Prediking en dogma
Predikers die via hetzelfde soort loopjes vrijwel altijd tot eenzelfde slotsom komen, maken vaak onjuist gebruik van het dogma. Niet het dogma, maar de Schrift bepaalt de inhoud van de prediking, schrijft dr. G. van den Brink.
Het dogma wordt zelf niet gepreekt – althans: in de meeste gevallen niet. Ook daar moeten we geen wet van Meden en Perzen van maken, want bijvoorbeeld op de zondag na Pinksteren (zondag trinitatis) mag het gerust eens over de drie-eenheid van God gaan. En ook als zondag 8 van de Heidelbergse Catechismus aan de orde van behandeling is, is dat het geval. Dat kan zelfs bijzonder actueel zijn, als we denken aan discussies met moslims in onze omgeving. Voor hen is de triniteitsleer een enorm struikelblok, en het is dan belangrijk om gemeenteleden zó toe te rusten dat ze kunnen verwoorden waar het in het dogma van de drie-eenheid Gods wel en niet om gaat.
Maar als regel wordt het dogma niet gepreekt. Het mag zelfs slapen in de kerk, zegt dr. O. Noordmans, mits het maar wakker wordt en zich laat horen zodra het mis dreigt te gaan. En het gaat mis als de bandbreedte die met het dogma gegeven is, overschreden dreigt te worden.