column
Een Omroep
De EO is druk doende het respect van de wereld te verliezen.
Ooit, toen de EO in de jaren ’70 werd opgericht, had ik een vriend die heel weinig met deze omroep ophad. Met name dat ‘oppervlakkige evangelische’ stond hem niet aan. Het ging hem allemaal veel te makkelijk en de diepgang was die van een platbodem. Hij stelde vast dat de afkorting EO niet meer betekende dan ‘Een Omroep’.
Ik pareerde zijn kritiek altijd met de opmerking dat deze omroep in ieder geval de nek durfde uit te steken en een positief christelijk geluid durfde vertolken. En die stellingname heb ik lang volgehouden, juist vanuit het besef dat het lastig is om op de fronten te opereren. Hoewel het zeker niet alleen treurnis is bij de EO, krijg ik de laatste tijd in toenemende mate de neiging om mijn vriend alsnog gelijk te geven. In hun ijver om de boodschap bij de gewone man op eigentijdse wijze te brengen is er een wissel omgegaan. En daarmee lijkt de omroep het christelijk kompas zo goed als kwijt geraakt te zijn.
Nee, ik wil het hier niet nog een keer hebben over de Grote Jezus Quiz, die zelfs voor de EO-directie te beschamend was om nog op Uitzending gemist te plaatsten. En ook niet over Knevel en Van den Brink, die bewust of onbewust hun best doen het christendom als iets uit een ver verleden neer te zetten en vooral, in lijn met Pauw en Witteman, mee willen doen met de onderwerpen die het goed doen in het Gooi.
Het gaat er mij ook niet om dat de EO terugkeert naar het door de buitenwacht als irritant ervaren opgeheven vingertje. Ik wil de EO alleen oproepen om te beseffen dat het in hoog tempo bezig is om het respect van de wereld te verliezen. Juist in de ijver om de wereld te winnen. Die wereld is niet zo onder de indruk van een aangepast evangelie. De passie op de Rotterdamse Zwaan was vooral volksvermaak, met een traan. De presentator in de persoon van een oud-nieuwslezer liet uiteindelijk in het midden – hoe kon hij ook anders – of we wel of niet in het sprookje moeten geloven. Met dergelijke evangelisten heb je geen spotters meer nodig.
R. Toes