In de gemeente van Christus zijn we aan elkaar gegeven, ook in de voorbede voor de kerkelijke naaste. De roeping tot gebed voor de kerk geldt niet slechts de Protestantse Kerk of de wereldwijde kerk in de verdrukking. Ons gebed mag ook uitgaan naar andere gestalten van het lichaam van Christus, met name naar broeders en zusters bij wie de eenheid onder druk staat.
In de frequente contacten die het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond onderhoudt met de deputaten Eenheid van de gereformeerde belijders in de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) hebben wij op weg naar de kerkvereniging van 2004 – die gepaard ging met een scheuring in veel hervormde gemeenten – het biddende meeleven van (onder meer) christelijke gereformeerde zijde ervaren. Ook vanaf de kansel gebeurde dit. Zoiets vergeet je niet.
Op dit moment lijkt de situatie andersom, zijn de spanningen ten aanzien van het bewaren van de eenheid in de Christelijke Gereformeerde Kerken groot. De ontwikkelingen in de kerken die hij dienen mag – én in andere kerken die uit de Reformatie voortkomen –, brachten ds. J.M.J. Kieviet vorig jaar tot het stellen van de vraag of de Afscheiding van 1834 een vergissing was. Van de oude Gereformeerde Kerk is in ons land niet veel meer dan een ruïne overgebleven, constateerde hij. In de CGK is er al jaren spanning rond thema’s als de vrouw in het ambt en de aanvaarding van homoseksuele relaties, waarbij het gaat om het lezen en toepassen van de Schrift.
Wanneer de eenheid binnen de CGK meer en meer onder voor ons menselijk oog onhoudbare druk komt te staan, is dit een aangrijpende realiteit voor de kerken als geheel, voor elke plaatselijke kerk, voor ouderen én jongeren, voor het getuigenis van het Evangelie in dorp en stad. Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond roept de gemeenten daarom op tot regelmatige voorbede in de komende maanden voor al degenen die in de CGK geroepen zijn tot leidinggeven: een gebed om wijsheid, om inzicht in de Schriften, om liefde, vastberadenheid en bezonnenheid. En, wat we voor onze kerkelijke naaste bidden, kunnen we zelf evenmin missen.
Zo zijn we in de eredienst in de gebeden aan elkaar verbonden, in het verlangen dat de eenheid van het lichaam van Christus meer en meer gestalte mag krijgen.
Namens het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond,
P.J. Vergunst