Waar bent u naar op zoek?

Boekbesprekingen

P.J. Vergunst
Door: P.J. Vergunst
09-02-2023

Esther van Fenema Het verlaten individu. Waarom voelen we ons zo leeg? Uitg. Prometheus, Amsterdam; 277 blz.; € 21,99.

Een boek over verlatenheid en leegte, wie heeft daar zin in? Toch werd het een maand na verschijning al herdrukt, ongetwijfeld omdat de thematiek die psychiater Esther van Fenema aansnijdt, zeer herkenbaar is. Haar rode draad is dat we ooit in kleine gemeenschappen leefden, in een begrensde, overzichtelijke, vaak lokale wereld, terwijl je in dezelfde God geloofde, gelijke ritmes en rituelen deelde. Nu de mens zich uit deze structuren losgeweekt heeft, is hij gedwongen zijn leven autonoom te leiden, als individu. Terwijl je voortdurend door prikkels omgeven wordt, ben je zelf verantwoordelijk voor de inrichting van je bestaan, wat leidt tot eindeloos veel mentale klachten, eenzaamheid voorop. Voor de auteur, die veelvuldig de Bijbel aan het woord laat, staat ‘God’ hier voor ‘het hogere dat ons disciplineert en het gemeenschappelijke doel of verhaal vormt dat overstijgt’.

Het verwaarlozen van discipline en zingeving – de auteur laat de grote gevolgen hiervan voor mens en samenleving zien aan de hand van zeven hoofdzonden: hoogmoed, onverschilligheid, hebzucht, onmatigheid, lust, woede en afgunst. Elk hoofdstuk is een boeiend essay waarin we bijbelse of kerkhistorische gegevens volgen, we illustraties uit literatuur, muziek of film zien, we ervaringen uit de spreekkamer van de psychiater horen, waarna de analyse en conclusies van Van Fenema volgen.

Hoogmoed is voor haar buitensporig individualisme en daarmee rebellie tegen God Zelf, hoogmoed creëerde een mens die denkt overal recht op te hebben, alles kan bepalen en gelooft in maakbaarheid. Onverschilligheid definieert Van Fenema als mentale luiheid, het wegvallen van het engagement voor de ander én voor jezelf. Bij de bespreking van hebzucht ontdekken we het onbegrensde in ons denken, verslaving waardoor we de aarde en onze eigenwaarde opofferen. Bij onmatigheid winnen voortdurende impulsen van buiten het van zorg voor jezelf, een verschijnsel dat tot onverschilligheid naar de ander leidt. Lust brengt ons bij verboden liefde, een thema waarin onze cultuur geen grenzen stellen wil. Woede (van boeren, van slachtoffers van overheidsbeleid enz.) komt voort uit een gebrek aan erkenning van wie we zijn en wordt niet gekalmeerd als niemand voor mij verantwoordelijkheid neemt. Afgunst vergiftigt de samenleving, omdat de pijn van afgunst alleen te bestrijden is als de ander er niet meer is.

Wat beoogt de auteur met haar herkenbare analyse, die ook leden van de christelijke gemeente in de spiegel doet kijken, die elke christen de vraag stelt in hoeverre hij of zij in een wereldgelijkvormig schema leeft? Vooral wil ze doorgronden, ‘doorgronden waar we met elkaar de verkeerde afslag hebben genomen en onze handleiding hebben verwaarloosd’. Dat de Tien Woorden van de wet van God hierin heilzaam zijn, blijkt in dit boek wel uit de vele citaten uit de Bijbel zelf, maar is niet de richtinggevende conclusie van Van Fenema. Zij signaleert, blijkens voorbeelden als ‘Een CEO die zijn klant aan de andere kant van de wereld belazert, hoeft niet meer te vrezen voor de wekelijkse confrontatie in de kerk of op het dorpsplein.’ Zij wenst de westerse samenleving toe wat elke patiënt in de wachtkamer van de psychiater nodig heeft: lef en lijdensdruk om te veranderen. Dit boek dat wil klokkenluiden, lijkt me geschikt om in leeskringen besproken te worden, opdat we samen besluiten niet mee te deinen met een cultuur vol sociale gevoelloosheid, gebroken gezinnen, emotionele luiheid, massale verwarring of consumerend egoïsme.

P.J. Vergunst
P.J. Vergunst