Ruimte bieden
Er bestaan heel wat stereotypen over mannen. Die kunnen de predikant of ouderling hinderen in het aannemen van de juiste pastorale houding tegenover mannen. Waar moet de zielzorger rekening mee houden?
Dé man bestaat niet. Hoe een man is of hoe een man hoort te zijn, is afhankelijk van de sociale klasse, van het opleidingsniveau, afhankelijk van of iemand progressief of conservatief is. Een loonwerker kan een andere type man zijn dan de hbo-docent. Iemand uit een Vinex-wijk heeft een ander bestaan en andere kijk op zichzelf dan iemand die in een achterstandswijk woont. Een man in een stad kan op een andere manier op de kerk en de maatschappij betrokken zijn dan een man die op een dorp woont. Een lid van de CU verschilt behoorlijk van een PVV-stemmer.
Stereotypen
Er zijn wel veel stereotypen over hoe een man is of hoe een man hoort te zijn. Die stereotypen komen niet alleen in reclames en films voor, maar ook in christelijke publicaties, preken en bijbeluitleg. Een stereotiep beeld dat ik geregeld in preken terug hoor, is dat mannen zich door hun lusten laten leiden. Uit een Amerikaans onderzoek naar preken van evangelicals over het huwelijk bleek dat in vrijwel alle gevallen de predikant alleen de man aansprak op seksuele verleidingen en op vreemdgaan. Daarmee wordt het beeld bevestigd dat mannen minder dan vrouwen hun driften en lusten kunnen beheersen en dat vrouwen kuiser zijn.
Een ander stereotiep beeld is dat mannen minder bezig zijn met geloof en dat de kerk hen veel minder bezighoudt. Dit beeld wordt versterkt door de toenemende afwezigheid van mannen in bepaalde kerken. Mij valt het bij gastbeurten op dat niet alleen de taken binnen de kerk steeds meer door vrouwen worden overgenomen, maar ook dat er vaak minder mannen dan vrouwen aanwezig zijn. Mijn indruk is dat in kerken waar geen vrouwelijke ambtsdragers zijn, het aantal mannen in de buurt van het aantal vrouwen komt.
Minder religieuze taal
Mannen zijn overigens over het algemeen niet min
der met geloof bezig dan vrouwen, maar zij gebruiken vaak veel minder religieuze taal. In gesprekken hebben zij het eerder over meer alledaagse zaken en betrekken wat hen bezighoudt of wat hun overkomt minder op het geloof. Dat ze hun ervaringen en hun bezigheden minder op het geloof betrekken, betekent echter niet dat ze minder met het geloof bezig zijn. In hun denken en in hun praten scheiden ze geregeld geloof en hun dagelijks leven. Dat is niet omdat ze minder gelovig zijn, maar omdat ze meer gewend zijn hun bestaan in delen op te knippen en een onderscheid te maken tussen die verschillende delen van hun dagelijks bestaan.
Voor het pastoraat is dit belangrijk om te weten, omdat praten over hun dagelijks bestaan voor mannen wel degelijk met hun geloof te maken kan hebben, ook als ze dat niet expliciet zo verwoorden. Als ouderling of als predikant is het dan van belang om voor die mannen de verbinding tussen geloof en dagelijks leven te helpen zien en voor hen te leggen. Omdat mannen hun bestaan vaak minder godsdienstig beleven dan vrouwen, spreken ze er minder over. Ze merken dat vrouwen hun ervaringen en hun geloof beter kunnen verwoorden. Mannen zullen minder over hun geloof en hun ervaringen met de Heere spreken, omdat de manier waarop vrouwen dat doen toch onbewust de norm is van hoe het hoort. Omdat zij toch al moeilijk over hun geloof kunnen spreken, doen ze er het zwijgen toe. Daardoor is het beeld ontstaan dat mannen minder met geloof hebben.
Kritische vragen
Daarbij komt dat mannen vaak ook veel kritischer zijn: kritischer op de preek, op de kerkenraad, op de gemeente. Mannen hebben vaak ook veel meer geloofsvragen dan vrouwen. Vaak hebben ze het gevoel dat die vragen niet gesteld mogen worden. Ook dat is een reden waarom mannen zich eerder terugtrekken als er een geloofsgesprek gevoerd wordt. Voor het gesprek betekent dat dat de zielzorger de aanwezige mannen de kans moet geven om over hun eigen inzichten en ervaringen te praten, dat hij hun de gelegenheid geeft om kritische vragen over de kerk en over God te stellen.
Die vragen hoeven niet gelijk beantwoord te worden. Het kan juist goed zijn om de man te vragen meer te vertellen en daardoor ruimte te bieden. Ruimte bieden voor de man kan ook betekenen dat de vrouw leert om in het geloofsgesprek even een pas op te plaats te maken. Omdat vrouwen eerder toegang tot hun innerlijk hebben en beter in staat zijn om over hun geloof te spreken, nemen zij vaak als eerste het woord.
Drempels wegnemen
Omdat er voor mannen drempels zijn om zich over het geloof te uiten, is het zinvol om te beginnen bij thema’s die voor mannen belangrijk zijn. Bij de meeste mannen staat het gezin op nummer één. Voor hun gezin zijn ze bereid om veel te doen. Soms zijn ze zelfs bereid om, als ze zelf geen kerkganger zijn, mee naar de kerkdienst te gaan omdat er voor hun zoon of dochter iets belangrijks gebeurt: afscheid van de zondagsschool, een kooruitvoering, doop van een kleinkind.
Voor vaders is het vaak belangrijk dat hun kind de gegeven opvoeding waardeert. Steeds vaker komt de betekenis van vaders naar voren doordat bij een bruiloft de dochter graag door haar vader in de kerk gebracht wil worden of door een opa die een kleinkind binnendraagt in de doopdienst.
Vaak is werk voor mannen een belangrijk thema, omdat hun werk hun een groot gevoel van eigenwaarde geeft en van grote waarde is voor hun zingeving. Ontslag of pensioen is voor een man vaak ingrijpend, omdat het een aanslag op de eigenwaarde is en een behoorlijk verlies aan netwerk.
Veel mannen hechten er waarde aan om het dagelijkse bestaan en daarmee ook het geloof op hun eigen manier vorm te geven. Ze willen niet graag iets voorgeschreven krijgen. Wanneer ze deze ruimte missen, zijn ze eerder geneigd om af te haken.
In deze twee artikelen heb ik alleen wat factoren beschreven waar rekening mee gehouden moet worden in het pastoraat aan mannen. Het zou de moeite waard zijn om te beschrijven op welke eigen manier mannen hun geloof beleven: hoe ze over God denken, wat het kruis van Christus voor hen betekent, hoe zij zichzelf in de Bijbel terugvinden, welke taken zij voor zichzelf zien weggelegd.