Waar bent u naar op zoek?

blog

Nederland meest atheïstische land

24-12-2018

Mozes wist het al, en hij had gelijk: ‘Wij vliegen heen.’ Moeite en verdriet noemde hij als het beste van een lang leven.

Om daarin staande te blijven, hebben we wijsheid nodig, een biddend hart. Dan komt er blijdschap en toekomst.

En opnieuw is het eind december, weer lijkt een jaar ons door de vingers te glippen. Zo kunnen we het voortgaan van de tijd beleven, de tred van de dagen, het tikken van de klok. Er zit in die laatste week van december vanouds wat weemoed bij, als we omzien. Herinnering aan het goede is er naast de littekens die zeer doen, de onzekerheid over hoe het verder moet, de leegte door de dood. Vergeefsheid dreigt als optelsom van ons bestaan, als niet de sprekende God in beeld komt, Die houvast geeft: Ik ben het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is en Die was én Die bezig is te komen is, de Almachtige. 

Meest atheïstisch

Welk nieuws raakte het meest in de twaalf maanden die tot een jaar werden? Dat zal niet de ode aan de Dordtse Synode zijn of dankbaarheid voor de christenen Segers en Buma die het kabinet steunden – al zijn beide feiten zegeningen van God in verleden en heden. Zelf denk ik aan dat bericht uit de maand mei, over de royale koploper in een wedstrijd die je niet winnen wilt: ‘Nederland meest atheïstische land’.

Onderzoek van een gerenommeerd Amerikaans bureau meldde dat bijna de helft van onze landgenoten (48 procent) zich atheïst, agnost of niet-religieus noemt, mensen die niet in een persoonlijke God geloven of aangeven dat we ten aanzien van God en geloof niets kunnen weten. Op ruime afstand volgden Noorwegen en Zweden (43 en 42 procent). Inzake allerlei vragen scoorde Nederland hoog als het over religieuze onwetendheid gaat. 

Eens per maand

Ons eigen Centraal Bureau voor de Statistiek haalde in oktober de voorpagina met een vergelijkend onderzoek, ‘Wie is religieus, en wie niet?’ Voor het eerst rekent minder dan de helft van de mensen van vijftien jaar en ouder zich tot een kerkelijke gezindte of levensbeschouwing. Zestien procent van de Nederlanders gaat ten minste eens per maand naar de kerk. Die cijfers – vanwege de levens van mensen die hierachter schuilgaan – mogen we niet relativeren, moeten even goed bij ons binnenkomen.

Vijf eeuwen na de Reformatie, vier eeuwen na de Dordtse Synode, ruim twee eeuwen na de Franse Revolutie, zeventig jaar na Auschwitz, vijftig jaar na de seksuele revolutie, 25 jaar na het eerste paarse kabinet… is het gelaat van de Nederlandse samenleving ingrijpend veranderd. Dat doet pijn voor wie God liefheeft. Dat doet onze Schepper de meeste pijn, als Zijn uitgestoken hand niet aanvaard wordt, als mensen niet willen dat Hij koning over hen is. Die formulering verwijst naar schuld. ‘Zie, uw huis wordt als een woestenij voor u achtergelaten’ (Luk. 13:35), is dan het gevolg dat de Bijbel benoemt. 

Deventer en Ouddorp

Betekent bovenstaande realiteit vooral dat de kerken wat leger en de Efteling en de stranden op zondag wat voller zijn? Nee, voortdurend steken allerlei kleine of grotere irritaties de kop op. De ene keer zijn het de humanisten in Deventer die de gemeenteraad adviseren ‘een ongodsdienstige burgemeester’ aan te stellen, omdat deze zich ‘geheel onafhankelijk kan opstellen’. Alsof een christen niet van goed burgerschap weet, alsof een christen in het openbare leven de samenleving niet van harte dienen kan.

De andere keer meldt de Volkskrant uitvoerig over ‘een religieuze rel in Ouddorp’, waar een lid van de hersteld hervormde gemeente zich gediscrimineerd wist, omdat een plaatselijk tankstation op zóndag dertien cent korting gaf. De krant verwoordt dat ‘gelovigen zich benadeeld voelen’. Waar de algemene seculiere cultuur de overtuiging van orthodoxe christenen niet meer begrijpt, kan er zomaar actie-reactie plaatsvinden, zoals na de reclamecampagne van het kledingmerk Suitsupply. Haar posters met zoenende mannen werden beklad, dertig bushokjes werden vernield en het pakkenmerk verloor op sociale media duizenden volgers, overigens niet alleen in Nederland. Anderen onderstrepen dan de tolerantie en verwoorden dat ‘de emancipatie wereldwijd nog niet op orde is’. 

