Waar bent u naar op zoek?

blog

De genade die de Heilige Geest over ons uitstort

31-05-2017

Ooit zei een gemeentelid tegen me: ‘Er is zoveel meer, dominee.’ Hij bedoelde dat de Heilige Geest ons allerlei bijzondere ervaringen wil doen beleven. Dat is echt Pinksteren.

Dan zijn we het stadium van ‘alleen maar geloven in Jezus’ voorbij. Er is inderdaad ‘zoveel meer’ (dan wij denken). Maar dat ‘meer’ ontvangen we in de Naam van Jezus en nooit buiten Hem. De mensen bij wie de Heilige Geest in het hart werd uitgestort, werden ‘rechttoe-rechtaan’ naar Jezus toe gedreven. Op Pinksteren verbindt de Heilige Geest zich voor eens en voorgoed met de Naam Jezus.

En al wie door de Heilige Geest met Jezus wordt verbonden, vindt in Hem zoveel dat we begrijpen wat Johannes zegt: ‘Uit de volheid die in Hem is, hebben wij allen ontvangen genade voor genade.’ (Joh.1:16) In dit artikel staan we stil bij een zevenvoudige genade die de Heilige Geest ons in de Naam van Jezus geeft.

Onze redding

De eerste genade is: de Naam Jezus en onze redding.

Petrus staat met de andere apostelen voor het Sanhedrin. Ze zijn ter verantwoording geroepen om de Naam van Jezus. Hij is niet bang, maar verkondigt vrijmoedig het wonder van de redding door zijn Heiland. Hij zegt: ‘De zaligheid is in geen ander, want er is onder de hemel geen andere Naam onder de mensen gegeven, waardoor wij zalig moeten worden.’ (Hand.4:12)

Dit Evangelie is het kloppende hart van de Naam. Het is dat schuldige mensen door het geloof in de Naam Jezus vergeving van zonden en eeuwig leven ontvangen, omdat Hij voor al hun zonden heeft betaald. Petrus had het ook al op Pinksteren verkondigd: ‘Ieder die de Naam van de Heere zal aanroepen, zal zalig worden.’ (Hand.2:21) Op Pinksteren stelt de Heilige Geest de Naam Jezus centraal. Pinksteren is het feest van de Naam Jezus. Dit rijke geschenk ontvangen ook wij door de overgave aan Hem.

Maar er is meer in Zijn Naam.

Getuige zijn

De tweede genade: de Naam Jezus en getuige zijn.

De Geest van Pinksteren verbindt ons zó nauw met Jezus dat Hij die Naam in het hart van ons leven brengt. Hij in ons en wij in Hem. Daardoor duwt Hij onze eigen naam en eer naar de achtergrond. En Hij schenkt ons de liefde om van de Naam Jezus te getuigen. Dat beloofde Jezus aan Zijn discipelen, toen Hij zei: ‘En u zult Mijn getuigen zijn.’ Dat kan geen duivel en geen Sanhedrin tegenhouden. Ook al zeggen zij: ‘Hebben wij u niet ten strengste bevolen dat u in deze Naam niet zou onderwijzen?’ (Hand.5:28) Ja, zo is het op het pinksterfeest. Hoe merkt de wereld waarin wij leven dat het Pinksteren is? Doordat de Naam van Jezus wordt gehoord.

Maar er is meer in Zijn Naam.

Herstel

Derde genade: de Naam Jezus en het gebrokene.

Er zit een kreupele man bij de Schone Poort van de tempel. Hij bedelt om te overleven. Zijn leven is gebroken. Maar dan komen Petrus en Johannes bij hem, gezonden in de Naam van Jezus. De man houdt zijn bedelaarshand op. Als Petrus dat ziet, zegt hij: ‘Zilver en goud heb ik niet, maar wat ik heb, dat geef ik u: in de Naam van Jezus Christus de Nazarener, sta op en ga lopen.’ (Hand.3:6)

Dan neemt de Heilige Geest die man bij de hand, zet hem rechtop en doet hem huppelen in de Naam van Jezus. In die Naam is er herstel, vernieuwing van ziel en lichaam. Dat is de troost van de Heilige Geest. Hij kan zo goed troosten.

Het pinksterwonder van die man bij de Schone Poort is een voorbode en garantie dat eenmaal alle dingen nieuw zullen worden. Deze belofte, verankerd in de Naam Jezus, bloeit bij de Schone Poort als een roos in de woestijn (Jes.35:1).

