Waar bent u naar op zoek?

Globaal bekeken

J. van der Graaf
Door: J. van der Graaf
01-07-2021

In Tegendraads gereformeerd (KokBoekencentrum Uitgevers), de biografie over prof. dr. C. Graafland, vertelt auteur Arjan Boersma over het ‘kerkelijk klimaat’ waarin Graafland opgroeide:

Graafland wordt – met name door zijn vader, Graaflands moeder volgt haar man hierin – in de Christelijke Gereformeerde Kerk van Gouda grootgebracht. Zelf heeft Graafland al vroeg ambivalente gevoelens over de Christelijke Gereformeerde Kerken. Hij schrijft daar het volgende over. “Ik moest kennelijk onder de prediking van een Bonder (ds. E.R. Damsté, hervormd predikant in onder andere Sluipwijk, Groot-Ammers en IJsselstein) tot bekering komen. Maar dat ik me onder die prediking bevond, was al  een vrucht van mijn kritische opstelling binnen de Christelijke Gereformeerde Kerk. Toen ik nog heel jong was, vond ik die ruimte al te benauwd. En er ging een rilling door me heen als ik hoorde spreken over de ‘gezegende’ Afscheiding.”

En: “Later heb ik gedacht: het is maar goed, dat het zo is gegaan. Want voor de Gereformeerde Bond ben ik een lastpost, maar ik zou het nog veel meer geweest zijn binnen de Christelijke Gereformeerde Kerk.” In Graaflands jeugd is ds. A. Dubois predikant in Gouda. Graafland kan niet aarden onder zijn prediking. Hij vindt dat Dubois een mooie stijl van preken heeft, maar niet existentieel genoeg. Hij mist diepgang. Hij vindt het maar een lauwe boel in de Christelijke Gereformeerde Kerk in Gouda. Hij heeft dan ook regelmatig kritiek, soms op een jongensachtige manier, geeft hij later toe. Toch is hij op latere leeftijd ook mild. “Toch, tegelijkertijd zeg ik, met een diepe dankbaarheid voor Gods leiding in mijn leven, dat ik zo ontzaglijk blij ben dat ik in de Christelijke Gereformeerde Kerk ben grootgebracht. De dienaren van die kerk hebben middellijkerwijs mij zoveel geschonken, waarvan ik mijn leven lang de vruchten heb mogen plukken.

Ik weet me nog veel preken te herinneren, waardoor ik als geestelijk ontwakende en zoekende jongen ben gezegend. En dat niet alleen: ze hebben mij ook blijvend gestempeld.” Vooral de preken van de beroem de prof. G. Wisse raken hem – zóveel, dat hij sommige preken jaren later nog kan navertellen. Sterker nog, op latere leeftijd doet hij hem onbewust na. “Zoals sommige collega’s ds. G. Boer of ds. W.L. Tukker onbewust nadoen, zo heb ik dat op mijn maniertje Wisse gedaan – althans, dat
vermoeden heb ik -, bijvoorbeeld als ik mijn votum en groet heel zacht uitspreek. Het gevolg is, dat het dan gelijk stil is in de kerk. Ik verontschuldig me tegenover mensen die daarover klagen, door te zeggen dat ik altijd op gang moet komen.” Met zijn verhouding met ds. Dubois komt het ook helemaal goed. Als hij predikant in Woerden is, komt Graafland Dubois een keer tegen. Dan vindt hij herkenning en vindt hij hem ‘als een echte christen terug.’


In de nieuwsbrief van Gevangenenzorg Nederland, die in een nieuw jasje is gestoken, komt Beppie van der Linden aan het woord over een ‘kerk voor nette mensen’:

‘Ik g a niet meer n aar een kerk, die is voor nette mensen. Mijn zoon zit vast, ik hoor daar niet meer.’ Het zijn opmerkingen die Beppie van der Linden, m aatschappelijk werker achterblijvers, hoorde tijdens een intakegesprek. “De schaam te was voelbaar bij deze moeder.” (…)

De achterblijver die Beppie het meest is bijgebleven, is Tamara. “Zij vertelde me dat ze de krantenkop ‘Het monster zit vast!’ las. Dat ging over h aar eigen zoon. Vrijwilliger Joyce ging bij h aar op bezoek. Deze m oeder zei: ‘Ik kan toch niet m eer houden van zo’n monster?’

Joyce zei: ‘Je m ag van hem blijven houden, het is je zoon.’ Jaren later vertelde deze m oeder: ‘Het heeft m e zo geholpen d at de vrijwilliger dit zei. Ondanks mijn afschuw van zijn daden, blijft hij mijn zoon en m ag ik toch van hem blijven houden.’ Achterblijvers lijden onder de daden van hun gedetineerd fam ilielid. Vertrouwen is beschadigd, zekerheid valt weg, relaties staan onder druk. De im pact is groot! (…)

Ik ben dan kbaar voor het vertrouwen van achterblijvers om ons toe te laten in dit zoekproces n aar herstel.”

J. van der Graaf
J. van der Graaf