Waar bent u naar op zoek?

Een horend hart

Redactie
Door: Redactie
08-07-2021

Een eenheid van de Koninklijke Landmacht was van januari tot mei op missie in Noord-Irak. Ds. P. van Duijvenboden ging mee, ook op missie. ‘In de wekelijkse diensten zocht ik aan de ene kant naar laagdrempeligheid en aan de andere kant naar ruimte voor het Woord.’

Krijgsmachtpredikant ds. Van Duijvenboden was de geestelijk verzorger van álle aanwezige militairen in Erbil. ‘De nadruk in mijn werk ligt op pastoraat. Ik probeer met ‘een horend hart’ open te staan voor de verhalen en worstelingen van de mens die ik ontmoet. Concreet betekent dit dat ik zoveel mogelijk op de ‘werkvloer’ aanwezig was bij onze mensen. Ik heb vrijwel dagelijks de mensen bezocht op hun wachtposten of in hun legeringsgebied. Wanneer de mensen je beter leren kennen, verdiepen de gesprekken zich als vanzelf. Dat gebeurde ook deze uitzending. Ze lieten zich af en toe in hun ziel kijken.’

Daarnaast maakte ds. Van Duijvenboden deel uit van het Sociaal Medisch Team (bestaande uit een arts, predikant, maatschappelijk werker en personeelsfunctionaris), dat zicht houdt op mensen en de commandant adviseert wanneer er zorgen zijn.

Diensten en bijbelkring

Ds. Van Duijvenboden verzorgde ook erediensten: ‘Op zaterdag hield ik een dienst op de ene locatie en op zondag op de andere locatie. Dit was nodig vanwege Covid-19, waarbij we mensen zoveel mogelijk van elkaar gescheiden hielden. Daarnaast ben ik een bijbelkring begonnen, die door zeven deelnemers werd bezocht. Twee deelnemers van deze kring waren/zijn kerkelijk meelevend, vijf deelnemers waren zoekend of gewoon geïnteresseerd. Ik ben buitengewoon dankbaar voor de gesprekken die we op de kring hadden, die naar het einde toe zich kenmerkten door letterlijk van hart tot hart spreken met elkaar.’

Hoe gaf u invulling aan de kerkdiensten?

‘De liturgie is eenvoudig. Het begint met votum en groet, we luisteren naar liederen, lezen uit de Bijbel, horen een overweging, we bidden, zijn samen stil, steken een kaars aan en ontvangen Gods zegen. De preek (die ik meestal benoem als overweging) is kort, zo’n tien minuten, en moet voor mensen relevant zijn.

De diensten zijn gericht op de hele eenheid. Dat betekent dat ik aan de ene kant heb gezocht naar laagdrempeligheid en aan de andere kant naar ruimte voor het Woord. Concreet zocht ik iedere week naar een thema dat mijns inziens de fase van de uitzending karakteriseerde. Daarna koos ik een bijbelgedeelte dat licht kan laten schijnen over dit thema, bijvoorbeeld Nehemia 2 over het thema ‘bouwen’ toen we letterlijk in de opbouw zaten. In die dienst kreeg ook het lied ‘Ik bouw op U’ een plaats. Tegen het einde van de uitzending sprak ik over ‘onderling afhechten’ waarin het ging over vergeving (uit Luk.17:2,3). Tijdens de laatste dienst stond Psalm 90 centraal met als thema ‘Leer ons onze dagen tellen’. Het laatste lied in deze dienst was het lied ‘Zegen mij’.

Ik geef in de dienst ruimte om voor mensen en situaties een kaars aan te steken. Militairen waarderen deze mogelijkheid van op afstand meeleven zeer. Telkens weer merk ik dat mensen hechten aan voorbede in de dienst en ook mensen die niet naar de dienst komen, weten dat er voor hen en de gehele eenheid gebeden wordt. In elke dienst is er ook een moment van stilte. Dat voelt weldadig. Aan het eind van iedere dienst mag ik alle aanwezigen Gods zegen mee geven. Ik merk dat mensen daardoor bemoedigd worden.’

Waarin was deze missie anders dan eerdere uitzendingen waaraan u deelnam? Speelde corona een hinderlijke rol?

‘Deze missie was anders, omdat ik meeging met een eenheid van de Koninklijke Landmacht. Mijn vorige missies draaiden om inzet van de F-16. Nu draaide het om beveiliging van een vliegveld. Tegelijk was er veel hetzelfde en de dynamiek van het wonen op een vliegveld was er letterlijk dag en nacht. Waar we tijdens vorige missies vooral zelf bombardementen uitvoerden, werden we tijdens deze missie verschillende keren bestookt door de tegenstander. Dat gaf verhoogde spanning en alertheid, zeker toen er doden en gewonden vielen (niet onder de Nederlanders). Covid-19 speelde een rol, vooral richting centrale plaatsen als de eetzaal en contacten met andere nationaliteiten. Alles stond in het teken van afstand houden. Er waren weinig onderlinge contacten. Nadat een groot deel van de mensen was gevaccineerd (midden maart), werd een en ander wel soepeler.’

Nederland trekt zich deze maanden na negentien jaar terug uit Afghanistan. Welke rol ziet u voor ons kleine land inzake de wereldvrede?

‘Deze vraag moet beantwoord worden door de politiek. Het is niet aan mij om daar uitspraken over te doen.

Ik wil wel iets zeggen over mijn persoonlijke mening als het gaat om de inzet van geweld. Het gebruik van geweld is voor iedere christen een zeer ingewikkelde zaak. Dat moet vooral ook zo blijven. Tegelijkertijd vond ik het ingrijpen in de strijd tegen IS onontkoombaar, toen in het najaar van 2014 duidelijk werd dat er slachtpartijen plaatsvonden. Ik kan mij geen ‘christen zijn’ voorstellen waarbij je dan niet ingrijpt of het ingrijpen overlaat aan hen die buiten de kerk staan.’

U begon als predikant in Den Bommel, niet het grootste dorp van ons land. Nu liep u door Irak. Welke constante lijn was er toch in uw ambtelijke loopbaan?

‘Voor mij is het bijzonder dat onze God het met mij uithoudt. Ik heb mezelf door de jaren heen leren kennen als iemand die niet zonder genade kan. Juist die genade en trouw van mijn Heiland vormen de rode draad door mijn dienen. Dat ontdekte ik in mijn dienen in Den Bommel en dat is nooit veranderd.’


Missie in Irak

Een eenheid van de Koninklijke Landmacht is van januari tot mei in Noord-Irak geweest om samen met de Verenigde Staten de internationale luchthaven van Erbil te beveiligen. Na trainingen aan Koerdische strijdkrachten, schakelt de anti- ISIS-coalitie over op het adviseren van regionale militaire autoriteiten, een taak die vanaf dit jaar onder Nederlandse leiding staat. Het is de bedoeling dat Irak terreurorganisatie ISIS op termijn zelf bestrijdt. Bron: defensie.nl

Redactie
Redactie