Waar bent u naar op zoek?

‘Excuus, ik ben voor het huwelijk’

P.J. Vergunst
Door: P.J. Vergunst
27-05-2021

Kerken in Europa kunnen sinds deze maand hun eigen plaats zoeken op de Regenboog Index, een nieuwe lijst die ‘lhbti-inclusiviteit’ waardeert. De Protestantse Kerk in Nederland scoort hoog.

Relevant zijn voor de samenleving, dat wil de Protestantse Theologische Universiteit (PThU). Actief wil ze bijdragen aan betekenisvolle discussies in de kerk en de samenleving. In een ontmoeting die het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond met de raad van toezicht van de PThU had, benadrukten wij van onze zijde dat de universiteit er als eerste mag zijn om jonge mensen in academisch, confessioneel en geestelijk opzicht adequaat te vormen voor een taak in Gods Koninkrijk. Vooral denken we dan aan geroepen predikanten, aan jonge mannen om wie de kerk zo verlegen is. Immers, het meest relevant blijft de kerk voor de samenleving als ze het Evangelie van Christus als haar schat bewaart en zo de eer van God centraal stelt.

Relevante vragen

Over bovenstaande zinnen kun je lang doorspreken. Wat is vandaag immers een relevante discussie? Voor de kerk en de protestantse theologie zal dit het antwoord op de vraag moeten zijn op welke wijze een mens in zijn leven de goede, welbehaaglijke en volmaakte wil van God (Rom.12:2) onderscheiden leert. De doop roept ons immers op om voor Hem heilig te leven, om niet mee te gaan in het denkschema van deze wereld. Voor de kerk en de theologie zal dit de vraag naar de enige troost in leven en sterven zijn waarmee de Heidelbergse Catechismus inzet: houvast in de moeiten van het leven, houvast in het uur van je sterven. Vandaaruit waaiert de inhoud van dit belijdenisgeschrift breed uit, met name in de behandeling van de geboden. Je verlangt vanuit de theologische bezinning naar leiding over hoe de christelijke gemeente vandaag haar identiteit bewaart, hoe ze in onze cultuur op weg naar de dag van Jezus Christus gericht blijft op haar Hoofd en zo getuigend en dienend is.

Relevant zijn ondertussen niet altijd de vragen die de kerk stelt, laat staan die in de samenleving klinken. Relevant én klemmend zijn het meest de vragen die God stelt, zoals aan de eerste mens, Adam: ‘Waar bent u?’ God roept ons heilzaam tevoorschijn. Of Jezus’ vraag aan Zijn discipelen: ‘Wie zegt u dat Ik, de Zoon des mensen, ben?’ Het is het genadige van de prediking dat daar vragen klinken waar mijn zondige hart omheen kan lopen.

Discriminatie

Ik ervaar het als tragisch als de PThU zich inlaat met een actueel maatschappelijk debat en voor velen relevante vragen zónder het eigene van gereformeerde of protestantse theologie te honoreren. Inzake de Regenboog Index voor kerken in Europa is dit helaas aan de orde. Wat speelt er?

Op verzoek van belangenorganisaties voor christelijke lhbti’ers in ons werelddeel deden prof. Heleen Zorgdrager (gespecialiseerd in genderstudies) en praktisch theoloog dr. Rein Brouwer onderzoek naar de ‘lhbti-inclusiviteit’ van kerken. Duidelijk moest hierdoor worden op welke wijze kerken in Europa omgaan met lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen, transgender- en intersekse personen.

Dat er binnen de kerken sprake zou zijn van geweld richting en discriminatie van deze gemeenteleden, is zeer af te keuren. Als onderzoek dit overtuigend aan het licht brengt, is het van veel betekenis. Goed definiëren is dan wel de eerste opdracht. Immers, je kunt ‘discriminatie’ zien als ‘het onterecht verschil maken in de behandeling van mensen’, maar je kunt ‘discriminatie’ ook opvatten als ‘het ongelijk behandelen van personen of groepen op basis van kenmerken van die personen of groepen die in de gegeven situatie niet relevant zijn’. Ja, wat is dan relevant…? »

Het uitgangspunt dat onze Schepper de mens mannelijk en vrouwelijk schiep, is bij een open Bijbel beslist een relevant onderscheid. Dat het Woord van God het huwelijk ziet als de levensverbintenis van één man en één vrouw, geeft een beslissend onderscheid met het homohuwelijk. Anders kijken naar een man-vrouwrelatie dan naar een relatie van twee mannen, is geen discriminatie. Het gaat immers niet om gelijke dingen.

De Bijbel als normatief

Zorgdrager en Brouwer komen op basis van de reactie van lhbti’ers op 47 uitspraken tot een ranglijst. Tot die 47 behoort deze: ‘De doop wordt bediend aan alle lhbti-mensen en kinderen van lhbti-paren’. Wie deze keuze niet overneemt voor de kerkelijke praktijk, zal hoger scoren op de discriminatieladder. Zoals gezegd, met discriminatie heeft dit niets te maken. De site van de PThU meldt dat met dit onderzoek voor het eerst ‘objectieve informatie’ over dit thema beschikbaar is. Een aanvechtbare stelling, lijkt me. Hoe kun je op basis van persoonlijke meningen van mensen uit de lhbti-gemeenschap tot objectieve uitspraken komen? Schokkender is de toelichting bij het gebruik van de term ‘inclusiviteit’, hét woord in Nederland dat tegenwoordig moet aantonen of een organisatie wel of niet deugt. Ten aanzien van het PThU-onderzoek lees ik dat de Bijbel niet gebruikt is als een normatief instrument om genderrollen te definiëren. Hoe meer ik overdenk wat hier staat, hoe meer ik vastloop.

