Waar bent u naar op zoek?

Kritiek op Israël

dr. A.A.A. Prosman
Door: dr. A.A.A. Prosman
27-05-2021

Nu opnieuw de vlam in de pan is geslagen in Israël, zwelt de kritiek op Israël weer aan. Het is eigenlijk niet verrassend dat de organisatie Kairos-Sabeel de opgelaaide strijd aangrijpt om de kerk van haar Israëlstandpunt af te brengen. Het is een organisatie die voortdurend laat blijken kritisch te staan ten opzichte van Israël. Trouwens de onopgeefbare verbondenheid met Israël, zoals die in de kerkorde van de Protestantse Kerk staat, is meer kerkleden een doorn in het oog en het valt te bezien hoe lang dit nog in de kerkorde blijft staan. Sabeel schreef een brief aan de synode. Het Nederlands Dagblad (13-05) publiceerde de brief in zijn geheel.

Nederlands Dagblad

Broeders en zusters,

Er is schuld die niet verjaart. Als kerk willen wij uw volk ons excuus aanbieden. Eeuwenlang heeft uw volk in het land dat wij ‘het land van Bijbel’ noemen onder diverse regimes geleefd. U heeft ernstig geleden onder de beslissing van de grote westerse mogendheden in de vorige eeuw om uw land ter beschikking te stellen aan het Joodse volk, vervolgens onder de steun aan uw gewelddadige verdrijving. De staat Israël is door de kersverse Verenigde Naties erkend onder volkerenrechtelijke garanties voor uw volk. Maar in de afgelopen decennia zijn nog andere delen van uw land bezet en zelfs ingelijfd, werd uw bevolking gediscrimineerd, verjaagd en van levensbronnen afgesneden. Uw volk is nu versnipperd, verdeeld en verstrooid.

Hoewel het individuele kerkleden, andere burgers en politici niet aan moed heeft ontbroken om tegen het voortgaande onrecht protest aan te tekenen, hebben we als kerk gefaald. We hebben de onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël verkondigd zodat we de indruk wekten dat God Israël meer liefheeft dan het Palestijnse volk. We hebben gemeend dat het Joodse volk zijn historische roeping vervulde door het land in bezit te nemen en er een staat te stichten. We hebben gepreekt dat Bijbelse profetieën op die manier in vervulling gingen, waardoor profetische kritiek op de schending van het internationaal recht te vaak het zwijgen werd opgelegd. Zo hebben we meegewerkt aan het in stand houden van de zonde van bezetting en onderdrukking.

We hebben te lang naar Arabische volkeren gekeken door een oriëntalistische bril. We hebben Palestijnse christenen onvoldoende erkend als nazaten van de eerste volgelingen van Jezus. We hebben moslims onvoldoende erkend als kinderen van Abraham. We betoonden onvoldoende solidariteit toen u ons daarom vroeg. We hebben ons onvoldoende ingezet voor een duurzame, rechtvaardige vrede. Kritiek op de staat Israël is te snel weggezet als een vorm van antisemitisme.

Wij beloven dat ons excuus geen loos woord is. We willen in onze gebeden laten blijken dat uw schreeuw om recht ons ter harte gaat. We zullen discriminerende beeldvorming van Palestijnen en moslims in verkondiging en theologie bestrijden. We gaan de banden met iedereen versterken die bijdraagt aan vrede en recht voor allen in en om Jeruzalem/Al Quds.

In een toelichtend artikel in dezelfde krant lees ik het volgende:

‘Wij vinden dat de kerk te weinig expliciet, scherp en aanhoudend het onrecht benoemt dat Israël de Palestijnen aandoet’, zegt dominee Harmen Jansen. ‘Dat is onevenwichtig ten opzichte van alle aandacht voor het joodse volk. De kerk is te lang tekortgeschoten. Daarvoor is schuldbelijdenis op zijn plaats. Wij geloven dat jood, moslim, christen en niet-gelovige evenveel waard zijn. De kerk mag de profetenmantel aantrekken en kritisch zijn op het lijden van Palestijnen door de Israëlische bezetting en annexaties.’ (…) ‘Wij spreken de Zuid-Afrikaanse aartsbisschop Desmond Tutu na die zei dat je van Israël moet houden zoals je van je dronken oom houdt. Wij moeten de ernst van het Palestijnse lijden onder ogen zien. En hardop uitspreken dat het handelen van Israël in geen enkel opzicht spoort met wat een fatsoenlijke staat hoort te doen.’

