Waar bent u naar op zoek?

Opbouw en uitvoering

dr. Hanna Rijken
Door: dr. Hanna Rijken
19-08-2021

De evensong kent een vaste opbouw. Toch zijn er verschillen tussen de uitvoering doordeweeks en op zaterdag/zondag. En in Engeland en Nederland worden iets andere accenten gelegd: zo klinkt in Engeland op zondag doorgaans een korte preek, terwijl die in Nederland vaak wordt weggelaten.

Het biddend zingen van de psalmen vormt het hart van de getijdenvieringen, dus ook van de choral evensong. Als het gaat om psalmzingen, wordt in protestants Nederland al gauw gedacht aan het Geneefse psalter, de 150 psalmen in strofevorm. Kenmerkend voor het zingen van de psalmen in getijdenvieringen is echter dat dit in een onberijmde vorm gebeurt, in een vertaling die dicht bij de Hebreeuwse grondtekst staat.

Alle 150 psalmen

De muzikale vorm die in kloosters klinkt, is de psalmtoon. In kloosters zingt men vanouds alle 150 psalmen in één week (al zijn tegenwoordig ook mildere roosters in gebruik); in de Engelse getijdenpraktijk worden alle 150 psalmen in één maand gezongen. Vanuit het gregoriaans ontstond in de zeventiende eeuw een karakteristieke Engelse muzikale vorm, namelijk om de psalmen als chant te zingen: op een vierstemmige harmonische formule die ieder vers of iedere twee verzen wordt herhaald. De chants worden meestal begeleid op orgel. Het zingen van een chant heeft door de herhaling een meditatieve werking. Aan het eind van de psalm wordt het Klein Gloria gezongen, de doxologie, ‘Ere zij de Vader en de Zoon en de Heilige Geest….’

Kloosteropstelling

Bijna de hele liturgie van de choral evensong wordt gezongen. Het verloop van het begin van de evensong kan plaatselijk verschillen. Voordat de eerste tonen klinken, heerst er een van eerbied getuigende stilte. Het koor begint achter in de kerk met een gezongen koorgebed. Vaak is dit een gebedstekst, bijvoorbeeld afkomstig uit een psalm. Daarna schrijdt het koor tijdens orgelspel samen met de voorgangers naar voren, naar het koorgedeelte van de kerk. Traditiegetrouw is dit gedeelte van de kerk met kaarsen of schemerlampjes verlicht. De banken staan in kloosteropstelling, dat wil zeggen: tegenover elkaar. Want de psalmen worden, net als in de kloosters, alternerend gezongen, afwisselend door de ene en de andere kant.

Als het koor en de voorgangers zijn binnengekomen, gaan allen staan voor het openingsgebed, de preces, ‘O Lord, open Thou our lips’. De preces bestaan uit korte psalmverzen die in afwisseling biddend gezongen worden door de voorganger en het koor, en eindigt met een doxologie, een lofprijzing. Op zaterdag en zondag gaan in Engeland aan de preces een schuldbelijdenis en genadeverkondiging vooraf. In Nederland houdt men meestal de doordeweekse versie van de choral evensong aan, maar kiest men er wel voor om meer hymnes te zingen.

Hymnes

Na de preces stemmen alle aanwezigen in met de hymne, een strofisch lied. De hymne is het enige volkszangdeel in de evensong. Engelse hymnes zijn in Nederland ook geliefd geworden, denk bijvoorbeeld aan ‘The Day Thou gavest’ (‘De dag door uwe gunst ontvangen’), ‘Abide with me’ (‘Blijf mij nabij’) of ‘Praise my soul the King of heaven’ (‘Loof de Koning heel mijn wezen’). Het verschilt per plaats in Nederland of de hymne in het Engels of in het Nederlands wordt gezongen.

Aansluitend aan de hymne zingt het koor een of meerdere psalmen als chant. In Engeland is het gebruikelijk dat alle aanwezigen gaan staan bij de doxologie. Na de psalm volgt de eerste lezing uit het Oude Testament. In Engeland leest men vaak continu, dat wil zeggen iedere dag verder uit hetzelfde bijbelboek. Na de eerste lezing, uit het Oude Testament, zingt het koor het Magnificat, de lofzang van Maria uit het Evangelie van Lukas. Na de tweede lezing, uit het Nieuwe Testament, volgt het Nunc dimittis, de lofzang van Simeon. Toonzettingen van het Magnificat en Nunc dimittis samen worden wel Evening Services genoemd. Vele Engelse componisten hebben dergelijke Evening Services gecomponeerd, bijvoorbeeld Henry Purcell, Charles Wood en Charles V. Stanford.

Korte preek

Als het Nunc dimittis geklonken heeft, spreken alle aanwezigen samen hardop de Apostolische Geloofsbelijdenis uit. Daarna zingen koor en voorganger de responses, gezongen gebeden, met onder andere het Onze Vader. Aan het einde zingt de voorganger drie collectagebeden, die het koor beantwoordt met een gezongen ‘Amen’. Na de responses zingt het koor een zelfstandig koorwerk, de anthem. De tekst hiervan is vaak afkomstig uit de Bijbel, maar kan ook bijvoorbeeld een hymnetekst zijn. Na de anthem bidt de voorganger gesproken gebeden. Daarna wordt een hymne gezongen.

Op zondag volgt doorgaans een korte preek. Omdat deze eigenlijk niet tot de orde van de evensong behoort, worden zondagse evensongs in Engeland vaak aangeduid als Evensong & Sermon of Evensong & Address. Aansluitend aan de preek wordt nog een hymne gezongen.

In Nederland blijft de preek vaak achterwege. Men volgt dan de doordeweekse versie van de evensong. Ook wordt in Nederland de geloofsbelijdenis soms weggelaten. Respondenten vertellen dat die keuze wordt gemaakt omdat er veel niet-kerkelijke mensen op de evensong afkomen.

Ziel gevoed

Uit de interviews die ik tijdens mijn promotieonderzoek hield met evensonggangers, bleek dat zij komen vanwege de verstilling, schoonheid en eerbied. Ze vinden het belangrijk dat de lof aan God gezongen wordt en er uit Gods Woord gelezen wordt. Ze ervaren dat hun ziel gevoed wordt.

dr. Hanna Rijken
dr. Hanna Rijken