Waar bent u naar op zoek?

blog

Predikant in dorpsgemeenschap van grote betekenis

KERK OP HET DORP

25-06-2013

In de afgelopen jaren was er in de kerk veel bezinning over de plaats van de kerk in de grote steden. De laatste tijd vragen kleine dorpsgemeenten ook de aandacht. Welke ontwikkelingen zijn er in de kerk rond de dorpen?

Tijdens een bijeenkomst voor kerkenraden van hervormde dorpsgemeenten in 2011 heeft de directeur van de dienstenorganisatie, H.J. Feenstra, geprobeerd begrip te kweken voor het beleid van de Protestantse Kerk. We merken echter dat er op het grondvlak, waar mensen er alles aan doen om de predikantsplaats in stand te houden, irritatie naar de kerk blijft. Nu kan een stevig gesprek heilzaam zijn, maar een negatieve houding naar elkaar is dat niet.

Dubbeltjes en kwartjes

Neem de toespraak die voorzitter Hendrik de Koe van de Friese vereniging voor kerkrentmeesters in maart hield. Hij zei dat voor de vernieuwing van het conferentiecentrum Hydepark tien miljoen uit de reserves gehaald wordt, wat in schril contrast staat met de plaatselijke situatie, waar de kerkelijke huishouding met dubbeltjes en kwartjes bij elkaar moet worden gehouden. Vaak wordt er in dit soort vergelijkingen, die de krant halen, niet juist geciteerd. Tien miljoen wordt namelijk niet uit de reserves gehaald, maar aan diaconieën wordt gevraagd dit bedrag aan de kerk te lenen, omdat het bij Hydepark horende Roosevelthuis een diaconale bestemming heeft. Kritiek op de kerk moet wel zuiver verwoord worden.

Tegelijk is waar dat organen van de kerk tegen eerlijke vragen moeten kunnen. Ondergetekende schreef dit voorjaar in De Waarheidsvriend dat de voorstellen van de Regionale colleges voor de behandeling van beheerszaken (RCBB) naar ons besef kunnen leiden tot een teloorgang van de (volledige) predikantsplaats. Ik kreeg te horen dat ik de integriteit van de RCBB’s in twijfel trok. Nu, dát was niet gezegd. Ik noem dit om aan te geven dat er een klimaat moet zijn om vanuit een geestelijke betrokkenheid op de kerk elkaar ten aanzien van het beleid, ook het financiële beleid, scherpe vragen te stellen.

Meerjarenperspectief

In een recent gevoerd gesprek met het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond heeft het platform van RCBB’s verwoord dat men naar het meerjarenperspectief van een gemeente kijkt voordat er groen licht komt voor het beroepingswerk. Dan signaleert men dat er veel gemeenten zijn die in financiële zorg komen, onder andere omdat twee derde van de inkomsten soms gegeven wordt door de leden van zestig jaar en ouder.
Het platform overweegt om de synode als beleid voor te stellen een gemeente voor zes of tien jaar een predikant te laten beroepen. Het feit dat veel gemeenten in financiële problemen gekomen zijn, betekent namelijk dat de landelijke kerk jaarlijks enkele miljoenen aan uitkeringen moet besteden. Het RCBB houdt daarom toezicht en kijkt naar het langeretermijnperspectief.

Predikantsplaats verkleind

Vanuit de Gereformeerde Bond is in dat gesprek de nadruk gelegd op de vitaliteit van veel hervormde dorpsgemeenten, waar de kerkgang stabiel is en de inkomsten gelijk blijven. Zowel pastoraal als missionair is de aanwezigheid van een predikant in een dorpsgemeenschap van grote betekenis. In de ontmoeting met een gemeente gaat het niet allereerst om de cijfers, maar om de inhoud van het gemeentelijke leven.
In dit overleg is afgesproken om jaarlijks een ontmoeting tussen de Gereformeerde Bond en het platform van de RCBB’s te hebben. We kijken daarin dan terug op ontwikkelingen in het afgelopen jaar en bezien op welke wijze we vanuit een eigen verantwoordelijkheid samen de kerk kunnen dienen. Het platform van RCBB’s zal over gemeenten die tot de Gereformeerde Bond behoren overleg met onze commissie Steunfonds zoeken in situaties waarin geadviseerd gaat worden de predikantsplaats in omvang te verkleinen. Dit noteren we met dankbaarheid.

