Grenzen aan het ambt
Als predikant je agenda beheren, is makkelijker gezegd dan gedaan. Er komt veel op je af en het is je verlangen om de gemeente te dienen. Ds. P. van de Voorde over de criteria op grond waarvan je tot keuzes komt in de grenzeloze hoeveelheid werk.
Goede afspraken met jezelf en de gemeente over taken en verantwoordelijkheden zijn belangrijk. Een nuttige vraag daarbij is welke visie en, daarmee verbonden, welke criteria leiden tot keuzes bij de invulling van de agenda.
Een predikant hoeft dat niet zelf te bedenken, omdat hij geroepen is. Wie als geroepene zijn agenda beheert, moet steeds in het oog houden waartoe hij geroepen is. Visie helpt om te kiezen en te begrenzen. Dit behoedt niet alleen voor stress, er staat meer op het spel: het geestelijke welzijn van de gemeente.
In zijn bekende boek Dragende delen. Pastor zijn op authentieke wijze gebruikt Eugene H. Peterson één treffend voorbeeld om dit duidelijk te maken. Hij schetst het beeld van een walvisvaarder waarop veel mensen zich inspannen voor een geslaagde vangst en vaart. Ieder heeft zijn onmisbare taak. De een roeit, de ander kookt en de arts verzorgt de zieken.
Maar er is er één die een cruciale rol speelt: de harpoenier. Deze man staat op de boeg en hij staat op scherp. Hij moet zich met één ding bezighouden, en dat is observeren en dirigeren. Hij kijkt waar gevaren op de loer liggen en waar kansen liggen en geeft de stuurman(nen) en de roeiers de juiste informatie. Als deze harpoenier steeds ergens moet bijspringen, verliest hij zijn concentratie. Dit is gevaarlijk voor de bemanning, en de missie zal weinig opleveren.