In zicht
Onlangs verscheen de vierde, herziene druk van de bekendste (bijbelse) roman van Rudolf van Reest, De grote Verwachting (uitg. Den Hertog, Houten). Hieronder een passage over Anna, een profetes, een weduwe van ongeveer 84 jaar (Luk.2:36).
Anna zal geen enkele door de Wet voorgeschreven offerdienst missen. Van de vroege morgen tot het donker wordt, begeleiden haar voortdurende gebeden de offers die door de priesters worden geofferd op het brandofferaltaar. Haar leven bestaat uit bidden en vasten. Voor zichzelf, maar in de eerste plaats voor geheel haar volk. Toen haar man gestorven was, en zij haar woonplaats in het noordwesten van Kanaän, waar de stam van Aser zetelt, verliet, was het om dicht bij de tempel haar troost en bescherming te zoeken, en om boete te doen voor haar zonden. Want ook zij was, met haar stam, afgeweken van de Wet. Heel het volk daar, van de Karmel tot aan de Fenicische grens, is als de heidenen geworden. Het heeft gebroken met het tweestammenrijk en gebogen bij de gouden kalverdienst. En zij heeft, samen met haar volk, de eenheid van het verbondsvolk verbroken en de band doorgesneden met de tempel, waar Jahweh woont. Toen ze nog maar enkele jaren getrouwd waren, is ze plotseling weduwe geworden, en daarmee overgeleverd aan de verachting van haar volk. Want een weduwe zonder kinderen is aan de diepste verachting prijsgegeven en overgelaten aan de gruwel van de leiders die de huizen van de weduwen ‘opeten’ en het recht van de wezen verkrachten. Maar toen heeft zij, na de eerste diepe smart, de profetieën gelezen en ze kreeg houvast aan het machtige woord dat Jahweh een Hulp voor weduwen en een Vader van de wezen zal zijn, dus ook háár Hulp wil zijn. En toen kwam de onweerstaanbare begeerte Hem te dienen bij Zijn tempel en boete te doen voor haar zonden en te gaan getuigen van de rijkdom die er is in de gelovige dienst aan Israëls Verbondsgod.
Van Anna naar Simeon… Drs. Jan Schippers voert voor het SGP-kwartaalblad Zicht met ds. P.L. de Jong een gesprek over profetie in politiek, kerk en samenleving.
Dit interview wordt kort voor het Kerstfeest gepubliceerd. De geboorte van Christus is eeuwen tevoren aangekondigd door profeten.
Weet je wie de grootste profeet rondom de geboorte van Christus is? Dat is de oude Simeon. Die is het meest authentiek profeet. Hij vormt geen eenmansfractie in het Sanhedrin. Hij is geen farizeeër, zeker geen Sadduceeër, heeft noch hier noch daar belang. Hij wordt door de Geest geleid. Zijn profetie is heel breed: voor Israël en voor alle volken. Tegelijk laat hij ook merken: het moet wel door donkere diepten en heel veel lijden heen om het doel van Gods Koninkrijk te bereiken.
Hij komt niet met een verhaal van: we gaan dit of dat doen, die maatregel nemen en dan gaan de pensioenen voor ouderen weer wat omhoog. Niets van dat alles. Simeon is heel breed en heel dichtbij. Vanzelfsprekend heeft het alles met Christus te maken. In Hem ziet hij de Koning en Gods Koninkrijk nabij komen. Simeon geeft een visie. Maar ga nu niet denken dat mensen die visie wel even gaan realiseren.
Mensen die wijze dingen voor deze tijd zeggen, zoals Simeon dat toen in de tempel deed, kom ik nog steeds tegen. Vaak in de kerk, soms zijn ze ouderling, maar ze zijn ook wel in de politiek te vinden. Niet actie, maar visie is het belangrijkste.