Starten in de tekst zelf
Tijdens een consistoriegebed hoorde ik ooit een ouderling bidden of er niet alleen over God en Zijn werk gesproken zou worden, maar ook vanuit God en Zijn werk. Dit herinnerde ik me weer toen ik nadacht over het verstaan van de Schrift. Het doet er toe welke denkrichting je kiest.
Laat ik starten met twee observaties. Tijdens de belijdeniscatechisatie vraag ik aan de catechisanten om zelf een bijbelstudie te maken over het thema dat aan de beurt is. Lettend op al die verschillende bijbelstudies die ik voorbij heb zien komen de laatste jaren, valt het op dat het menig keer niet of weinig gaat over wat er in de tekst staat. De tekst wordt onmiddellijk in verband gebracht met de situatie van de lezer hier en nu. De vragen richten zich op betekenis en relevantie. In het gesprek blijkt soms dat de tekst daardoor ook gekleurd wordt. De leefsituatie, gedachten en gevoelens die er zijn, gaan de tekst betekenis geven.
Een tweede waarneming. In gesprek met een theo loog over theologie valt mij op hoeveel gewicht en aandacht de cultuur met zijn tendensen krijgt. Deze theoloog is de enige niet, zo merk ik vaker. Doorvragen op het gewicht van de bijbelse boodschap leert dat het bijbelwoord niet beslissend meer gewicht in de schaal legt, maar dat het theologisch gesprek plaatsvindt tussen allerlei verschillende bronnen. De cultuur met zijn fenomenen bevraagt dus ook de bijbeltekst.
Vanuit de tekst
Aan deze observaties zouden anderen toegevoegd kunnen worden die laten zien dat wij een richting kiezen waarbij wij met onze gedachten, gewoonten, mores en idealen spreken over de bijbeltekst en het Schriftwoord bevragen. Deze manier van doen lijkt op het eerste gezicht logisch en onontkoombaar. Maar zou een andere denkrichting niet wenselijker zijn? Niet een denkrichting over de tekst of naar de tekst toe, maar vanuit de tekst. Omdat de God van Israël, Die vol gewicht en luister is, de Levende is. In verhouding tot Hem ben ik een klein mensenkind. Hij is de Verborgene, maar ook Degene Die Zich bekendmaakt. Wat Hij ons wil laten weten, maakt Hij speciaal bekend door de Bijbel. Niet voor niets worden de Schriften, heilige Schriften genoemd. Het zijn de heilige Schriften die ‘wijs maken tot zaligheid, door het geloof dat in Christus Jezus is’ (2 Tim.3:15). Het is de Schrift die nuttig is om ‘te onderwijzen, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de rechtvaardigheid, opdat de mens die God toebehoort volmaakt zou zijn, tot elk goed werk volkomen toegerust’ (2 Tim.3:16,17).
Me dunkt, wat heeft een mens nog meer nodig. Daarom doen we er goed aan om met geduld en volharding de teksten zodanig uit te luisteren dat ze hun eigen licht laten vallen op God en ons leven. Laten we starten in de tekst zelf.
Eenheid
De vraag is natuurlijk of dat kan. Regelmatig wordt gesteld dat de Schrift te divers is om daar zomaar pasklare antwoorden uit te halen. De Bijbel is een bibliotheek aan boeken, geschreven door allerlei mensen in verschillende tijden. Sommige teksten lijken ook haaks op elkaar te staan. Daar tegenover is het zinvol om de eenheid van de Schrift in het vizier te nemen.
In dat verband is het opvallend dat Petrus in enkelvoud spreekt over ‘de Schrift’ (2 Petr.1:20), juist als het gaat om het gezag van Gods Woord. Hoewel allerlei auteurs hebben geschreven, er allerlei genres zijn en er vele jaren liggen tussen de totstandkoming van het eerste en het laatste bijbelboek, is er toch eenheid in de Schrift. Deze eenheid laat zich opmerken wanneer we in het Nieuwe Testament citaten tegenkomen uit het Oude Testament. Apostelen verbinden aanwijzingen voor het huwelijk met woorden uit Genesis (Efez.5, 1 Petr.3). Het is de Heere Jezus Die het Oude Testament veelvuldig aanhaalt en erop voortborduurt. Het is de ene God Die Zich in de verschillende toonaarden van de Schrift bekendmaakt. Door te kijken naar de Schrift als eenheid worden we bewaard voor een biblicistische omgang met de Bijbel waarbij teksten als een knipsel uit de Bijbel worden gehaald en een eigen leven gaan leiden. De eenheid van de Schrift stimuleert om teksten in hun verband te bekijken en teksten met andere teksten te vergelijken. Niet om een tekstwoord te lezen met het raster van een andere tekst, maar wel om al luisterend en doorvragend die ene tekst te horen in het grotere geheel. Een tekst mag dan een eigen stem hebben, soms wat opmerkelijk en duister, maar samen met die andere teksten hoor ik zomaar dat ene lied dat de Bijbel ons wil vertolken.
