Waar bent u naar op zoek?

Boekbesprekingen

J. van der Wal
Door: J. van der Wal
04-03-2021

Dr. P. de Vries en dr. M. Klaassen Liefde die boven alles uitgaat. Wat zegt de Bijbel over (homo)seksualiteit en identiteit? Uitg. de Banier, Apeldoorn; 181 blz.; € 14,95.

Deze publicatie bevat de uitgewerkte lezingen die in september 2019 zijn gehouden na de publicatie van de Nashville-verklaring in Nederland. De studie begint met een schets van de seksuele revolutie en het postmoderne denken. De inzet daarvan is niet slechts ruimte vragen voor seksuele diversiteit, maar om dit als moreel en juridisch normatief te maken.

Na een uitgebreide bijbelstudie wordt geconcludeerd dat de Bijbel geen ruimte biedt voor homoseksualiteit. Niet alleen in het concrete gedrag, maar ook als het gaat om gevoelens en verlangens. Dertien argumenten die met een beroep op de Schrift worden gebruikt om ruimte te geven aan homoseksuele gevoelens en gedragingen, worden vanuit de Schrift geëvalueerd.

Kan iemand met een homoseksuele aard rein en met vreugde functioneren? Daar is een veilige gemeente voor nodig, waarin met bewogenheid zowel de geldigheid van Gods wet als de verlossende kracht van het Evangelie worden verkondigd. Vraagt de Heere hiermee het onmogelijke? In het beantwoorden van die vraag wordt verwezen naar de gelijkenis van de rijke jongeling. Ook hier lijkt de Heere iets onmogelijks te vragen, getuige de reactie van de discipelen. ‘Wie kan dan zalig worden?’ Het antwoord was en is: ‘Bij God zijn alle dingen mogelijk.’ De liefde van God en de kracht van de Heilige Geest willen overvloedig geven wat nodig is.

Het slothoofdstuk gaat in op de betekenis van seksualiteit voor je identiteit. Hier komen onder meer christenen met een homoseksuele aard aan het woord die het betoog een doorleefde kracht bijzetten, zoals Christopher Yuan en Rosario Butterfield. Ook zij dacht lang dat zij zonder meer lesbisch was. De enige conclusie die dan overblijft is: take it or leave it. De (westerse) mens van nu bepaalt zelf wie hij wil zijn.

Tegenover dit denken wordt de mens als beeld van God geplaatst. Een christen is het eigendom van Christus. Eigen gevoelens en verlangens zijn geen neutraal gegeven, maar kunnen aangetast zijn door de zonde. Een term als ‘christen-homo’ is ongelukkig, omdat die nog te veel het homo zijn accentueert. Door dat aspect te relativeren, ontstaat er ruimte voor een zinvol leven zonder dat te veel door het seksuele te laten bepalen. Een christen is niet langer slaaf van de zonde, maar heeft er wel een leven lang tegen te strijden. Verzoekingen blijven, maar ze hoeven ons niet langer te beheersen. Wie volhardt in de strijd, mag uitzien naar de kroon des levens ( Jak.1:12). Hier worden mooie dingen gezegd over het omgaan met verzoekingen, die voor alle vormen van verzoeking gelden.

Evaluerend enkele opmerkingen. Het onderwerp is onverminderd actueel. Denk aan de recente opwinding over het toelatingsbeleid van reformatorische scholen op dit punt. Het is daarom zinvol dat de bezinning doorgaat. Deze publicatie draagt daaraan bij. De bijbelse gegevens worden getrouw en overtuigend weergegeven.

Wat ik bij dit betoog mis, is het cruciale punt dat God ons Zijn geboden geeft in de bedding van het verbond. ‘Ik ben uw God.’ In het boek Homoseksualiteit tussen Bijbel en actualiteit van dr. A.A.A. Prosman komt dit wel duidelijk naar voren. Dr. De Vries, de auteur van het betoog, heeft dit boek gelezen maar dat punt helaas buiten beschouwing gelaten. Het had het betoog meer relationeel en wervend gemaakt. Nu kan het wat ponerend en stijl overkomen, ook al wordt duidelijk gesteld dat dit niet de bedoeling is.

In het verlengde daarvan had ik verwacht dat er meer aandacht gegeven zou worden aan het praktisch functioneren van pastoraat en christelijke gemeente in dit opzicht en de plaats die mensen met een homoseksuele aard daarin mogen innemen.

Het meest boeiend vond ik het slothoofdstuk van de hand van dr. Klaassen. Daarin geeft hij een aanzet om de onderhavige ontwikkelingen te duiden als een diepingrijpende geestelijke omwenteling, die de van God gegeven scheppingsstructuren aantast. Als deze ontwikkeling doorgaat en alles lijkt daarop te wijzen, dan zal dat ingrijpende gevolgen hebben voor de godsdienstvrijheid, vrijheid van onderwijs en het functioneren van christenen in de samenleving.

J. van der Wal, Dordrecht

J. van der Wal
J. van der Wal