Waar bent u naar op zoek?

Lessen uit de synagoge

30-09-2014

In onze tijd ontmoeten Joden en christenen elkaar. Er wordt afscheid genomen van elke vorm van eenrichtingsverkeer. Voorheen spraken christenen zich uit over de waarde of onwaarde van de Joodse werkelijkheid zonder enig contact met het levende jodendom.

Wat de kerk van het jodendom kan leren, was en is voor velen geen vraag. Het Joodse ‘nee’ tegen Jezus van Nazareth betekent voor velen het einde van een bijzondere roeping van het Joodse volk. Als Gods uitverkoren volk is het teruggekeerd in de wereld van de heidense volken. De Kerk heeft nu de plaats van het Joodse volk ingenomen in Gods heilsplan.

Anderen zijn positiever. Met name in de toekomst is nog een belangrijke rol voor het Joodse volk weggelegd. Het zal terugkeren naar het beloofde land. Massaal zal het volk zich bekeren tot Jezus van Nazareth als zijn Messias. Hij zal 1000 jaar regeren op de troon van David in Jeruzalem. Ook zal de tempel in Jeruzalem worden herbouwd. Het Joodse volk zal onder de volken weer een voorname plaats innemen. In beide opvattingen speelt het huidige jodendom eigenlijk geen rol.

In haar kerkorde belijdt de Protestantse Kerk haar onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël. Dat is het Joodse volk in onze tijd. Het is en blijft Gods uitverkoren volk, met wie Hij Zijn verbond heeft opgericht. Nooit heeft Hij dat opgezegd. Daarom heeft het een bijzondere plaats in Gods heilsplan met de volken.
Hij heeft het Zijn woorden toevertrouwd en uit dit volk is Jezus geboren als de Messias en Heiland der wereld voor Jood en niet-Jood (Rom.9:4,5). In de weg van het geloof delen de volken samen met de gelovige Joden in de zegeningen van het verbond: Jezus Christus en Zijn werk. Zo zijn de gelovigen uit de volken mede-erfgenamen (Ef.2:19). Gelovigen uit de Joden en de volken vormen samen de nieuwe mens, het lichaam van Jezus Christus, Zijn gemeente (Ef.2:15).
God is met Zijn volk nog niet klaar. Er is hoop voor Zijn volk. Geheel Israël zal zalig worden (Rom.11:25,26). Allen die bij Hem bekend zijn, zal Hij terugbrengen tot hun Messias en Verlosser. Wij zien dat ook in onze tijd gebeuren.
Daarom is er ook hoop voor de volken. God werkt heen naar de volheid van de heidenen (Rom.11:26). Deze gemeenschappelijke hoop verbindt het Joodse volk onlosmakelijk met de volken en de kerk. Beide leven onder de boog van Gods trouw en ontferming op grond van dezelfde beloften (Rom.11:31,32).