Waar bent u naar op zoek?

Theologiestudie als herdersopleiding (1)

Leren schilderen

Dr. H. van den Belt
Door: Dr. H. van den Belt
Prediking
22-01-2024

De theologiestudie is ook een opleiding in de beeldende kunst. Paulus schrijft aan de Galaten dat hij Jezus Christus voor hun ogen heeft geschilderd alsof Hij onder hen gekruisigd was. Zo moet er volgens Calvijn worden gepreekt: opdat Christus wordt ervaren en Zijn bloed drupt.

‘Wat zijn de theologische scholen anders dan kweekvijvers van herders?’ Deze retorische vraag stelt Johannes Calvijn in zijn commentaar op 1 Timotheüs 3:1, waar Paulus schrijft: ‘als iemand verlangen heeft naar het ambt van opziener, begeert hij een voortreffelijk werk’. Die begeerte moet dan wel voortkomen uit een verlangen om de gemeente op te bouwen. Ze moet niet gericht zijn op eigen eer. ‘Als het helemaal onwettig zou zijn om te verlangen naar het ambt van leraar, waarom zouden degenen die zich erop voorbereiden door te leren, hun hele jeugd doorbrengen met het lezen van de Heilige Schrift?’ Theologiestudenten mogen verlangen naar het ambt. Sterker nog: zij moeten er helemaal voor gaan en zichzelf als een vrijwillig offer aan God toewijden.

Het is opvallend hoe vaak de Reformatie het bijbelse beeld van de herder en de kudde gebruikt voor de relatie tussen de dienaren van het Woord en de gemeenten. In dit artikel bespreek ik de eerste van de vier aspecten: de herder herinnert de gemeente aan de verbondsrelatie met God.

Verkeerde grondhouding

Je leest er gemakkelijk overheen: ‘de kudde van God’, maar dat is wel de kern van het beeld van de Herder en de kudde. Het verschil met de huurling is dat de schapen het eigendom zijn van de Herder. Het beeld van de herder en de kudde staat in het Oude Testament voor de relatie tussen God en Israël, en in het Nieuwe Testament voor de relatie tussen Christus en de gemeente. Jesaja zegt: ‘Als een herder zal Hij Zijn kudde weiden: Hij zal de lammetjes in Zijn armen bijeenbrengen en in Zijn schoot dragen; de zogenden zal Hij zachtjes leiden.’ (40:11)

Ook als er sprake is van mensen die als herders fungeren, blijft de kudde Gods eigendom. Dominees praten te gemakkelijk over ‘mijn’ (eerste) gemeente… Daarmee verraad je een verkeerde grondhouding. ‘Daarom, zo zegt de HEERE, de God van Israël, van de herders die Mijn volk weiden: Ú hebt Mijn schapen overal verspreid en verdreven, en u hebt niet naar ze omgezien.’ (Jer.23:2)

De relatie tussen God en Zijn volk kun je het beste omschrijven als een verbondsrelatie. Die relatie is gefundeerd op Gods verbondsbelofte en -claim: ‘Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit het land Egypte, uit het slavenhuis geleid heeft.’ (Ex.20:2) Deze belofte en claim vragen om de gelovige belijdenis, zoals de psalmen dat verwoorden: ‘Want Hij is onze God en wij zijn het volk van Zijn weide en de schapen van Zijn hand.’ (Ps.95:7) ‘Erken het: de HEERE is God, Hij heeft ons gemaakt, Hem behoren wij toe, Zijn volk zijn wij, de kudde die Hij weidt.’ (Ps.100:3, NBV)

Kudderen

In het Nieuwe Testament is Jezus de Messias Die de verloren schapen van het huis van Israël vergadert. Hij is de goede Herder Die Zijn leven geeft voor de schapen die de Vader aan Hem gegeven heeft. ‘Ik ben de goede Herder en Ik ken de Mijnen en word door de Mijnen gekend.’ (Joh.10:14) Dat het hier ook om die verbondsrelatie gaat, blijkt bijvoorbeeld uit Hebreeën 13:20: ‘De God nu van de vrede, Die de grote Herder van de schapen, onze Heere Jezus Christus, uit de doden heeft teruggebracht, op grond van het bloed van het eeuwige verbond.’ Dat is het nieuwe verbond dat Hij Zelf noemt als Hij Zijn discipelen de drinkbeker van de dankzegging aanreikt.

Paulus moedigt de oudsten van Efeze aan om te letten op zichzelf ‘en op heel de kudde (…) om de gemeente van God te weiden, die Hij verkregen heeft door Zijn eigen bloed’ (Hand.20:28). De herders moeten vooral beseffen van Wie die kudde is en welke prijs daarvoor betaald is.

Daarbij krijgen zij de opdracht om plaatsvervangend voor de kudde van God te zorgen. Het is hun taak om voor het voedsel te zorgen en geestelijk leiding te geven aan de kudde. In onze taal onderscheiden we tussen herder en kudde, maar bij Petrus klinkt het in het Grieks als: ‘de kudde moet je kudderen als een kudderaar.’ Dat betekent toch vooral zorgen voor goed voedsel. Theologie studeren is voedsel verzamelen om het later uit te delen.

Bescheiden

Het doorgeven van Gods Woord is ook een oefening in creativiteit. Calvijn schrijft dat de Heilige Geest Zich heeft ingehouden bij de inspiratie van de Bijbel, zodat er voor de herders ook nog wat werk overblijft. Dat is vrij vertaald.

Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van donderdag 25 januari 2024. Neem een jaarabonnement(€ 53). Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-!

Dr. H. van den Belt
Dr. H. van den Belt

is hoogleraar Systematische theologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA).