Bemoeit God Zich met ons?
De beleving van God kan heel divers zijn. Dat heeft te maken met een aantal factoren: opvoeding, kerkelijke achtergrond, karakter en psychische gezondheid. Mensen kunnen het maar wat moeilijk hebben met God zoals zij zich Hem voorstellen.
Pastoraat is ook in dit geval maatwerk en een kwestie van geduld en inleving.
Esther kijkt mij wanhopig aan. God is voor haar vooral bedreigend. ‘Hij ziet en hoort alles. Zelfs wat ik denk.’ Evenals Asaf in Psalm 77 maakt het denken aan Hem haar niet blij en vrolijk.
Godsbeelden
Asaf kreunde van emotionele pijn bij de gedachte aan de Heere. Job begreep God niet meer. Jeremia ervoer Hem als ‘een loerende beer, een leeuw in verborgen plaatsen’ (Klaagl.3). In Psalm 88 lijkt God Zich doof te houden voor de nood van Heman. In menige psalm worden vragen op God afgevuurd. Soms heel verwijtend. De bijbelheiligen durven veel tegen Hem te zeggen. Naast eigen nood staan ook de eer en de betrouwbaarheid van God op het spel. Vandaar.
Over godsbeelden is al veel geschreven. Ze zijn cultuurgevoelig en veranderen onder invloed van media, opinies en theologische ‘modesnufjes’. Ze kunnen zelfs seculariseren. Ze verschillen haast van kerk tot kerk. De God van de orthodoxen is een andere dan die van de vrijzinnigen. In de negentiende eeuw was het algemene beeld van God anders dan het beeld dat de mens van nu van Hem heeft. Is Hij niet je Vriend, dan is Hij voor velen vandaag hooguit nog object van discussie en filosofie. Meer van spot dan van geloof. Een verkeerd beeld van de Heere is uitermate beledigend voor Hem en schadelijk voor jezelf.
Beeldvorming
Esther hunkert naar geborgenheid, tegelijkertijd is ze bang voor de Heere. Bang om te worden afgewezen, bang voor straf. Haar beeld van God is niet positief. Het beeld dat mensen van God hebben, loopt uiteen van ‘spirituele zelfvertroeteling’ – God als Sinterklaas – tot de strenge Wreker en Rechter. Ik vraag Esther welke beelden en namen van God zij kent en vraag haar die op te schrijven en vervolgens aan te geven welke emotie zij daarbij voelt, wat haar aanspreekt, afstoot of ergert. Het is een aanzet en poging tot gesprek en reflectie. Het werkt beter dan onmiddellijk met bijbelteksten een verkeerde beeldvorming willen corrigeren.
Ons beeld van God bepaalt de relatie die wij al dan niet met Hem hebben. Er is een samenhang tussen godsbeeld en zelfbeeld. Een negatief zelfbeeld kan verband houden met een depressieve stoornis, maar kan ook te maken hebben met disfunctionele opvoeding. Gelukkig is veel behandelbaar.
Onze biografie
Hoe ontstaat ons godsbeeld? Allereerst in de godsdienstige opvoeding thuis, op school en in de kerk. Onze biografie legt ook gewicht in de schaal. Welke ervaringen deden wij op weg naar volwassenheid op met mensen om ons heen? Hoe was de band met onze ouders, de sfeer binnen het gezin? Heerste er een warm en veilig klimaat? Of hadden we eerder het gevoel van te worden afgewezen? Moest liefde verdiend worden? Was er sprake van mishandeling? Van miskenning? Van kleineren? Allemaal ‘prima’ ingrediënten voor een negatieve zelfbeleving. Esther is gaan geloven dat zij niet de moeite waard is, er niet toe doet. Het leven is vreugdeloos voor haar geworden. Soms dringen suïcidale gedachten zich aan haar op.
Slechte hechting in de jeugd, veelvuldige afwijzing, liefde en waardering die verdiend moeten worden, dragen bij aan onze beeldvorming omtrent God. Esther hoorde bij herhaling dat zij de sfeer thuis verziekte en nergens voor deugde. Zoals mijn vader mij ziet, zo zal God mij ook wel zien, ging ze denken. Zij projecteerde het beeld van haar vader op God als Vader. Wordt dat ‘angstbeeld’ van God ook nog eens aangewakkerd op school en in de kerk, dan kan grote verwarring ons overmeesteren. Komt het beeld dat Esther van God heeft overeen met dat van de Vader in de gelijkenis van Lukas 15? De verloren zoon meende te moeten werken voor herstel, maar hoe anders pakte dat uit.
Genezing
Ons beeld van God kan ook vertekend raken door zonde. Judas en Kaïn zijn klassieke voorbeelden. Zij denken groter van hun zonde dan van God en Zijn vergevingsbereidheid. Ook David had een vertekend beeld van God na het overspel met Bathseba en de moord op Uria. Besefte hij de ernst van wat gebeurd was? Waarom zo lange tijd zijn schuld verborgen houden voor de heilige God? Nathan moest er aan te pas komen om hem tot schulderkentenis te bewegen. Zo heeft ook het pastoraat een taak en roeping om blokkades op te sporen en te benoemen. Daarmee helpen we de ander daadwerkelijk verder. Zolang David zijn zonden verzweeg en de toorn van de heilige God kennelijk onvoldoende besefte, bleef de weg tot herstel (vergeving) gesloten.
