Waar bent u naar op zoek?

God Zelf houdt gaande

ds. E.J. Terpstra
Door: ds. E.J. Terpstra
10-06-2021

Sta op, eet, want de weg zou te zwaar voor u zijn. 1 Koningen 19:7b

Na een seizoen kerkenwerk onder moeilijke omstandigheden – corona – zijn we wellicht toe aan rust. Misschien is dat te zacht uitgedrukt… Vandaag zien we dat geven alleen maar vol te houden is, waar eerst ontvangen wordt.

Het gebeuren op de Karmel lijkt een triomf voor Elia. Wat meer is: voor de God van Israël. Het volk belijdt weer dat de Heere God is. De vergaderde Baälaanhangers vinden de dood. Achab komt thuis met een moeilijke boodschap voor zijn vrouw: haar Baäl heeft een forse nederlaag geleden.

Op de vlucht

Nu is Achab op crisismomenten nog wel eens geneigd om het erbij te laten zitten. Zo niet Izebel. Elia en de dienst aan Israëls God hebben wellicht te veel aanhangers om Elia zo te laten ombrengen. Maar hem intimideren kan natuurlijk altijd. Elia krijgt een dag de tijd om op de vlucht te slaan; morgen rond deze tijd zal hij alsnog de dood vinden.

In eerste instantie slaat Elia met zijn knecht op de vlucht. Als hij aangekomen is in Berseba, op de grens van Juda en Negev, verandert de reis van karakter. Elia besluit om naar de Horeb te gaan. Alleen, zonder zijn knecht. Op een soort van bedevaart. Horeb kan staan voor de berg Sinaï. Of voor het gebergte waarvan de Sinaï deel uitmaakt. In ieder geval komt Elia zo dicht bij de plaats waar de Heere Zijn macht heeft bewezen ten tijde van Mozes. Denk aan de gave van de wet. Hunkert Elia naar een nieuwe openbaring van Gods macht? Of wil hij daar waar de Heere Zich in het bijzonder liet ontmoeten, Hem zijn nood klagen? Vermoedelijk dat laatste.

Grote nood

Die nood is groot voor Elia. Zie wat er na één dagreis in de Negev gebeurt. Elia gaat moedeloos onder een bremstruik zitten (vs.4). De bezemvormige takjes bieden toch enige beschutting. ‘Het is genoeg’: het leven is genoeg geweest. ‘Neem nu mijn leven, Heere’: de Heere alleen mag zijn leven beëindigen, maar laat Hij het nú dan ook doen. ‘want ik ben niet beter dan mijn vaderen’: ik ben niet beter bestand tegen dit soort extreem zware beproevingen dan mijn vaderen.

Die extreem zware beproevingen omvatten meer dan alleen de bedreiging met de dood. Denk ook aan de grote fysieke inspanningen. Aan zijn snelle uitgeleide van Achab. Aan Elia’s heldhaftig optreden op de Karmel, dat toch ook uitputte. Dan de tocht door de woestijn, in zijn eentje. En het knagende besef dat alles wellicht voor niets was geweest: is het volk wel werkelijk veranderd of was het slechts een moment onder de indruk van een show? Wat heeft mijn inspanning voor zin gehad? Daarom gaat Elia liggen onder de bremstruik: daar maakt hij zijn sterfbed op.

Verkwikkend

De Heere willigt de wens van Elia niet in. Wel zorgt Hij voor een verkwikkende slaap. En voor eten en drinken: water en een koek, op kolen gebakken. Een engel wijst hem op dat eten. Elia gaat echter weer slapen: zit de depressie zo diep dat hij de wenk dat hij verder moet, niet begrijpt? Weer wekt de engel hem, geeft hem opnieuw de opdracht om te eten en te drinken. Met het oog op de reis naar de Horeb, die anders te zwaar zou zijn. Niet dat Elia vervolgens tot aan de Horeb niets eet. Maar dit voedsel is wel de basis waardoor hij het zolang kan uithouden. Aangevuld met wat hier en daar in de woestijn groeit.


Er valt veel te leren van Elia. Zijn vlucht wordt een pelgrimage. Een bewuste afzondering om de Heere te ontmoeten. Hoe willen wij volharden in het werk voor de Heere, binnen of buiten het ambt, als we maar doordraven? Het kerkelijk werk kan ons uitputten. We kunnen ziek worden van de kerk.

Op tijd afstand nemen van het werk in kerk en Koninkrijk is daarom nodig. Laten we op tijd de ontmoeting met God in de afzondering zoeken. De komende zomertijd is daarvoor geschikt. Als het (kerkelijk) werk minder drukt, mogen we de vrijgekomen tijd benutten om vaker bij de Heere te zijn.

Tot troost is het verder dat de Heere allen in Zijn dienst voorziet van het voedsel dat ze nodig hebben. Zo houdt Hij hen gaande. Het geestelijk voedsel: de Heere wil de omgang met Zijn Woord en het gebed daarvoor gebruiken. En, net als bij Elia, blijft de Heere voeden, zo vaak als wij nieuwe kracht nodig hebben.

ds. E.J. Terpstra
ds. E.J. Terpstra