Kerkblad kan ook anders
Het kerkblad is voor veel abonnees het enige lijntje met de kerk. Maar de makers lijken zich daar meestal nauwelijks van bewust. Uit missionair oogpunt verdient het blad veel meer aandacht, schrijft Koos van Noppen.
Het kerkblad van de protestantse gemeente Amersfoort verschijnt maandelijks in een oplage van ruim 3500 exemplaren. Het aantal geregelde kerkgangers ligt aanzienlijk lager. Daaruit kun je afleiden dat voor veel abonnees het contact met de kerk verloopt via het kerkblad. Kennelijk stellen ze het op prijs, want ze zijn bereid er jaarlijks een vergoeding voor te betalen.
Zo’n constatering geeft te denken, zeker als je ontdekt dat deze situatie zich voordoet in veel gemeenten van de oude (hervormde) volkskerk. Wekelijks, tweewekelijks, maandelijks krijgen talloze randkerkelijken een kerkblad op de mat. Bekijk de recente nummers eens door hun bril. Wat staat er voor hen in? Welk beeld rijst er uit op over geloof en gemeente-zijn? Wordt er een brug naar hen geslagen?
Wie aan de hand van deze vragen een stapel kerkbladen doorbladert uit gemeenten in het achterland van De Waarheidsvriend, slaat de schrik om het hart. Veel informatie lijkt uitsluitend gericht op de harde kern meelevende gemeenteleden.
Al bladerend valt om te beginnen op dat weinig redacties van kerkbladen lijken te beseffen dat we in een beeldcultuur leven. Anno 2014 verschijnen er nog vrijwel fotoloze kerkbladen. Onwillekeurig vraag je je als lezer af: is de inhoud wél bij de tijd? De letterbrij in het kerkblad van mijn jeugd heeft amper wijzigingen ondergaan, terwijl er in de afgelopen veertig jaar op het gebied van communicatie – voorzichtig uitgedrukt – enige ontwikkeling heeft plaatsgevonden. De kerkbladen die wél (enkele) foto’s afdrukken, beperken zich in veel gevallen tot het exterieur van kerkgebouwen, in een doordeweeks middagzonnetje. Geen mens te zien.