Predikantenpool

De landelijke kerk wil volgens haar beleidsplan tot en met 2016 de gemeenten ontzorgen. Ze doet dat door honderd pioniersplekken te creëren. Dan gaat het om missionaire initiatieven, die een nieuwe vorm van kerk-zijn mogelijk willen maken. Zijn gemeenten die zich tot de Gereformeerde Bond rekenen daaraan toe? Willen ze experimenteren met nieuwe vormen?
Tegelijk is er de predikantenpool, een project dat onder leiding staat van ds. G. van Meijeren. De kerk zoekt namelijk ook gemeenten die tot de Gereformeerde Bond behoren om hierin te participeren. Waar gaat het om? De pool richt zich op met name kleine, vacante gemeenten uit de volle breedte van de kerk die geen (voltijds) predikant meer kunnen bekostigen. Het zijn gemeenten die het verlangen van de visienota herkennen om ‘nieuwe zin te geven aan het kerk-zijn’ – dat is natuurlijk een intrigerend zinnetje. Ik ben zo vrij die te vertalen naar gemeenten die vanuit een overtuigd belijdend fundament met het oog op vandaag gemeente van Christus willen zijn. Belangrijk verder is dat het om gemeenten gaat waar beginnende predikanten (proponenten) kunnen ingroeien in het predikantswerk, dus die een lerende en stimulerende omgeving bieden.

Vitale dorpsgemeenten

Tegelijk is waar dat de kerk in haar beleid vooralsnog niets doet om het vitale hervormde dorpsgemeenten mogelijk te maken voort te bestaan, gemeenten die pastoraal, diaconaal en missionair van grote betekenis zijn op een dorp. Het is onbevredigend dat directeur Feenstra in november 2012 in de vergadering van de synode zei dat er tot en met 2016 tijd en geld gereserveerd is voor de honderd pioniersplekken en dat er daarna aandacht kan komen voor die vitale gemeenten.
De snelheid waarmee bepaalde ontwikkelingen gaan, moeten we niet onderschatten. Het is nodig dat de synode eerder over dit essentiële thema zal spreken, eventueel door de classes daartoe aangespoord. Wij schromen niet de synode op haar zorgplicht voor deze gemeenten te blijven wijzen.

Ambten

Voor de continuïteit van de gemeenten is voorziening in de ambten van groot belang. We signaleren dat hier voor kleine dorpsgemeenten een zorgpunt ligt. Een voldoende bezetting van de kerkenraad is nodig om leiding te geven aan de gemeente, haar positie op een dorp in te kunnen nemen.
Een trend is dat de gemeente haar leden soms minder uit het dorp heeft, maar meer uit de regio. Het zogenoemde volkskerkkarakter neemt af. Dat is jammer vanwege de betrokkenheid die mensen mogen en moeten hebben voor de kerk in de eigen woonplaats.
Ik wijs ten slotte op het werk van de (belangrijk geworden) commissie Steunfonds van de Gereformeerde Bond. Gaven wij 25 jaar geleden vooral steun aan de predikantsplaats – want daarvoor geven we support, niet voor een reparatie van het kerkdak of het aanstellen van een pastoraal werker – in de grote stad, nu ontvangen we in toenemende mate vragen om ondersteuning vanuit kleine dorpsgemeenten.

Belofte

We bemoedigen elkaar als gemeenten met het delen van ervaringen. We steunen elkaar het meest door te wijzen op Christus, die na Pasen de opdracht gaf te leren wat Hij ons geboden heeft. En bij een opdracht hoort in de Bijbel een belofte. ‘En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld.’

P.J. Vergunst