Niet onzeker

Hoe tegenstrijdig dit ook kan lijken, christenen zijn geen mensen die in een onzekere situatie verkeren. ‘Het zijn geen mensen die rondtasten in het donker,’ schrijft dr. Martyn Lloyd-Jones in zijn boekje In God verbonden. Op basis van 1 Johannes 5 – ‘wij weten dat wij uit God zijn’ – verwoordt hij als definitie van christenen dat het mensen zijn die weten waar ze staan, wie ze zijn en wat ze gekregen hebben. ‘Wij weten’ – het gaat om zekerheid.

Die (blijde) zekerheid staat tegen een donkere achtergrond. Johannes, apostel van de liefde, laat zijn lezers voortdurend weten dat we leven op een boze, opstandige aarde, omdat de satan nog de overste van de wereld is. Het denken en het inzicht in dit tijdperk, ze zijn vijandschap tegen God. Het is een wereld waarin we leven en waarin we moeten strijden om in te gaan. Lloyd-Jones zegt daarom dat ‘het gemakkelijker is om af te dwalen dan om op het juiste pad te blijven’. 

Prediking

Ook in 2018 gaf de Heere ons in zijn genade en geduld daartoe de prediking van het Evangelie, die ons richt op Hem, op de heilsfeiten, die ons aanspoort om de weg van Zijn geboden te gaan, die ons als gemeente samenbindt en samenhoudt. De laatste regel van een lied van Blumhardt appèlleert aan die opdracht: 

Ik kom met haast, Ik kom! Houd vast

wat Ik u heb gegeven.

Er blijft bij alle aardse last

een open deur ten leven.

Werp van u af

wat Ik niet gaf.

Blijf u standvastig scharen

bij wie Mijn woord bewaren. 

Dankbaar voor hun dienstwerk in ons midden, herdenken we de dienaars van het Woord die – ooit door Hem tot de verkondiging geroepen – de Heere dit jaar tot Zich riep. Zij hebben de gemeente aangespoord om te leven bij de dag van Christus, Die met haast komen zal. Hun namen noemen we hier:

– dr. P.F. Bouter, overleden op 15 januari (56 jaar);

– ds. G.C. Kunz, overleden op 21 juli (76 jaar);

– ds. D.J. van Eckeveld, overleden op 8 augustus (69 jaar);

– ds. T. Cammeraat, overleden op 17 september (82 jaar);

– ds. L. Quist, overleden op 24 oktober (87 jaar);

– ds. H. Harkema, overleden op 5 november (71 jaar);

– ds. U.W. van Slooten, overleden op 4 december (70 jaar);

– ds. A. van Cappellen, overleden op 11 december (90 jaar).

‘Zalig zijn de doden die in de Heere sterven (…) en hun werken volgen met hen’ – het is een troostrijke belofte, over het leven van allen die het ambt van de gelovigen droegen. 

Luthers tuin

Wanneer de Heilige Geest als antwoord op ons gebed en onze verlegenheid de woorden van God indraagt in ons hart, gaan we anders naar de aarde kijken. ‘Mijn kalender is uit!’, zei Maarten Luther op 48-jarige leeftijd, in de overtuiging dat hij niet lang meer leven zou. En toch verzaakte hij zijn aardse roeping niet, en kocht hij een tuin (in de overlevering werd het: ‘plantte hij een appelboom’).

Luther leert ons in navolging van Jezus en Paulus verder te reiken dan ons aardse bestaan. ‘Onze God bewaart het goede voor de wereld die komen gaat,’ zei hij. ‘Voor God is deze wereld slechts een voorportaal van die andere.’ Wie het ging belijden met de kerk van alle eeuwen, richt zich op het Koninkrijk, om de komst waarvan we bidden en dat Gods kinderen in heerlijkheid verwachten. Voor atheïsme is daar en dan geen plaats, omdat Hij alles zal zijn in allen.

Geen einde komt er meer aan de vrede van God. Wat Zacharia (14:9) voorzegde, wordt waar: ‘De HEERE zal Koning worden over heel de aarde. Op die dag zal de HEERE de Enige zijn en Zijn Naam de enige.’

P.J. Vergunst