De uitspraak van bisschop Tutu dat je van Israël moet houden zoals je van een dronken oom houdt, is nogal denigrerend. Wie zo’n uitspraak overneemt, doet daar nog een schep bovenop. Er spreekt geen enkel respect uit voor Israël. Een probleem met de brief is dat de initiatiefnemers geen duidelijkheid geven ten aanzien van de vraag welke Palestijnen zij bedoelen. Zij weten net zo goed als iedereen dat de Palestijnen zeer verdeeld zijn. Omdat men over de Palestijnen in het algemeen spreekt, moet ik concluderen dat Sabeel wil dat de Protestantse Kerk in ieder geval ook excuses aanbiedt aan Hamas. Ik citeer enkele artikelen uit het handvest van Hamas van 2017. De lezer oordele zelf.

Preambule: Palestina heeft te lijden onder een van de ergste vormen van bezetting ter wereld. Palestina is een land dat ‘toegeëigend’ werd door ‘een racistisch, anti-humaan en koloniaal zionistisch project dat gefundeerd is op valse beloften’.

Artikel 14: het zionistische project is ‘racistisch, agressief, koloniaal en expansionistisch’.

Artikel 15: het zionistische project betekent ‘een gevaar voor de internationale veiligheid en vrede en voor de mensheid en haar belangen en haar stabiliteit’.

Artikel 18: de vestiging van ‘Israël’ is ‘geheel illegaal’ (totally illegal) en is strijdig met de onvervreemdbare rechten van het Palestijnse volk.

Artikel 19: er zal geen erkenning komen van de legitimiteit van de zionistische entiteit.

Artikel 25: verzet plegen tegen de bezetting ‘met alle middelen en methoden’ is een legitiem recht dat gegarandeerd wordt door ‘Goddelijke wetten en door internationale normen en wetten’.

Het zou een historische vergissing zijn als de synode, zoals de vijf predikanten willen, aan Hamas excuses zou aanbieden.

Trouw

Dagblad Trouw (26-04) berichtte over de laatste Joden van Egypte. Het verhaal van Albert Arie is het verhaal van de geruisloze verdwijning van Joden uit Egypte. Na de Zesdaagse Oorlog (1967) kregen zij in hun paspoort het stempel no-return. In gewoon Nederlands: verdwijn.

Albert Arie heeft vrijwel de gehele Egyptische Joodse gemeenschap om zich heen zien vertrekken, maar bleef zelf in Caïro wonen, samen metwaarschijnlijkzeven andere Joden in Egypte. Halverwege de vorige eeuw had hij nooit gedacht onderdeel te worden van een uitstervende gemeenschap. Met zijn ‘Ik ben Egyptenaar en blijf in mijn land’ bleef hij vasthouden aan zijn idealen, ook al zag hij 80.000 Joden vertrekken en hun erfgoed in verval raken. Arie werd een levende

Ze werden echter het doelwit van Egyptische woede over het lot van de Palestijnen na de oprichting van de Joodse staat Israël. Met het presidentschap van de Arabisch nationalist Gamal Abdel Nasser in 1956, werd duidelijk dat Joden niet meer welkom waren in Egypte. Joden werden gedwongen hun bedrijven en fabrieken over te doen aan de staat en hun huizen werden onteigend. Tijdens de Zesdaagse Oorlog van 1967 werden alle mannelijke nog overgebleven Joden in Egypte tussen de 18 en 60 jaar oud vastgezet.

Na hun vrijkomen vertrokken de Joden vrijwel direct met hun families uit Egypte, met een ‘no-return’-stempel in het paspoort. De animositeit tegenover Joden is tot vandaag gebleven. (…) Dit terwijl de diplomatieke banden tussen beide landen de afgelopen jaren juist hechter zijn geworden. (…)

Albert Arie werd op 25 juni 1930 geboren in Caïro, waar hij overleed op 15 april 2021.

dr. A.A.A. Prosman
dr. A.A.A. Prosman