Helderheid
In de gereformeerde theologie wordt wel gesproken over de claritas van het Woord, de helderheid. Als een heldere lamp (Ps.119:105) wijst de Bijbel ook in 2021 de weg. Is dan iedere bijbeltekst volstrekt helder? Zeker niet. Bijna in ieder bijbelboek zijn teksten te vinden die je niet zomaar doorgrondt. Dat maakt mij als mens klein en bescheiden. Ons kennen en profeteren is ten dele (1 Kor.13: 9-12). Het is goed om ons dat te realiseren, niet om erin te blijven steken.
Echter, als het gaat om de weg van de zaligheid, die is helder. De blijde boodschap van de Heere Jezus brengt ons zaligheid. En de weg achter Hem aan, al is die lang niet simpel en drukt het kruis soms zwaar op onze schouders, is wel een route met licht aan de einder. Over die route valt het licht van het eeuwig zalig leven. Starten bij God is beginnen met de Eeuwige Die in de tijd Zijn Woord heeft gesproken.
Dat deed Hij op zo’n manier dat de tijdskloof nooit zo groot is of Hij weet door Zijn Woord de weg naar de zaligheid te ontrollen en wij weten hoe we hebben te wandelen op weg naar Zijn grote dag.
Genoeg
In deze bedeling maakt God Zich nooit zo intensief meer kenbaar als in dit geschreven Woord. De Bijbel vertelt ons genoeg. Aan het eind van Zijn Evangelie laat Johannes dat aanvoelen: ‘Jezus heeft in aanwezigheid van Zijn discipelen nog wel veel andere tekenen gedaan (…), maar deze zijn beschreven opdat u gelooft dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat u, door te geloven, het leven zult hebben in Zijn naam.’ (Joh. 20:30-31)
Op een andere manier schemert het door aan het einde van het laatste bijbelboek. De lezer die het profetische boek hoort, wordt aangespoord om niets toe te voegen (Openb.22:18). God gaat zeker wegen in de tijd. Vooral ook daarin dat Hij Zijn Woord tot op de dag van vandaag kenbaar maakt. Dat nodigt ons uit om het volle gewicht te geven aan het Woord, daar het begin te zoeken van ons denken en doen.
Wie zich bezighoudt met de uitleg van een tekst, » herkent de neiging om de wereld van de tekst te verkennen en te bouwen op vooronderstellingen die goed van pas komen. Op zichzelf is het geen onnodige bezigheid om de tijd van ontstaan, de cultuur en het leefmilieu van de aardse schrijver en de lezer te onderzoeken, soms is het uiterst verrijkend. Het gaat mis waar we onze horizon laten versmelten met vooronderstellingen die zich aandienen rondom de tekst. Veel wijzer is het om de tekst zelf aan het woord te laten en Gods stem erin te vernemen.
Vernieuwd door de Geest
Wij kunnen wel stellen dat we met de Bijbel beginnen, maar is dat eerlijk? Iedere lezer neemt toch zijn achtergrond, karakter, ervaring en gedachten mee als lezer? Inderdaad kun je deze dingen niet zomaar uitschakelen. Daarnaast is er vanwege onze zonden afstand tussen God en ons. Al vroeg heeft de mens zich laten ompraten door een die Gods woorden verdraaide. Wij hebben nodig dat wij als nieuwe mensen gaan luisteren, echt luisteren. Dan nog is het niet vreemd als een jongere christen uit Afrika een tekst anders benadert dan een oudere christen in West-Europa.
Belangrijk is vooral dat de Geest ons nieuw en ontvankelijk maakt. Door het werk van de Geest komen de woorden van de hemelse Majesteit binnen en leren wij eronder buigen. Het gebed om de Heilige Geest voordat de Schriften opengaan, is niet een mooie traditie en zeker geen overbodige luxe. Het is de Geest Die ons de dingen van God leert. De Geest leert niet iets wat zelfstandig naast het Woord staat. Hij leert niet iets nieuws of iets anders. Hij schrijft het gewichtige Woord in ons hart op een manier dat het Woord tot leven komt en het zich voor ons persoonlijk met overtuiging bewijst als Godswoord.
Als het over de Bijbel gaat, dan is het me niet genoeg dat het erover gaat. De Geest leert me er te starten en er vol ontzag bij te blijven en er nooit op uitgekeken te raken. Geestelijk leven is wonen in de royale woning van het Woord. Dat geeft veel woonplezier, omdat God daar Zelf is.