Een verkeerd zelfbeeld is reparabel, zo ook ons godsbeeld. Allereerst moet duidelijk zijn wat iemands beeld van God is en welke problemen voor vertekening verantwoordelijk zijn. Serieuze bijbelstudie leert je anders, evenwichtiger naar de Heere kijken en over Hem denken. We bidden de Heilige Geest om licht en leiding, maar van binnen kan een negatief – impliciet – beeld van God zich ondertussen hardnekkig handhaven. Wie een verkeerd beeld van God heeft, kent Hem niet (goed). Daardoor missen we veel vreugde die de omgang met Hem geeft. Een onjuist beeld van God kan ons op afstand van Hem houden en wanhopig maken.
‘Waar bent U?’
Er is nog een blokkade bij Esthers beleving van God. ‘Waar was Hij?’ Vader kon om niets woedend worden en onberekenbaar gedrag vertonen. Het was nooit echt veilig thuis. Esther begrijpt nog niet waarom God dit liet gebeuren. Waarom deed Hij niets? Ook niet als zij Hem smeekte om hulp? Het zijn vragen die we ook in de Bijbel tegenkomen. Diepe vragen waar geen gemakkelijk antwoord op past. De pijn van miskenning, mishandeling en misbruik kan diep insnijden. Nog meer wanneer wij tot God roepen, maar Hij Zich als doof lijkt te houden. De duivel kan dan gemakkelijk zijn slag slaan, zodat wij God vervloeken en ‘afschrijven’.
Het zal duidelijk zijn dat in de pastorale zorg aan gemeenteleden met een vertekend godsbeeld uiterste zorgvuldigheid geboden is. Het begint ook hier – nog meer dan anders – met goed en betrokken luisteren, vragen en doorvragen om te verhelderen. Soms moeten gegeven antwoorden worden samengevat. ‘Als ik je goed begrepen heb, dan bedoel je, zeg je….’ We durven ook te confronteren met foute beelden van God om samen op zoek te gaan naar het bijbelse en juiste godsbeeld.
Jezus, Gods beeld
Iemand beweerde: ‘Omdat er zoveel leed is, kan God niet bestaan.’ Daarop antwoordde een zwaar beproefd christen: ‘Alleen omdat God bestaat, kan ik zo veel leed verdragen.’ Alle bijbelse beelden van God samen geven ons het juiste beeld van Wie Hij is. Uiteindelijk toont Christus ons hoe Zijn Vader echt is. Hij kent de Vader als geen ander.
De erfenis van een moeilijke jeugd kan lang doorsudderen. Daarom is pastoraat bedoeld om verkeerde beelden te repareren een kwestie van geduld. Pas aan de voet van het kruis krijg ik (weer) perspectief. Ik weet dat eenmaal het licht zal triomferen en de duisternis voor altijd wijkt.
Ds. J. Overduin, auteur van Hel en hemel in Dachau, vraagt ergens: ‘Bemoeit God Zich niet met ons?’ Zijn antwoord: ‘Hij bemoeit Zich zo zeer met ons dat Hij ons leven ging leven, onze schuld ging dragen en onze dood stierf en in ons graf wilde worden neergelegd.’ Maar dood en graf moesten Hem loslaten. Hij leeft. En het geloof beaamt: En ik met Hem. Nochtans, ja.
Meer lezen kan in: Ds. A. van Zetten, Mijn beeld van God. Een bijbelse verkenning (Artios-reeks), RoyalJongbloed, Heerenveen; 127 blz.; € 13,99.
Handvatten
• Welke elementen van het beeld van God roepen negatieve gevoelens bij u op? Waarom?
• Voorwaardelijke liefde staat haaks op het Evangelie van Gods eenzijdige liefde.
• Kan het jezelf ook helpen wanneer je bidt voor hen, hem of haar die je veel pijn deden?
Ván ds. J. Belder
Dit was de laatste aflevering van mijn hand in deze rubriek, die ik elf jaar heb mogen dienen. Dank aan ieder die mij inspireerde tot schrijven en onderwerpen aandroeg. Ik wens mijn opvolger, ds. C.H. Bijl uit Papendrecht, veel inspiratie en vreugde bij het schrijven.
Vóór ds. J. Belder
Vele jaren heeft ds. Belder voor onze lezers de rubriek Pastoraat verzorgd. Tientallen artikelen waren de vrucht van zijn pastorale wijsheid en zijn journalistieke vaardigheid. Met enthousiasme ontving hij elke suggestie voor een thema, door de redactie of door een abonnee aangereikt. Tot zijn pastorale wijsheid behoort de erkenning dat hijzelf ouder wordt, dat de tijd kwam om met deze taak te stoppen. Ook op deze plaats uiten we namens onze lezers hartelijke dank aan zijn adres, dank die we vergezellen van de wens dat Gods zegen rusten mag op zijn en onze arbeid ten dienste van de gemeenten en de kerk. En vol vertrouwen heten we ds. Bijl als zijn opvolger welkom.