft gedood en vrede verkondigt aan hen die veraf én hen die dichtbij zijn (Ef.2:16,17).

Innerlijke strijd

Vanuit het diepe wonder van Gods genade komt Paulus dan met de oproep om navolgers van God te zijn en in liefde te wandelen (Ef.5:1). Als er al sprake is van oorlog of strijd is het een oproep tegen jezélf te strijden, om zo vernieuwd te worden, met de nieuwe mens bekleed het beeld van God gaan dragen (Ef.4:24). Wie zichzelf kent en vanuit Gods genade leerde leven, kent deze strijd. Het beeld van God dragen doortrekt immers heel ons leven en daarin hebben we onze oude mens niet mee. Het christelijke huwelijk komt aan de orde, de opvoeding in het gezin en de verhoudingen op de werkvloer. Christen-zijn doortrekt heel ons leven. Dat geeft innerlijke strijd. ‘En wie zijn geest beheerst, is beter dan wie een stad inneemt.’ (Spr.16:32)

Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van donderdag 27 mei 2021.

Bestel een los nummer, maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,- of neem een jaarabonnement op De Waarheidsvriend.