In het Markusevangelie is veel uit het Oude Testament verwerkt. Zo zijn bijvoorbeeld de gelijkenissen geïnspireerd op profetieën uit het Oude Testament, en dragen bepaalde getallen symbolische betekenis.
We missen veel van de boodschap van het Markusevangelie, wanneer we niet weten waarom de evangelist zo veel uit het Oude Testament in zijn Evangelie verwerkt en welke gevoelswaarde dat heeft. Ik geef enkele voorbeelden waarin Markus nadrukkelijk naar het Oude Testament verwijst.
Avond
‘Toen het nu avond geworden was en de zon onderging, brachten ze bij Hem allen die er slecht aan toe waren.’ (Mark.1:32) De avond is in Bijbel altijd heel bijzonder en kent verschillende betekenissen. In het Oude Testament is de avond het begin van de nieuwe dag en niet het einde. Het wordt donker, maar de morgen komt, al ligt de nacht ertussen. De avond wordt verstaan als het onderpand van de nieuwe dag. In de avond vermengen licht en donker zich met elkaar. We zijn geneigd te denken dat het donker wint, want het wordt nacht en dat gaat gepaard met gevoelens van eenzaamheid. Niets is minder waar, want de morgen volgt, het licht gaat op en de duisternis moet wijken.
Waarom vertelt Markus over de avond én over mensen die er slecht aan toe zijn? Gaat hij het voor die mensen nog donkerder maken? Zeker niet! Hij heeft het over de avond, maar weet: de morgen komt. Niet alleen letterlijk, maar ook lichamelijk. Er komt voor die mensen hoop, heil, een nieuw begin. De Heere vervult wat we lezen in Psalm 30: ‘Overnacht ’s avonds het geween, ’s morgens is er gejuich.’
Woestijnplaats
‘En ’s morgens vroeg, nog diep in de nacht, stond Hij op.’ (Mark.1:35) Markus zegt met deze zin: het gaat Pasen worden. Pasen is diep in de nacht begonnen, de bevrijding van de machten begint in de nacht en krijgt in de morgen zijn beslag. ‘En Hij ging heen naar een eenzame plaats (woestijnplaats) en bad aldaar.’ (Mark.1:35) Jezus gaat niet zomaar naar een stille plaats, maar naar een plek in de woestijn. De woestijn is in de Bijbel de plaats waar God Zijn woorden bij de berg Sinaï aan Zijn volk heeft gegeven. De woestijn is ook de plaats waar een mens leert dat hij niets in de hand heeft en alles uit handen moet leren geven. Ook de plaats waar hij moet leren om volstrekt afhankelijk van God te leven en telkens moet beseffen dat hij onderweg is en nog niet thuis.
Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van donderdag 10 maart 2022. Neem een jaarabonnement (€ 49,95). Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-!