Waar bent u naar op zoek?

Strijdend Kind

Dr. Elsbeth Visser-Vogel
Door: Dr. Elsbeth Visser-Vogel
17-12-2020

Teksten van kerstliederen zijn soms zeker romantisch te noemen, maar de goede verstaander beluistert in veel carols iets ernstigs

Wat kan ik verlangen naar een Festival of Lessons and Carols. Dat is in mijn geval niet zo verbazingwekkend, want ik zou hier zelfs voor te porren zijn op een snikhete zomerdag. Maar in deze donkere december, die ook weinig lichtpuntjes heeft wat betreft zang- en concertmogelijkheden, wordt het reikhalzend uitzien enkel groter.

Met heimwee denk ik terug aan de kerstconcerten die ik de laatste jaren gehad heb met Marcantus, een kamerkoor uit Houten. Een mooie, (k)oude kerk. Publiek met jassen aan op harde, koude bankjes. Brandende kroonluchters. Een kerststal in het koor van de kerk. Wind (en het liefst sneeuw) giert om de kerk. Een prachtig orgel. Samen zingen, samen verwachten. Hemel en aarde stemmen met elkaar in.

Dit riekt wellicht naar onterechte kerstromantiek. Ook de teksten van kerstliederen zijn soms zeker (te) romantisch te noemen. Maar de goede verstaander beluistert in veel carols iets ernstigs. De reden waarom het Kind naar de aarde moest komen, is niet bepaald rooskleurig. De omstandigheden waarin Hij kwam, niet bepaald gepast. Hoe wij Hem verwelkomen, niet bepaald om over naar huis te schrijven.

We zongen vorig jaar een prachtige carol van James Whitbourn: The Magi’s Dream. Meerdere keren heb ik het geluisterd met de kinderen. Samen luisteren. Waar gaat het over, wat hoor je?

Samen luisteren en uitbeelden. Ze voelden het haarfijn aan: met Kerst gebeurt er iets spannends! Het lied begint met Bethlehem bij nacht, waar Maria en Jozef uitgeput zijn door het wonder dat ze meegemaakt hebben. De muziek klinkt lieflijk, zacht en verwonderd. Herders komen om Hem te aanbidden. Wijzen van ver komen om Hem te aanbidden. Herodes die zegt Hem te willen aanbidden. Maar dan worden de magiërs gewaarschuwd in een droom: neem een andere terugweg!

Het lied laat horen dat Kerst geen feest van zoetsappigheid is, maar dat er een strijd wordt geleverd tussen goed en kwaad. Het kwaad wil het goede om zeep helpen. Een oneerlijke strijd, zou je zeggen. Wie vecht er nu met een baby? Maar Hij strijdt en overwint door niet-strijden. Door onbaatzuchtig liefhebben.

Dr. Elsbeth Visser-Vogel
Dr. Elsbeth Visser-Vogel