‘Dit is fundamenteel’
De één wordt er enthousiast van, een ander haakt af, weer een ander is nieuwsgierig. Wat beweegt de Gereja Protestan Indonesia Luwu (GPIL) om aan de slag te gaan met de Heidelbergse Catechismus? Is het de nieuwe visie van de GZB om de gereformeerde leer te verbreiden?
Tegen aandacht voor de Heidelbergse Catechismus binnen de GPIL is het nodige in te brengen. Is de GPIL echt geholpen met een geschrift van 460 jaar oud, dat ingaat op de vragen en uitdagingen van die tijd? Zou de GPIL niet meer geholpen zijn met een belijdenis die ingaat op de uitdagingen en problemen waar de GPIL voor staat: de schepping die in rap tempo naar de knoppen gaat, armoede, discriminatie, onrechtvaardigheid, corruptie en radicalisme?
Nieuw enthousiasme
De aandacht voor de Heidelbergse Catechismus binnen de GPIL is geen wens van de GZB. Het komt bij de GPIL zelf vandaan. Al moet ik er eerlijk bij zeggen dat de conferenties rond het 450-jarig bestaan van de Heidelbergse Catechismus wel bijgedragen hebben aan een nieuw enthousiasme en elan.
Op de vijfjaarlijkse synodevergadering in 2014 nam de GPIL een nieuwe kerkorde aan. Tijdens de discussie kwam ook de Heidelbergse Catechismus voorbij. De uitkomst van de discussie over de Heidelberger was: we nemen de catechismus niet alleen opnieuw op als basis voor het geloofsonderricht, maar verplichten onszelf daarbij om de inhoud van dit geschrift binnen de gemeenten weer voor het voetlicht te brengen. Tijdens deze synodevergadering werd ook een nieuw strategisch beleidsplan aangenomen, waarin een van de vijf speerpunten was: we willen reformatorischer worden. We zijn in naam reformatorisch, maar we weten er eigenlijk heel weinig van. Wat is nu precies onze identiteit als reformatorische denominatie?
Vier logische delen
Ook tijdens de vijfjaarlijkse synode in 2019 werd opnieuw uitgesproken dat de GPIL reformatorischer wil worden. Als team vorming en toerusting hebben we geprobeerd dit concreet te maken. Hoe hebben we het aangepakt?
We hebben de Heidelbergse Catechismus opgedeeld in vier logische delen, om het geschrift zo binnen vier jaar te kunnen introduceren. Voor het eerste deel (zondag 1-7, 23-28) hebben we predikanten van de GPIL gevraagd om per zondag (1) een korte uitleg, (2) een uitwerking van de betekenis, toepassing en relevantie en (3) een preek te schrijven. De predikanten kregen boeken over de Heidelbergse Catechismus. De gedachte was: zo moedigen we predikanten aan om te studeren, vergroten we het draagvlak en ontwikkelen we materiaal dat aansluit bij de concrete context. De doelgroep die we met het materiaal op het oog hadden, waren de gezinsdiensten en de jongvolwassendiensten (die doordeweeks gehouden worden).
Het geven van feedback op de ingeleverde bijdragen was nog best een uitdaging. Bijvoorbeeld de eerste versie van de preek over zondag 2 (door in de spiegel van Gods wet te kijken, kom ik te weten hoe ellendig ik eraan toe ben). De preek ging over de vreugde om Gods wet te doen (naar aanleiding van Psalm 119). Het kostte ons als team enige overredingskracht om de predikant te overtuigen dat de preek wel goed was (en passend bij de wet als richtsnoer om de dank voor Gods genade concreet te maken), maar niet paste bij de inhoud van zondag 2 (de wet als spiegel om overtuigd te worden dat ik als zondaar Gods genade in Jezus Christus nodig heb).
Boekwerk en werkgroep
Ook hebben we een boekwerk gemaakt. Naast een algemeen hoofdstuk over de Heidelbergse Catechismus staat daarin een aantal hoofdstukken over de eerste zondagen, met onder andere de volgende onderdelen: omschrijving van het thema, de vragen en antwoorden, de tekstverwijzingen (uitgeschreven), een vertaalde meditatie van dr. W. Verboom (Het liefdeslied uit Heidelberg), een uitleg door een GPIL-predikant, een uitwerking van de betekenis, toepassing en relevantie door een GPIL-predikant, discussievragen, manieren om de Heidelbergse Catechismus op creatieve wijze te bespreken (bijv. door gesprek over tekstverwijzingen), preek door GPIL-predikant, een voorbeeldgebed, liedsuggesties, internetlinks naar predikanten die de Heidelbergse Catechismus uitleggen (YouTube) en extra informatie uit boeken (met toestemming).
Met het oog op de vorming en toerusting op de elf trainingsplekken hebben we een werkgroep gevormd, bestaande uit vijf predikanten. Hoewel hun zelfvertrouwen eerst wel wat moest groeien en ze eigenlijk wilden dat ik alle trainingen zou verzorgen, zijn ze stapje voor stapje ook zelf (stukjes van) de trainingen gaan geven.
Open en nieuwsgierig
Wat is me opgevallen tijdens de voorbereidingen en de trainingen? In ieder geval de onbekendheid. Op een enkele predikant na weet niemand iets over het geschrift dat in de grondslag van de kerk als basis voor het geloofsonderricht genoemd wordt.
Wat eruit springt, is de openheid en nieuwsgierigheid van zowel predikanten als ouderlingen en andere leidinggevenden. De deelnemers zijn gewoon heel benieuwd, doen goed mee en het enthousiasme bij het begin neemt alleen maar toe. Het algehele gevoelen is: dit is fundamenteel. Waarom hebben we hier niet eerder over gehoord? Waarom komt er nu pas vorming en toerusting over dit geschrift dat ons zicht geeft op onze eigenheid als kerk en ons verbindt met het geloof van onze grootouders?
Op eigen initiatief had ik de Heidelbergse Catechismus binnen de GPIL niet geagendeerd. Nu ik mag aansluiten bij hun eigen verlangen, geniet ik er zelf toch ook wel van. Omdat ik constateer dat de Heidelbergse Catechismus inspireert en relevanter is dan ik van tevoren had gedacht. Onze diepgewortelde neiging om onze eigen weg te gaan (los van God), God die geen God meer is als Hij zijn heiligheid en rechtvaardigheid tussen haakjes zou zetten, de radicale focus op Jezus als de weg tot redding die God Zelf gegeven heeft, genade die er niet toe leidt dat we er bij God de kantjes van aflopen, maar ons juist op het allerdiepste niveau aanzet tot een dankbaar en vruchtbaar leven voor Gods aangezicht, enzovoort: het krijgt weer nieuwe betekenis en relevantie in een context die gestempeld wordt door de islam.
In Nederland had ik als predikant voornamelijk te maken met gemeenteleden die zweerden bij de waarheid van de Heidelbergse Catechismus en gemeenteleden die zich afzetten tegen het ‘keurslijf’ van de Heidelbergse Catechismus. De ervaring hier in Indonesië leert mij dat er een derde weg is.