Waar bent u naar op zoek?

ds. R.H. Kieskamp

P.J. Vergunst
Door: P.J. Vergunst
14-05-2021

Man van gebed – dat had hierboven gestaan, als deze bijdrage een kop had. Voor alles was ds. R.H. Kieskamp een man van gebed. Wie immers wenst jou op je verjaardag ‘veel verborgen omgang met God toe, waarin je je voortdurend leeg bidt en alles bij God neerlegt en op Hem hoopt in vertrouwen op Zijn beloften’? In uitingen van meeleven als deze keek je in zijn eigen hart, ervoer je zorg van een vaderlijke vriend die je aanspoorde ‘je geweten gereinigd te houden, je oog gericht op Hem Die voorging in grote eenzaamheid wat mensen betreft en in grote gemeenzaamheid wat God aangaat’. Hier verwoordt ds. Kieskamp het geheim van zijn eigen predikantschap, dat hij als mooi én zwaar ervoer: de omgang met de Heere, de stille tijd die geblokkeerd kan worden door alles wat aandacht vraagt.

Kind van Oene en man van To

Roelof Hermannus Kieskamp wordt op 11 november 1935 in een boerengezin in Oene geboren. Levenslang blijft hij hecht verbonden aan deze Veluwse dorpsgemeenschap. Onder het gehoor van ds. J.T. Doornenbal worden noties als verootmoediging en herleving als zaadjes in zijn hart geplant, raakt hem voor alles de liefde van Christus voor verloren zondaars. Naast ‘kind van Oene’ was ds. Kieskamp ‘man van To’. Over de 55 huwelijksjaren waarin God hun vijf kinderen schonk, mag gezegd worden dat ze in het gebed aan elkaar verbonden waren. ‘Vanuit Gods genade heb ik hoop voor de kerk, veel hoop. Dat zeg ik ook namens mijn vrouw. Wij hebben samen veel gebeden voor de kerk.’ De onderlinge band maakte het mogelijk voor de ander offers te brengen. Zij stimuleerde hem – onderwijzer in Huizen – tot de studie theologie, die voorrang kreeg boven het huwelijk.

Dienaar van de kerk

Als derde was ds. Kieskamp dienaar van Christus, van Zijn kerk. Herder en leraar was hij van de gemeenten Oud-Alblas (1971-1975) en Leerdam (1975-2001), waarna hij als emeritus predikant pastoraal werk deed in ’s-Hertogenbosch, Rhenen, Doetinchem en Kesteren. Vier jaar maakte hij deel uit van het moderamen van de hervormde synode, een intensieve roeping waarover hijzelf zei: ‘Het gaf me veel gebedslast.’

Breder dan de kring van de Gereformeerde Bond keek hij beslist. Hij had heel de kerk op het oog, de kerken in Nederland, wat hem jarenlang een gezaghebbende inbreng deed hebben in het Contactorgaan voor de Gereformeerde Gezindte, COGG. Ja, heel ons volk had hij op het oog. Die betrokkenheid uitte zich hierin dat hij de toelichting op de Nederlandse Geloofsbelijdenis die hij samen met ds. H. Veldhuizen schreef, aan de rooms-katholieke prinses Máxima stuurde, nadat haar huwelijk met onze kroonprins aangekondigd was, een actie van hem in stilte.

Kerkelijke verdeeldheid en geestelijke lauwheid, activisme en liefdeloosheid kunnen maken dat onze harten onbesneden blijven, terwijl een krachtige werking van de Geest in de weg van verootmoediging zegenrijk uitwerkt en redding betekent voor onze hele samenleving, tot eer van God. Zó dacht en sprak ds. Kieskamp. Om toe te voegen dat we naast ons bidden ook vertrouwend mogen verwachten. Zijn verwachting van God was zo sterk dat hij vrijmoedig vroeg of Hij door Woord en Geest zo krachtig werkte in de samenleving dat ook alle moslims op verrassende wijze genade gaan zoeken en vinden. ‘Het zou het beste alternatief zijn voor Wilders.’

Studie

Van 1996 tot 2008 was ds. Kieskamp lid van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. Zijn bedachtzaamheid en wijsheid maakten dat de taak als tweede voorzitter hem paste. Was eerste voorzitter ds. G.D. Kamphuis afwezig, dan wilde hij thema’s nog weleens aanhouden of doorschuiven en kon de besluitvorming stokken. ‘Kan de Geest ons komende maand niet nog verder leiden?’ zei hij dan.

Behalve door gebed hield hij het in de gemeenten door studie vol. Onder leiding van prof. G. van den Brink werkte hij al enkele jaren in stilte aan promotieonderzoek naar de manier waarop de Dordtse vaderen tijdens de Synode van Dordrecht gereageerd hebben op de remonstrantse genadeleer. De teleurstelling dat hijzelf dit onderzoek niet afronden kon, legde hij in Gods hand.

Zestien maanden was hij ziek. Tot To op 29 april meedeelde ‘dat onze Roelof in alle vrede is ingeslapen in onze Heere’. Deze apostel van de liefde en opa van heel de gemeente, zoals ds. K. Hak in de rouwdienst in Lienden verwoordde, had zijn wens verkregen.

P.J. Vergunst
P.J. Vergunst