Waar bent u naar op zoek?

Een Man van oorlog

ds. T. de Ridder
Door: ds. T. de Ridder
02-02-2023

De Heere is een Strijder, Heere is Zijn Naam. Exodus 15:3

De wereld is slagveld, met zo nu en dan, her en der, een periode van rust en vrede. De geschiedenis, ook van het volk van God, is vol strijd. God neemt daarin een prominente plek in.

Tot 1959 heette ons Ministerie van Defensie het Ministerie van Oorlog. Daaronder hingen de landstrijdkrachten; de marine had haar eigen ministerie. Natuurlijk past ‘Defensie’ beter bij de huidige slogan en missie: ‘Wij beschermen wat ons dierbaar is.’ Maar Defensie klínkt ook een stuk beter dan Oorlog. Je zou daarbij allerlei softe gedachten kunnen krijgen, en de realiteit uit het oog verliezen. De wapens waarmee we vechten zijn nog steeds even dodelijk – of zelfs dodelijker. In onze tijd van marketing moeten we daar alert op zijn.

Zacht

Dat geldt ook voor onze taal over God. Wij leren in de Bijbel te spreken over God als Herder, als Vader, als Geliefde zelfs. God Zelf openbaart Zich in Zijn Zoon, onze Heere Jezus Christus, als de Liefde zelf (1 Joh.4). Daarmee zitten we bij het hart van het Evangelie. Dat mogen we nooit vergeten. Maar we moeten ook elke keer weer vragen: wat voor beelden hebben wij bij deze woorden? Wat drukken ze voor ons uit? Dan is de kans groot dat ze voor ons gaan over soft values, zachte waarden als zorgzaamheid, geborgenheid en troost. In werkelijkheid gaat het over de harde werkelijkheid van het kruis, over de Vader Die Zijn Zoon laat sterven, over de daadwerkelijke doodsstrijd van de Messias.

God geeft de doorslag

Niet alleen Abram (Gen.14; zie meditatie vorige week), maar ook God Zelf werpt Zich in de strijd. In het eerste en misschien wel oudste lied van de Bijbel wordt gezongen: ‘De Heere is een Strijder’. Letterlijk staat daar ‘Man van oorlog’. Mozes en de Israëlieten zingen het uit van vreugde als ze de Egyptenaren dood aan de oever van de zee zien liggen (Ex.14:20). Zoals Mozes hun beloofd had, heeft de Heere voor hen gestreden. Zelf zijn ze droogvoets door de zee gegaan, maar de farao en zijn leger ‘zijn als een steen in de diepten gezonken’ (15:2). Het is opvallend dat dit leidt tot een belijdend spreken en zingen over de identiteit van God. ‘Nu weten wij Wie de Heere is. Zó is Hij.’

Bij deze heilige strijd hoeven de Israëlieten zelf geen vinger uit te steken. Het is de Heere Zelf Die de strijd tot de Zijne maakt. Op het eerste gezicht is dat een opluchting: we kunnen dit soort teksten niet gebruiken om menselijk geweld te legitimeren. De doorslaggevende verlossingen in de Bijbel zijn geen menselijk product. De exodus niet. Kruis en opstanding ook niet. Het is enkel en alleen God Zelf Die de doorslag geeft. Heel het Oude Testament door klinkt dan ook het geloof dat niet aantallen mannen, strijdwagens en paarden, kunnen bevrijden, maar slechts het vertrouwen op God: ‘Dezen vertrouwen op strijdwagens en die op paarden, maar wíj zullen de Naam van de Heere, onze God in herinnering roepen.’ (Ps.20:8)

Macht en tegenmacht

Bij nader inzien moeten we echter wel vaststellen dat de Heere een Man van oorlog is, een militair. Hij is Iemand Die vecht. Hij vecht voor Zijn volk, Hij vecht voor Zijn wereld. Daarmee wordt iets heel dieps gezegd over Wie God is en over hoe de wereld eraan toe is. Hoewel de Israëlieten God niet letterlijk zagen – ze zagen de wolk, de zee, het pad, de dode Egyptenaren – verbonden ze dit met Gods macht over de chaos, de dood, het kwaad. Zowel Gods soevereine macht áls de aanwezigheid van tegenmachten en de strijd die dat oplevert, zijn daarmee gegeven als fundamenteel voor een bijbelse theologie en levensbeschouwing. Pas helemaal aan het einde der tijden zal Jezus Christus als Man van oorlog in groot militair vertoon de strijd voor voorbij verklaren: ‘Hij oordeelt en voert oorlog in gerechtigheid.’ (Openb.19:11) Gods vijanden vergaan.

Het zou gek zijn als wij als gelovigen niets van die strijd mee beleven. Laat dat in de eerste plaats een geestelijke strijd zijn, de goede strijd van het geloof (1 Tim.6:12), waarin we het zwaard van het Woord hanteren (Ef.6:17). Maar je hoeft de mensen in Oekraïne niet te vertellen dat de strijd tussen goed en kwaad concrete vorm aan kan nemen. En waar dat gebeurt, daar moet gevochten worden. Daar betoont de Heere Zelf Zich een Man van oorlog. Waar moet er in jouw leven om gevochten worden?

ds. T. de Ridder
ds. T. de Ridder