Welkom onder voorwaarden?

Op de site van de universiteit zegt dr. Brouwer: ‘Kerken zijn voor alle mensen, maar dat geldt niet zozeer voor alle kerken. Sommige mensen zijn niet welkom, of slechts welkom onder voorwaarden.’ Zulke stellingen zijn te gemakkelijk, wanneer dit betekent dat bepaalde mensen in orthodoxe kerken niet welkom zouden zijn.

In navolging van Jezus – ‘Komt naar Mij toe, állen…’ – past een uitnodigende houding de kerk. Ruim klinkt het welkom. Deze uitnodiging wordt voor elke toetreder echter gevolgd door onderwijs over ‘Mijn juk’, dat zacht is. Niemand die tot Hem komt, kan zichzelf blijven maar gaat leven naar de wetten van Zijn Koninkrijk. Onder dat zachte juk buigt elk mens die tot Jezus komt, die zich bij Zijn gemeente voegt. Het morele aspect van het leven van hetero’s en van lhbti’ers – niemand uitgezonderd – kan daarom niet buiten werking geplaatst worden, door aan de Bijbel het normatieve te onthouden. Als de Bijbel geen norm meer is, vertroebelen we binnen de kerk een open gesprek en dienen we uiteindelijk de samenleving niet.

Beide PThU-onderzoekers komen met adviezen, gebundeld in ‘24 stappen vooruit’. Brouwer noemt sommige hiervan ‘heel basaal’: ‘Bevestig dat alle mensen kinderen van God zijn en dat daar geen voorwaarden aan verbonden zijn.’ Tja, wat verstaan we onder ‘voorwaarden’…? Met het Nieuwe Testament in de hand houden we niet vol dat God geen appèl doet op hart en handen van Zijn kinderen. Terecht is de aanbeveling je uit te spreken tegen antihomogeweld. Als de PThU’ers echter oproepen ‘lhbti-stellen te ondersteunen als ze kinderen adopteren en opvoeden’, rijst de vraag met welk mandaat de universiteit van de Protestantse Kerk tot deze aanbeveling komt.


Ik wijs op twee recente voorvallen (er zijn er meer te geven) die ons de ogen moeten openen voor het intolerante klimaat naar degenen die in hun visie op huwelijk en relaties de doorgaande lijn in de Bijbel vasthouden. In Groot-Brittannië lag de politicus Sir Keir Starmer onder vuur, nadat hij op Goede Vrijdag een kerk bezocht die zich eerder uitsprak tegen gelijke rechten voor homoseksuelen. Het enkele feit dat dit lid van de Labourpartij een kerkdienst bezocht van een gemeente die een ‘traditionele bijbelse visie op seksualiteit’ erkent, kwam hem op zware kritiek te staan. En Starmer bóóg voor de sterke lobby, verwijderde informatie over zijn bezoek van internet en bood excuses aan: ‘Het was een fout, dat zie ik in.’

In Duitsland zagen we iets vergelijkbaars. De evangelisch-lutherse ds. Marcus Piehl uit Nordstemmen noemde in een artikel de hedendaagse visie op genderdiversiteit een aanval op Gods orde, de orde van de schepping. Hij schreef dat God ‘de levenslange verbintenis van een man en een vrouw zegent’. Deze woorden van ds. Piehl vielen niet goed bij twee opzichters van het kerkdistrict Hildersheimer Land- Alfeld: ‘buitengewoon vruchteloos’. Ook de perswoordvoerder van de regionale kerk van Hannover distantieerde zich van de uitspraken van ds. Piehl en sprak van ‘verkeerde en gevaarlijke standpunten’. En ja, net als de Britse politicus bóóg de Duitse dominee. Hij bood excuses aan na zijn pleidooi voor het huwelijk als verbond van één man en één vrouw, betreurt dat er door hem ‘verwondingen en irritaties’ ontstaan zijn en erkent dat zijn benadering niet vruchtbaar was.

Mensen serieus nemen

De kerk (!) volgt de ontwikkeling in de samenleving. Een vooraanstaande theoloog in Duitsland zei recent dat de rooms-katholieke catechismus in zijn omgang met seksualiteit niet meer in lijn is met de moderne menswetenschappen. ‘Wat daar staat, kun je niet meer zo zeggen. Wel moeten we het leven van mensen serieus nemen.’

Het brengt me bij de vraag uit Psalm 11: ‘Voorzeker, de fundamenten worden omvergehaald! Wat kan de rechtvaardige dan doen?’ Nee, David maakt geen excuses aan hen die het heilige omvertrokken, maar hij kijkt omhoog: ‘De troon van de Heere staat in de hemel.’

P.J. Vergunst
P.J. Vergunst