Avondmaalszondag in Rijssen
Zondag 19 februari 2023 – ‘we eten ons vroege brood gedoopt in zon’ (Ida Gerhardt), onder het luiden van de eeuwenoude, zware klokken van de Schildkerk. We gaan naar de 11.00 uur dienst in deze kerk, de tweede morgendienst. De gemeente viert vandaag het heilig avondmaal.
Voorganger in deze dienst is ds. A.C. de Kruijf. Hij preekt over 1 Korinthe 11:26b: ‘Verkondigt de dood van de Heere, totdat Hij komt.’ Na de lezing van het avondmaalsformulier vieren we aan drie lange tafels het heilig avondmaal. In de eerste dienst, om 9 uur, waren er vijf tafels, vertelt een kerkganger.
De nodiging om het avondmaal te vieren krijgt bijzondere, persoonlijke aandacht. Gemeenteleden die op de drie ‘hangzolders’ zitten, worden afzonderlijk genodigd. Ambtsdragers wijzen de banken aan waarin de gemeenteleden zitten die aan de beurt zijn om naar voren te komen. Alles heel ordelijk en eerbiedig. Als iedereen een plekje aan de tafel heeft gekregen, lopen zij in de ruimte tussen de tafel en de avondmaalsgangers door en reiken iedereen persoonlijk brood en wijn (in kleine bekertjes) aan. Alles in schone, stille eenvoud. Elke viering wordt met Schriftlezing en het zingen van een lied beëindigd. We mogen het als gasten van harte meevieren.
Na 58 jaar
Een bijzonderheid is dat ik in 1965 (!) hier, in deze Schildkerk, voor het eerst ‘aanging’ en het avondmaal mee mocht vieren. Niet zonder emotie. Een van de predikanten toen, ds. W. van Tuyl, leidde de dienst. Die eerste keer was ik jong, jaren geleden. We zaten aan dezelfde tafel als nu.
Vandaag, 58 jaar later, mag ik het avondmaal opnieuw hier vieren. En nu niet alleen, maar samen met Gerdien, mijn vrouw, in de avond van ons leven. We ervaren hoe waar het is wat Paulus schreef: ‘Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid.’ (Hebr. 13:8) Aan het eind van elke tafel klinkt het: Ga nu heen in vrede. We zingen psalmen uit de oude berijming en avondmaalsliederen uit Weerklank. Wat kunnen die Rijssenaren zingen.
Diepe verwondering
’s Avonds is er de dienst van voortzetting van en dankzegging voor het avondmaal. Weer is de kerk helemaal vol. Vlak voor ons: kinderen. Achter ons: bejaarden. Opnieuw vinden nieuwe avondmaalsgangers een plaatsje aan de tafel. De preek gaat nu over 1 Korinthe 16:13 en 22. Wat is het mooi om zo avondmaal te vieren in en met deze bijbels-gezonde gemeente. Hier geldt: ‘In een talrijk volk ligt de glorie van een koning.’ (Spr.14:28)
Ooit zei eens iemand van avondmaalsgangers: ze lopen zomaar aan. Inderdaad, zo is het precies. Avondmaalsgangers mogen zomaar tot Christus komen. ‘Wir sind Betler’, sprak Luther, we zijn bedelaars. We hebben niets om aan te gaan. Maar zie eens: het aangaan kost ook helemaal niets. Hoe is dat mogelijk? Dat komt, omdat onze Gastheer alles heeft betaald. Hij nodigt, zo welmenend, zo royaal. Als je dat bedenkt, blijft er maar één ding over: verwondering, diepe verwondering.
De diensten naderen hun einde. We staan op en zingen ons slotlied: de jubelzang van Psalm 146:1, begeleid en geïnspireerd door de organist die nu alle registers opentrekt.
Prijs de Heer met blijde galmen,
gij, mijn ziel, hebt rijke stof.
Inderdaad, die ‘stof’ is er te over. Dan strekt de predikant zijn armen en handen wijd over ons uit en wij ontvangen allen de zegen van de Heere. We gaan gezegend naar huis.
Klein en kwetsbaar geworden
’s Avonds in bed is er veel om te danken en te denken. Vanuit de avondmaalsviering in de Schildkerk zie ik nu de grote menigte uit Openbaring 7, staande voor de troon van het Lam. Zij hebben witte gewaden aan; palmtakken zijn in hun hand. En zij zingen tot eer van God, Die hen daarboven en ons hier beneden een Schild wil zijn: De zaligheid is van onze God, Die op de troon zit en van het Lam! (Openb. 7:10) Wat kunnen die hemelingen zingen.
Maar dan denk ik aan de gemeenten in ons land die niet meer weten van een volle Schildkerk met zoveel jongeren en ouderen aan de avondmaalstafel. Waar men misschien denkt: en wij dan?? Wij, die zo klein en kwetsbaar zijn geworden? Maar kijk, nu zie ik in de Schildkerk achter de avondmaalstafel de doopvont staan; de plaats waar het andere sacrament, de heilige doop, bediend wordt. Generatie na generatie. Dit is de plaats waar de Heere de kinderen van Zijn gemeente, de kleinste, kwetsbaarste leden, de beloften van Zijn verbond aan hun voorhoofd bezegelt. Die daar bij de doopvont beloofd heeft: ‘Ik ben met jullie, tot aan de voleinding van de wereld.’ Niet alleen in de Schildkerk in Rijssen met zijn vele avondmaalsgangers, maar ook daar waar Zijn gemeente met z’n tweeen of drieën in Zijn Naam bijeen is. Dan mag ik het opnieuw weten: de Heere gaat door met Zijn werk. Het komt alles af, alles wat Hij beloofde en wat Hij begon. Totdat Hij komt. En… misschien hoeven we niet eens zo lang meer te wachten. Toch?
Dank U, Heere, voor deze leerzame zondag in de Schildkerk in Rijssen.