Jeugdouderling
Als jongere hoor je ineens niet bij de groep, want die groep is er gewoon niet
Onze nieuwe minister Ernst Kuipers heeft er tijdens zijn eerste persconferentie de vinger bij gelegd: we moeten ons ernstig zorgen maken over jongeren. Twee derde van hen voelt zich eenzaam. Werd er voor de coronacrisis al veel aandacht gegeven aan eenzaamheid bij ouderen, wat zelfs leidde tot een nationaal actieplan, vooral door de pandemie zijn nu ook jongeren in het vizier.
Als ik de kerkelijke pers zo lees, is mijn reflex dezelfde als bij anderen: in de gemeente mag niemand zich eenzaam voelen. Zeker jongeren niet. Het lastige is alleen dat er geen actieplan te bedenken is dat het probleem oplost. Aan de meest belangrijke conditie kan immers niet worden voldaan: jongeren ontmoeten geen andere jongeren. Als jongere trek je jezelf voornamelijk op aan leeftijdsgenoten. Je komt ze niet tegen, kunt niet afspreken. Je hoort ineens niet bij de groep, want die groep is er gewoon niet.
In deze situatie heb ik grote bewondering voor de jeugdouderling en de jeugdwerker. Nee, deze persoon kan het probleem niet oplossen. Maar meer nog dan voor de pandemie maakt hij waar wat Paulus Timotheüs toevoegt: neem je deel in het lijden van Christus (parafrase van 2 Tim.2:3). Het belang van de jeugdouderling blijkt niet uit de hoeveelheid acties die hij kan ontplooien. Maar met zijn inventiviteit maakt hij wel net het verschil. Jongeren, zo vertelde een jeugdwerker mij, houden zich goed en laten pas iets van hun gevoel zien als je ernaar vraagt. De jeugdouderling is misschien zelfs de enige bij wie het hoge woord eruit komt: ‘Het komt toch niet goed, waar doe ik het nog voor?’ Zoiets zeg je niet zo graag tegen je ouders. Die wil je tenslotte niet teleurstellen.
Solidariteit tonen met de moeiten van jongeren, betekent niet dat je hen als zielig verklaart. Dat zijn ze niet. Ook ouderen trouwens niet. De jeugd- en ouderenouderling zijn niet aangesteld om elk een categorie stakkerds te bedienen. Wel kunnen ze iets waarmaken van wat er in de gemeente toe doet. Mensen kunnen niet zonder elkaar, niet zonder de ervaring dat iemand anders zich aan hen verbindt, juist in de moeite. De enige reden waarom er geen eenzaamheid hoort te zijn, is dat de een aan de ander gegeven is. De vlag uit voor de jeugdouderling die hier iets van laat zien.