Waar bent u naar op zoek?

Het leven is niet volmaakt

ds. C.H. Bijl
Door: ds. C.H. Bijl
13-10-2022

De geboorte van een kind is een heuglijk moment waarnaar uitgekeken wordt. Het kan echter zijn dat het kind een lichamelijke of geestelijke beperking heeft. Zo’n kind is in Gods ogen niet minderwaardig. Tegelijk kan de situatie bij ouders grote vragen oproepen.

Wanneer een kind een lichamelijke of geestelijke beperking heeft, heeft dat grote gevolgen: er kunnen ziekenhuisopnames en onderzoeken nodig zijn, het kan een zoektocht zijn of het kind naar school kan en welke school dat is, het betekent een zoektocht om de weg te vinden in het oerwoud van regels en instanties en het heeft invloed op het gezin.

Het doet de moeder en de vader ontzettend veel als hun kind anders is of als er kinderen met beperking zijn. Er komen vragen naar boven of het kind wel gelukkig is en wat de toekomst van het kind zal zijn. Iemand noemde het een rouwproces, want je kind kan niet meedoen in alles, is altijd anders. Ook het gezin draagt een stempel en staat er soms buiten.

Psalm 139

Maar midden in de zoektocht naar de toekomst van het kind, de vragen die er zijn, de worsteling die plaatsvindt, komt God door het Woord. Hij laat zien dat ook dit kind in Zijn ogen niet minderwaardig is. Ook het kind dat zorg nodig heeft, heeft een Schepper die al voor de geboorte het kind kende, zo zingt Psalm 139. Ook dit kind met handicap is opgenomen in het verbond en dit wordt zichtbaar bij de doop. Het is een zegen als we zo naar ons kind kijken. Dan zien we niet in de eerste plaats de zorgen en blijven we niet alleen kijken naar wat hij of zij niet kan, maar dan zien we ons kind als schepsel uit Zijn hand en dan geloven we dat de Vader een eeuwig verbond met hem of haar gesloten heeft. Het is dit kind dat door de Heere gekend is, dat aan ouders wordt gegeven. Soms kunnen ouders dan getuigen: ‘Zo hebben we hem of haar gekregen en het is onze roeping om voor ons kind met zorg te zorgen.’

Oefening in geloof

Dat neemt niet weg dat er veel vragen naar Gods leiding en Gods weg kunnen zijn. Want waar is het goed voor dat je kind anders is? Waarom leidt God het zo? Waarom doet Hij dit het kind of de ouders aan? Het kan zeker een geloofsworsteling zijn en zelfs tot een geloofscrisis leiden.

Sören Kierkegaard beschrijft in zijn boekje De leerschool van het lijden hoe de Heere Jezus door alles wat Hij meemaakte, gehoorzaamheid leerde. Hij doelde op Hebreeën 5:8, waar het gaat over de diepe weg van de Heiland. Zijn hele leven was een oefening in gehoorzaamheid aan de Vader. Door alles wat Hij meemaakte, raakte Hij toch steeds meer aan de Vader verbonden. Kierkegaard schrijft dan dat de Heere dat ook aan ons leert. Alles wat we meemaken, is niet toevallig en we begrijpen het zeker niet. Maar dwars door alles heen oefent de Heere ons geloof, zodat we steeds meer aan Hem verbonden zijn.

De opvoeding van een kind met handicap kan heel zwaar zijn en veel vragen naar de Heere oproepen. De worsteling is soms één groot waarom. Maar het is een zegen als we bemerken dat de Heere ook op die momenten dat we Zijn weg niet begrijpen, bezig is ons geloof te oefenen, zodat we nog meer aan Hem en de Zoon verbonden zijn. We leren dan nog meer te leven vanuit het geloof, terwijl we niets zien. In de diepe weg vol met vragen geeft de Heilige Geest dat we minder verwachten van het leven hier en nu, maar dat we meer van Hem verwachten. We leren in deze weg ook de Heere kennen als die God Die juist aandacht heeft voor onze kinderen en als de God Die de zwakke en dat wat niet meetelt, juist kent.

Uitputtend

De vragen en moeiten die ouders kunnen hebben als een kind anders is, gaan echter niet alleen over hun kind. Alles wat erbij komt, is dikwijls veel zwaarder. Het zijn soms de opmerkingen van anderen die bijvoorbeeld zeggen dat het vast wel ergens goed voor is, waardoor ouders zich onbegrepen voelen. Ook de zoektocht naar een passende school of de aanvraag voor een PGB kan alle energie opslurpen. Een afwijzing van een instantie of een relatie met een school die niet goed is, kan alles beheersen. Alles wat erbij komt, kan iemand lichamelijk vermoeid maken en uitputten. Dit heeft ook invloed op de geloofsrelatie met de Heere. De zorg voor een kind, de zoektocht naar een goede school en het oerwoud aan regels bij de overheid kan iemand zo beheersen dat het gebed nauwelijks mogelijk is. De vraag komt dan wellicht op of het geloof wel echt is.

Ander perspectief

Het is op die momenten zegenrijk om niet in dat kringetje rond te blijven dolen, maar om de grootheid van de Heere God en Zijn schepping te zien. Soms moeten we letterlijk naar buiten. De zorg en alle vragen kunnen ons zo naar beneden trekken en kunnen ons laten verdwalen in onszelf, maar het zien op de kracht en de macht en heerlijkheid van de Heere kan ons erboven uittillen. Het is trouwens de Heiland Zelf Die in Mattheüs 6 de bloemen en de vogels aanwijst en de Schepper toont om ons te troosten en te bemoedigen.

Dat wil niet zeggen dat het allemaal wel meevalt, maar het zien op de grootheid van God in het Woord en in Zijn schepping plaatst alles in een ander perspectief. We worden op die manier uit onze cirkelgang van ons dagelijks leven getrokken en de Heere geeft ontspanning. Hij staat erboven en Hij regeert, ook als wij weer tegen een muur aanlopen.

Eeuwige bestemming

Een kind dat anders is, kan ons confronteren met de gebrokenheid van de schepping. Het leven is niet volmaakt en fantastisch. We moeten ook niet doen alsof dat wel zo is. Vanuit de Schrift weten we van het zuchten van de schepping (Rom.8) en dat dit komt door onze val in Adam. Maar de Schrift geeft ook een andere blikrichting. De Heere spreekt in het Woord van de wederkomst en het eeuwige leven. We beseffen dat onze kinderen dan misschien niet meekomen in de maatschappij en dat ze wellicht niet voldoen aan de eisen van de samenleving, maar het kan een enorme troost zijn dat dit voor hun eeuwige bestemming werkelijk niets uitmaakt.

Dit is alleen in het geloof te verstaan. Het kan en mag nooit gebruikt worden als een opmerking om de diepte van de moeite weg te doen. Het is te makkelijk om te zeggen dat het allemaal wel een keer goed komt. Het is te makkelijk om te zeggen dat het wel een doel zal hebben.

Met alle vragen die er zijn, met alle onbegrepen opmerkingen die gemaakt worden, opent de Schrift ons een weg van geloof en hoop: de heilige God wil ook geëerd worden door diegene die nu niet meetelt of anders is. Een kind dat hier niet kan zingen of lezen of praten of zelfs niet beseft wie God is, staat nochtans voor Gods troon en zingt Zijn lof tot in eeuwigheid.

ds. C.H. Bijl
ds. C.H. Bijl