Genoeg vragen
Opa is wijs. Hij zwijgt op de juiste momenten, stelt goede vragen, kent zijn plek. En hij vertrouwt
Vreselijk vond ik dat, onverschillige pubers op catechisatie die geen vragen (lijken te) hebben. Ik vind het leuk worden als het spannend wordt. Zin van het lijden, schepping of evolutie, doel van het leven: allemaal niet interessant of urgent genoeg. Nee, ze wisten de antwoorden niet, maar ze waren ook niet benieuwd naar een antwoord. Petje af voor degene die vragen weer interessant weet te maken.
In het boek Elisabeth van Maria Rosseels (het lezen waard!) wordt het levensverhaal verteld van ene fictieve Elisabeth. Elisabeth groeit op in een streng rooms-katholieke omgeving in het begin van de twintigste eeuw. Alles is voorspelbaar en op elke vraag is een antwoord te krijgen bij de pastoor of de nonnen. Een bezoeking voor de nieuwsgierige Elisabeth. Op een gegeven moment heeft ze het geluk een nieuwe non als juf te krijgen: Soeur Maura. Zij weet soms het antwoord niet. Dat levert eerst verslagenheid en verbazing op. Later ziet Elisabeth in dat ze er meer van geleerd heeft dan van antwoorden krijgen. Soeur Maura zegt: ‘Ik heb liever dat jullie denkende mensen worden dan napraters van wat in boeken staat.’
Daarnaast is grootvader Lucas van grote betekenis voor Elisabeth. Er wordt verslag gedaan van prachtige gesprekken tussen grootvader en kleindochter. Elisabeth kan met al haar vragen bij hem terecht. Opa is wijs. Hij zwijgt op de juiste momenten, stelt goede vragen, kent zijn plek. En hij vertrouwt.
Het enige wat hij kon doen was haar geest verruimen, en van haar houden.
Mijn kinderen vragen nog genoeg. Ik hoop dat ik ze dat niet afleer. Soms kunnen vragen spannend zijn. Maar mijn ervaring is dat hun eigen antwoorden vaak mooier zijn dan de mijne. Zo zei mijn zoontje van vijf ’s avonds in bed: ‘Mam, sommige mensen denken dat alles is gekomen door een bom (oerknal).
Maar ik denk dat niet.’ Ik zei niks. Toen vroeg hij: ‘Wat vind jij leuker?’ – Is dat geen prachtige vraag? – Ik zei: ‘Ik vind het een fijn idee dat God alles gemaakt heeft.’ Hij: ‘Ik ook.’ Na een stilte vervolgde hij: ‘Want dan is alles echt gemáákt en dan houdt iemand van je.’