Waar bent u naar op zoek?

column

Pinksteren in Pedir

26-05-2015

Op de eerste Pinksterdag had Petrus de primeur: ‘Predikt het Evangelie aan alle creaturen.’

De apostelen trokken eropuit, wetend dat de woorden om te getuigen hun in lastige situaties gegeven moesten worden. Zo begon rond het jaar 30 na Christus de wereldwijde zendingsbeweging.

Vorige week verscheen het boek Nederlandse zendingsgeschiedenis van de hand van de onvermoeibare missioloog Jan Jongeneel. Hij behandelt daarin de ‘ontmoeting van protestantse christenen met andere godsdiensten en geloven (1601-1917)’.

Jongeneel laat de protestantse zendingsgeschiedenis beginnen bij een geloofsgetuigenis van Frederik de Houtman, broer van de in de vaderlandse geschiedenis beter bekend geworden Cornelis de Houtman. Beiden voeren naar Oost-Indië, Cornelis werd er gedood, Frederik bijna ook. De sultan van Atjeh wilde hem dwingen moslim te worden. Maar de overtuigd christelijke jonge zeeman verdedigde zijn geloof ten overstaan van tweehonderd toehoorders. Dat was op 22 januari 1601. Na bedreigingen en martelingen liet de vorst hem uiteindelijk gaan.

Zoals ik in zo’n geval niet laten kan, heb ik het Cort verhael

van Frederik er zelf op nageslagen. Het is inderdaad een fascinerend geloofsgesprek, waaruit blijkt dat de latere gouverneur van Ambon in zijn jeugdjaren veel moet hebben opgestoken van zijn ouders, predikanten en onderwijzers in zijn geboortestad Gouda. Maar wat lees ik in een noot? Hierin vertelt Frederik over een lotgenoot.

Al dusdanich lyden is mijn medebroeder Jan Dircxsz van Dort, timmerman, tot Pedir aengedaen, alsoo ick daernaer verstaen hebbe, als oock, gebonden ende geboeyt sijnde, voor een oliphant geworpen, dreygende hem te verscheuren, ende dat omdat hy niet moors wilden worden.

Deze timmerman, uit Holland meegevaren met de gebroeders De Houtman, zat gevangen in Pedir, eveneens een stad op Sumatra, niet ver van Atjeh. Wat hij in zijn ‘ontmoeting’ met een islamitisch heerschap heeft gezegd, vernemen we niet. Maar ook hij zal toch het nodige geestelijke gereedschap hebben meegekregen in de goed gereformeerde stad Dordrecht. Daarom pleit ik namens mijn eigen plaatsgenoten voor een paperclip op pagina 118 van het paradepaard van Jongeneel: ook Jan Dircxsz van Dort was, begin 1601, een pionier in de Nederlandse zendingsgeschiedenis.

Fred van Lieburg