Waar bent u naar op zoek?

De verdwenen bijbel

ds. J. Noltes
Door: ds. J. Noltes
07-01-2021

Mijn eerste huisbezoek, samen met een ouderling, was bij een niet kerkelijk meelevend echtpaar. Hoewel onze komst van tevoren was aangekondigd, troffen we mevrouw alleen thuis.

Van dit bezoek is mij één ding altijd bijgebleven. Dat is dat er op mijn vraag of ze nog wel gewend waren de Bijbel te lezen een bevestigend antwoord kwam, een beetje verontwaardigd zelfs. Al gingen ze dan niet naar de kerk, bijbellezen deden ze wel.

Lichte paniek

Toen ik echter tegen het einde van het bezoek vroeg of ik hun bijbel even mocht gebruiken om er een gedeelte uit te lezen, ontstond er een lichte paniek. De bijbel bleek niet op de plaats te liggen waar hij hoorde… Overal werd gezocht; laden werden opengetrokken, de linnenkast werd geïnspecteerd, maar ook van achter de lakens kwam de bijbel niet tevoorschijn. Ondertussen verzuchtte de vrouw (haar dochter had haar met de huishouding geholpen): ‘Waar heeft die meid die bijbel nou toch gelaten?’ Mijn broeder-ouderling en ik dachten er achteraf het onze van…

Eigen bijbeltje

In het huwelijksformulier dat ik jarenlang in trouwdiensten gebruikte, wordt het bruidspaar voorgehouden dat een christelijk gezin onder andere daardoor wordt gekenmerkt dat daar ‘de Schrift wordt gelezen en gehoord’. In elk christelijk gezin moet het dus vanzelfsprekend zijn dat minstens een keer per dag (liever vaker) alle gezinsleden rondom de Bijbel samen zijn en er uit het Woord gelezen wordt. Wie er voorleest, vader of moeder, is mijns inziens een kwestie van afspraak. Mijn advies zou zijn: om de beurt. Belangrijker is echter om de kinderen, zo gauw dat kan, er nauw bij te betrekken, bijvoorbeeld door elk kind een eigen bijbeltje te geven, waarin het meeleest. Wat je hoort en tegelijk leest, neem je makkelijker in je op. Bovendien geeft het vader of moeder gelegenheid om op een bepaald moment aan een kind te vragen om verder te lezen. Dat zal de aandacht bevorderen en bovendien leert het kind op deze manier om zelf ook hardop uit de Bijbel voor te lezen. Het is ook raadzaam om tieners zo nu en dan de taak van vader of moeder over te laten nemen, waarbij het gebed en de hoop mag zijn: ‘Jong geleerd, oud gedaan.’

Licht en leven

Hoe belangrijk de Bijbel is, wordt ons duidelijk gemaakt in Psalm 119 met de woorden: ‘Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.’ Veronderstel eens dat er geen licht zou zijn: er zou in de natuur niets kunnen groeien. Zonder licht geen leven. Zo is er geen geestelijk leven zonder Gods Woord. Hoe zouden wij van God als onze Schepper en van de Heere Jezus als Zaligmaker van zondaren weten als ons dat niet in de Bijbel werd geopenbaard? Terecht wordt de Bijbel daarom wel ‘brood voor het hart’ genoemd. Ten diepste is de Heere Jezus dat brood. Dat heeft Hij Zelf gezegd: ‘Ik ben het brood des levens, wie tot Mij komt zal beslist geen honger hebben en wie in Mij gelooft zal beslist geen dorst hebben.’ (Joh.6:35)

Daarom zei Hij ook: ‘U onderzoekt de Schriften, want u denkt daardoor eeuwig leven te hebben en die zijn het die van Mij getuigen.’ (Joh.5:39) Aan het slot van hoofdstuk 20 sluit Johannes daarbij aan met te betuigen dat alles wat hij in zijn Evangelie geschreven heeft, maar één doel heeft: ‘opdat u gelooft dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat u door te geloven het leven zult hebben in Zijn Naam’. Dat is overigens het doel van heel de Schrift.

ds. J. Noltes
ds. J. Noltes