ds. W.Chr. Hovius
Op maandag 19 oktober is drs. Willem Christiaan Hovius in zijn woonplaats Apeldoorn in de leeftijd van 86 jaar overleden. Ds. Hovius diende de gemeenten van Nieuw-Lekkerland, Katwijk aan Zee (drie perioden), Ede en Apeldoorn.
Al jong wist hij zich geroepen tot het ambt van predikant. De verkondiging van het Woord en het pastoraat in de gemeente hebben altijd zijn hart gehad. Toch heeft hij zich daarnaast op veel terreinen bewogen: hij was onder meer bestuurslid van de Gereformeerde Zendingsbond, de Spaanse Evangelische Zending, de Stichting Schuilplaats en de Staatkundig Gereformeerde Partij (enkele jaren ook als voorzitter). Hij doceerde zowel bij de catechetencursus in Harderwijk als aan de Theologische Hogeschool van de Gereformeerde Bond ‘Johannes Calvijn’ het vak Oude Testament, maakte van 1997 tot eind 2007 deel uit van de redactie van het Gereformeerd Weekblad en schreef verschillende boeken, meestal meditatief van aard. In 2003 werd hij benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Tot op hoge leeftijd bleef ds. Hovius actief in prediking en pastoraat (onder meer in Zutphen en voor de interkerkelijke gemeente in het Spaanse Benidorm) en als mentor van twee preekgroepen. Samen met zijn vrouw, Mirjam, die hem door de jaren heen tot grote steun is geweest, gaf hij leiding aan studieweken voor studenten theologie van de Gereformeerde Bond.
Bruggenbouwer
Ds. Hovius is altijd juist vanuit zijn belijnd gereformeerde overtuiging een bruggenbouwer geweest. Het verlangen om samen te bundelen was een belangrijke motivatie voor zijn bestuurlijke inzet. Ik herinner mij hoe hij in een toespraak voor een menigte mensen uit de breedte van de gereformeerde gezindte, samengekomen in de Ahoyhallen in Rotterdam om te protesteren tegen de verruimde wetgeving rond abortus provocatus, herhaaldelijk zei: ‘Erg dat het moet, maar mooi dat het kan!’ Het deed hem goed dat de nood mensen uit allerlei kerken en kringen samenbracht. Typerend waren ook de woorden van een broeder ouderling, toen ds. Hovius opnieuw een beroep naar de hervormde gemeente van Katwijk aan Zee had aangenomen: ‘Dominee, we zijn blij dat u weer komt, want u zult toch de twee stokken wel meebrengen!’ (de stokken Liefelijkheid en Samenbinding uit Zacharia 11:10,14). Inderdaad zocht hij in het soms roerige Katwijk bruggen te slaan en olie op de golven te gooien door steeds terug te roepen naar het Woord, dat in Christus verbindt. Wat heeft het hem pijn gedaan dat 2004 scheiding bracht tussen broeders en zusters die bij elkaar horen op hetzelfde fundament.
Over de Edese tijd zei ds. Hovius in een interview: ‘Ik kon er goed overweg met de latere hervormde synodepreses ds. G. Spilt, al zeiden de mensen dat we beiden op een vleugel stonden.’ In Apeldoorn, waar de hervormd-gereformeerde evangelisatie werd geïntegreerd in de hervormde gemeente, was er goed contact met de collega’s uit de breedte van de kerk.
Verborgen schatten
We zijn de Heere dankbaar voor alles wat Hij in deze dienaar aan de kerk en aan de gemeenten gegeven heeft. Tijdens zijn eerste Katwijkse periode heb ik als beginnend student theologie vele preken van hem mogen beluisteren en ook catechisatie bij hem gevolgd. In vervolgstof behandelde hij onder meer Hooglied en Prediker. Steeds werden de lijnen doorgetrokken naar de vervulling in Christus en naar het geestelijke leven. Je merkte dat de tekst hem naar de preekstoel dreef en dat hij zelf steeds weer verwonderd was over de verborgen schatten in de akker van het Woord.
Zijn lievelingspsalm was Psalm 56, met name de woorden die op de rouwbrief vermeld staan en het uitgangspunt vormden voor de verkondiging in de rouwdienst door ds. P.J. den Admirant: ‘In God zal ik het woord prijzen; in de Heere zal ik het woord prijzen.’ Dat heeft hij vele jaren mogen doen, totdat in de levensavond zijn mogelijkheden steeds meer werden ingeperkt. In de mist van de laatste maanden, zo memoreerde zoon Cees tijdens de dienst, kon hij nog de zinnen uit de berijmde psalm aanvullen: ‘Ik roem in God… ik prijs ’t onfeilbaar Woord; ik heb het zelf… uit Zijne mond gehoord.’ De mist is voor Willem Christiaan Hovius nu helemaal opgetrokken. De belofte van zijn Heiland is aan hem vervuld: ‘Waar Ik ben, daar zal ook Mijn dienaar zijn.’ (Joh.12:26)