Waar bent u naar op zoek?

Boekbesprekingen

P.J. Vergunst
Door: P.J. Vergunst
28-10-2021

Dr. R. Toes Geloof in onderwijs. Uitg. de Banier, Apeldoorn; 240 blz.; € 12,95.

Dr. Richard Toes, bestuursvoorzitter van het Wartburgcollege, kijkt breed om zich heen en ziet scherp. In Geloof in onderwijs brengt hij ervaring en inzicht samen die hij decennialang opdeed als docent Geschiedenis aan en later directeur van de Rotterdamse Guido de Brès, als bestuursvoorzitter van het Wartburg en zijn driejarige lid zijn van de Onderwijsraad. Hij geeft het tijdloze ten aanzien van onderwijs weer, benoemt wat vandaag op het onderwijs afkomt en signaleert op welke punten een christen kritisch op de tijd moet staan. Dit boek dient elke leerkracht en toezichthouder in de eerstvolgende vakantie te lezen, dit boek mag de komende kleine attentie voor vrijwilligers zijn.

Toes bepleit focus op waar het onderwijs echt toe dient. Dat is… onderwijzen! De religieuze, intellectuele, culturele, ambachtelijke erfenis van het verleden moet doorgegeven worden. Het gaat om funderend onderwijs, gericht op de vorming van jonge mensen, gericht op het ontvankelijke. Zijn afkomst als docent Geschiedenis verloochent hij niet: ‘Hoe luider de roep om radicale vernieuwing en herstructurering klinkt, des te meer moeten we inzetten op het inwijden van onze leerlingen in de wijsheden van een gedeelde geschiedenis.’ Om basiskennis gaat het dan, die moet onderwezen worden. Voor christelijk onderwijs komt daar als eigene bij dat het hart uit de vele verstrooiing teruggevoerd wordt tot aandacht voor, concentratie op en overpeinzen van dat ene wat het hart verzadigen kan. Noem het maar opvoeden in de lering en vermaning des Heeren. Bereiken kun je dat met slow learning, rust, vooral met lézen, met een heldere visie op de inhouden van het onderwijs. Om daar te komen is orde in de klas nodig, door Toes getekend als een mix van vriendelijkheid en duidelijkheid.

De scherpste pijl van de Rotterdamse onderwijsman richt zich op het centraal stellen van het unieke kind, op de personalisering, de individualisering, ook door de inspectie. Bij een open Bijbel zeggen we immers dat elk kind uniek is, maar niet autonoom. Hij hekelt – met recht en met redenen – de onpedagogische interpretatie van onderwijs als ‘grenzeloze ontwikkeling’ voor een kind, waarmee perfectionering van de mens de plaats van persoonsvorming inneemt. Als gevolg van die individualisering in het onderwijs is er groot accent op de wijze waarop de boodschap gebracht wordt (invoelend, aandacht voor de competentie van het kind), terwijl er weinig aandacht is voor de boodschap: de inhoud van het onderwijs, het onderwijzen.

Hé, dacht ik hier, signaleert Toes nu dingen die voor de prediking en de catechese in de kerkelijke gemeente er ook toe doen? In Geloof in onderwijs wijst de auteur ook een weg, komt hij verder dan een analyse, hoe vruchtbaar dat trouwens al is.

Met de enkele leerling wil hij de weg van de nederigheid gaan, een houding die vrij en gelukkig maakt, omdat je van jezelf niet meer van alles hoeft.

Behalve aan overheid en politiek, aan onderwijsinspectie en ouders houdt Toes ook reformatorische scholen een spiegel voor. In navolging van Groen van Prinsterer leert hij deze denominatie ons volk niet uit het oog te verliezen, als christelijke school een opdracht voor de nabije omgeving te aanvaarden. Ook deze zin is stof voor bestuurskamers: ‘Een open toelatingsbeleid is niet zo bedreigend als we de doorleefde identiteit vasthouden’, een woord waarmee hij zich op ds. G.H. Kersten beroept.

Elke onderwijzer moet (op pabo of lerarenopleiding) zijn vak leren, elke toezichthouder moet de kaders waarbinnen goed onderwijs plaatsheeft, kunnen toetsen. Ik acht Geloof in onderwijs hiertoe bijzonder helpend. En betrokken ouders en ambtsdragers zien de ontwikkelingen in de samenleving rond neoliberaal rendementsdenken, de vrijheid van onderwijs, rond burgerschap en de politieke agenda over gender en sekse. Deze publicatie plaatst voor hen bedreigende ontwikkelingen in een breder kader én geeft concrete handvatten voor de invulling van onze blijvende roeping in het christelijk onderwijs.

P.J. Vergunst
P.J. Vergunst