Waar bent u naar op zoek?

Een oordeelsprofetie

ds. A.J. Hagedoorn
Door: ds. A.J. Hagedoorn
13-07-2023

Zo zal Moab weggevaagd worden, zodat het geen volk meer is, omdat het zich groot gemaakt heeft tegen de Heere. Jeremia 48:42

In Jeremia 48 lezen we een oordeelsprofetie over het volk van Moab. In deze en de volgende drie meditaties staat deze profetie centraal. Er is namelijk een totaal onverwachte, verrassende en zeer hoopvolle gedachte in te vinden. We leren hoe God is.

Wat voor beeld hebben wij eigenlijk van Hem? Is God voor ons vooral een God van liefde? Dat klopt natuurlijk, want dat leren we van Johannes: God is liefde… En als we de vreselijke verwoestingen in Oekraïne zien, dan vinden we dat het werk van wrede mensen en misschien ook wel van de duivel. Maar niet van God, want dat past niet bij een God van liefde.

De hoofdrol

Maar wat voor beeld krijgen we van God als we Jeremia 46 tot en met 51 lezen? Dat zijn hoofdstukken van onheilsprofetieën. Het ene na het andere land krijgt te horen dat er vreselijke dingen zullen gebeuren. Vaak speelt Nebukadnezar, de koning van Babel, daarbij een rol. Die verslaat het ene na het andere volk. Nebukadnezar dus in de hoofdrol? Nee! Die is in de Bijbel weggelegd voor de Heere. Dat blijkt bijvoorbeeld in hoofdstuk 46. Jeremia beschrijft daar hoe Egypte in oorlogsgeweld ten onder gaat en dan gaat het om ‘een dag van de Heere, de Heere van de legermachten, een dag van wraak om Zich te wreken’. In hoofdstuk 47 lezen we dat de Heere het zwaard opdracht heeft gegeven tegen de Filistijnen. En in hoofdstuk 48 gaat het over het oordeel over Moab. En dan lezen we: ‘Vervloekt wie het werk van de Heere traag uitvoert, ja, vervloekt wie zijn zwaard bloed onthoudt.’

Vernietiging en oordeel

Zouden we zo’n dominee of profeet vandaag serieus nemen? Of zou hij in onze moderne media totaal belachelijk zijn gemaakt? Want we willen géén God van vernietiging en oordeel. Maar Jeremia vertelt ons over een God Die daar wel degelijk mee te maken heeft. Mag dat van ons…? Ongemerkt zitten we ineens op de rechterstoel om God te beoordelen.

In de Bijbel is het andersom: de Heere aanschouwt al ons onrecht en al ons geweld en er komt een moment dat de Heere daar na lang geduld een einde aan maakt. Want God is een God van liefde. Daarom haat Hij het kwaad. Wij hebben een God van liefde en daarom stopt Hij het kwaad.

God oordeelt het kwaad

Zouden we dit anders willen hebben? Zouden we een God willen Die de farao in Egypte zijn gang laat gaan met kindjes in de Nijl te gooien en een volk jarenlang te onderdrukken? Willen we een God Die dictators met grootheidswaanzin niets in de weg legt? Willen we een God Die óns met ónze zonden altijd maar onze gang laat gaan? Een God dus Die het kwaad negeert en niet bestraft?

Dan moeten we op zoek naar een andere God dan Die van het christelijk geloof. Want het christelijk geloof zegt dat God komt om te oordelen en dat onze Vader in de hemel wel barmhartig en genadig is en vol van goedertierenheid en wil vergeven. Maar aan Mozes openbaart God Zich ook als de Rechtvaardige, Die de schuldige niet onschuldig houdt (Ex.34:7). Ook de profeten vertellen ons steeds weer dat God het onrecht niet kan luchten of zien en daarom met Zijn oordeel komt.

De grens bereikt

Jeremia leeft in de tijd van Gods oordeel. Eeuwenlang heeft God geduld gehad met Zijn volk Israël en met de volken rondom Israël. Maar nú krijgt het ene volk na het andere volk te horen dat de grens van het kwaad bereikt is. Dat geldt ook voor Moab. Wat is er met dat volk aan de hand? Ze hebben een vreselijke afgod, de oorlogsgod Kamos. Moab vertrouwt dus op oorlog en geweld, want ‘Kamos wil het’.

Dat is vandaag ook actueel. Nu worden eveneens oorlog en geweld goedgepraat met een beroep op godsdienst. Maar de God van Israël wil het niet, want Hij is een God van liefde. En daarom haat Hij het kwaad en daarom stopt Hij het kwaad. Dat is een bemoedigende gedachte. Tegelijk is het een huiveringwekkende waarheid, want dat oordeel van God gaat wel over mensen, en dus over óns.

ds. A.J. Hagedoorn
ds. A.J. Hagedoorn