Maar is meer in Zijn Naam.

Zending

Vierde genade: de naam Jezus en de verbreiding van het Evangelie.

Op Pinksteren is de Heilige Geest in Zijn element als het gaat om de zending, de verbreiding van de Naam van Jezus. De Heilige Geest houdt van reizen, zendingsreizen. Hij reist vanuit Jeruzalem over de grenzen van Israël heen naar de heidenen. Overal waar mensen wonen, horen zij van de Naam Jezus. Zoals Jesaja al profeteerde: ‘En op Zijn Naam zullen de heidenen hopen.’ (Matt.12:21; Jes.49:6) Petrus verkondigt die Naam aan Cornelius (Hand.10), Paulus aan de Atheners (Hand.17) en Johannes aan de bewoners van West-Turkije. (Openb.1-2)

Zo heeft de Heilige Geest die Naam ook bij ons gebracht. Hoeveel grenzen stak Hij daarbij niet over. En nu staat Hij voor de deur van ons hart en zegt in de Naam van Jezus: ‘Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen.’ Over een pinksterwonder gesproken: je hart als woning voor de Naam Jezus.

Maar er is meer in Zijn Naam.

Lofprijzing

Vijfde genade: de Naam Jezus en de lofprijzing.

Er komt geen einde aan de pinkstergaven in de Naam Jezus. De Heilige Geest maakt mensen zo vol van die Naam en Zijn zondaarsliefde dat ze Hem gaan aanbidden, loven en prijzen. De schrijver van de Hebreeënbrief spoort zijn lezers daartoe aan met de woorden: ‘Laten wij dan altijd door Hem een lofoffer brengen aan God, namelijk de vrucht van lippen die Zijn Naam belijden.’ (13:15) Lukas besluit zijn Evangelie ermee: ‘Zij loofden en dankten God.’ (Luk.24:53) Ook wij mogen ons op Pinksteren laten meenemen door de Heilige Geest om te zingen van Zijn Naam. Als een vervulling van Psalm 72: Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen.

Maar er is meer in Zijn Naam.

Volharding

Zesde genade: de Naam Jezus en de volharding.

Er woont een christen in Pergamus, Antipas. Hij heeft getuigd van de Naam Jezus. Dat is hem niet in dank afgenomen. Hij is erom gedood. Verloochende hij de Naam Jezus niet op het kritieke moment? Nee, de Heilige Geest heeft hem zoveel genade geschonken dat van hem geldt: ‘U houdt vast aan Mijn Naam.’ (Openb.2:13) Die kracht in zijn zwakheid schonk de Heilige Geest Hem in de Naam Jezus.

Op volharding komt het aan. Want wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden (Matt.24:13). Dat geldt ook voor ons vandaag. We zien het aan dominee Habila uit Nigeria, die door de Naam Jezus Die hij beleed, de kracht en de moed ontving om te volharden. Nu verkondigt hij het wonder van zijn redding overal ter wereld.

Maar er is nog meer in Zijn Naam.

Wederkomst

Zevende genade: de Naam Jezus en de wederkomst.

Jezus spreekt door Zijn Geest tot Zijn bruid: Ik kom spoedig. En diezelfde Geest maakt dat Zijn bruid bij het horen van de Naam van haar Bruidegom zo’n verlangen naar Hem krijgt dat zij roept: Ja kom, Heere Jezus. (Openb.22:20) Zo heerlijk is Zijn Naam. En als Hij dan terugkomt, zal vervuld worden wat geschreven staat in Openbaring 22:4: ‘En zij zullen Zijn aangezicht zien en Zijn Naam zal op hun voorhoofd zijn.’ Dat is het voorhoofd dat eenmaal natgemaakt werd toen we gedoopt werden en de Naam van Jezus met die van ons verbonden werd. We hebben een verzegelde belofte aan ons voorhoofd (ds. G. Boer).

Is er nog meer genade in de Naam Jezus? Ja, veel meer, maar die gaat onze maat te boven. Dat heeft geen oog gezien, geen oor gehoord en is in geen mensenhart opgekomen, om God daarin eeuwig te prijzen. (1 Kor.2:9)

Ik wens u een zevenvoudige zegen op het Pinksterfeest.

W. Verboom