Waar bent u naar op zoek?

Jezus’ vertrouwen

ds. F. Hoek
Door: ds. F. Hoek
06-04-2023

En Jezus riep met luide stem en zei: Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest. Lukas 23:46a

Na gedane arbeid is het goed rusten. Jezus kan gaan slapen zonder zorgen, wetend aan de andere kant van de dood te zullen ontwaken. Overmorgen zal het Pasen zijn. In dat vertrouwen legt Hij Zich in de handen van Zijn Vader.

Gezien de luide stem sterft Jezus niet van uitputting, maar bij volle bewustzijn. Hij is tot op het laatst helder van geest. Het is op Golgotha niet gebleven bij ‘Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?’ Daarop volgden nog: ‘Het is volbracht’ en ‘Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest.’ Daarmee legt Jezus Zijn leven, Zijn offer in de handen van Zijn Vader. Dat doet Hij heel bewust. Zijn dood is een daad. Met woorden van de lijdende rechtvaardige uit Psalm 31, mogelijk een onderdeel van het Joodse avondgebed, neemt Hij afscheid, in het vertrouwen dat de Heere de ziel van de rechtvaardige, van Zijn gunsteling niet in het graf zal verlaten. Dit vertrouwen, dat doorklinkt in de psalmen, vinden in Jezus alle hun vervulling. Geloven is, ook voor Jezus, terugvallen op het Woord.

Ander karakter

Na het ‘Het is volbracht’ is het voor de Heiland nog niet klaar. Eén ding wacht nog: de dood, het loon, de straf op de zonde. Deze dood gaat Hij sterven, in onze plaats, om voor ons de dood van karakter te veranderen: van straf op de zonde in doorgang tot het eeuwige leven.

Jezus zet voor het citaat uit Psalm 31 de naam ‘Vader’. Dat is veelzeggend. Even geleden kreeg Hij die Vadernaam niet over de lippen, was het: ‘Mijn God, Mijn God…’ Op het moment, dat de volle maat van Gods toorn over Hem werd uitgegoten, aan Hem de straf op de zonde van het hele mensengeslacht voltrokken werd, ervoer Jezus God niet als Zijn Vader. Dat is nu voorbij. De straf is gedragen, Gods toorn gestild. Jezus kan weer Vader zeggen. Hij mag, nu Hij alles volbracht heeft, Thuiskomen. Met het offer van Zijn leven.

In bewaring

Voordat Jezus Zijn hoofd neerlegt, legt Hij Zijn geest, Zichzelf in de handen van de Vader. Hij doet dat vol vertrouwen. Wat gedaan moest worden, is gedaan. Hij kan God zonder vrees onder ogen komen. De door God tot zonde gemaakte heeft alle zonden weggedragen.

Jezus sterft in vertrouwen op God. Hij weet: de dood is het laatste niet. Dat blijkt ook uit hoe Hij het hier zegt. Letterlijk staat er: ‘Vader, in Uw handen geef Ik Mijn geest in bewaring.’ Het hier gebruikte woord betekent: iets in bewaring geven om het later weer terug te ontvangen. Jezus gaat heen in de stellige verwachting dat Hij na drie dagen Zijn geest weer zal terugontvangen, zal opstaan. De omstanders op Golgotha denken dat Zijn leven mislukt is, Hijzelf weet beter. In dit kruiswoord kijkt Jezus vooruit, glanst al iets van het licht van Pasen. Het spreekt van hoop. Straks zal Zijn Vader Hem opwekken, staat Hij op aan de andere kant van de dood, in het eeuwige leven. Zo ontslaapt Hij.

In ditzelfde vertrouwen mogen allen die de verschijning van de Heere Jezus Christus lief kregen, ontslapen. Wij stellen onze ziel in de handen van de Vader. Hij zal erover waken, evenals over ons lichaam, tot de jongste dag.

Avondgebed

‘Vader, in Uw handen beveel ik mijn geest.’ Dit is een avondgebed om te bidden in de avond van het leven, wanneer de zon ondergaat, als het sterven wordt. Maar niet alleen dán. Psalm 31 is namelijk allereerst een lied om mee te leven. Het is door David gedicht te midden van de moeiten en de aanvechtingen van het bestaan. Juist dan, midden in het volle leven met zijn sores en strijd, legt hij zijn leven in Gods hand. ‘Mijn tijden zijn in Uw hand’, belijdt hij. Álle tijden. Wie zijn leven pas in Gods hand aanbeveelt bij het sterven, doet het te laat. Wie eenmaal met God wil sterven, zal nu met Hem leven.

Een veilig huis

In dit laatste kruiswoord beveelt Jezus Zichzelf – en daarmee ook allen die Hem toebehoren, in Hem geloven – bij Zijn Vader aan. Zo vertrouwt Hij al de Zijnen toe aan de handen van de Vader. We zijn om Christus’ wil in de handen van de Vader. Ons leven is met Hem verborgen in God, elke dag van ons leven, ook die laatste dag, wanneer de nacht valt. ‘Heere, houd ook die nacht over mij getrouw de wacht.’ Zo kan ik gaan slapen zonder zorgen, want slapend kom ik bij U thuis. U doet mij rusten tot de morgen en wonen in een veilig huis. Dankzij Jezus. Omdat het Pasen werd.

ds. F. Hoek
ds. F. Hoek