Waar bent u naar op zoek?

Toerusten tot dienstbetoon

04-11-2021

Prop. C.J. Rijsdijk uit Scherpenisse is sinds vorige maand beroepbaar. Hij is 31 jaar en getrouwd met Lydia (25). Zijn bachelor behaalde hij aan het hersteld hervormd seminarie en de predikantsmaster aan de PThU. Sinds enkele jaren geeft hij catechisatie in Sint Annaland en in september is hij begonnen als pastoraal werker in Nieuwe-Tonge en Herkingen.

Wat betekent het voor u dat u proponent bent?

Dat de Heere de afgelopen zes jaar Zijn belofte om wijsheid en kennis te geven (2 Kron. 1:10), heeft waargemaakt. Dankzij Hem breekt nu eindelijk het moment aan waar ik naar uit heb gezien. Een onzekere tijd staat voor de deur vanwege het beroepbaar zijn.

Toch gaan we er goedsmoeds op af. Hij, Die gedurende de opleiding heeft gezorgd, zal in de onbekende toekomst Dezelfde zijn.

Hoe kijkt u terug op de studie theologie? Wat hebt u er vooral geleerd?

Op allerlei manieren heeft de studie mij gevormd, evenals de omgang met medestudenten. Ik ben de opleiding dankbaar voor het leren van de vaardigheden als het (enigszins) beheersen van de grondtalen. Ook voor de weken ‘pastorale training’ op Hydepark in Doorn. Ik denk dat het onmisbaar is om kritisch te reflecteren op je persoonlijke geloof, theologische overtuigingen in samenhang met je theologische en kerkelijke context én biografie.

Bijzonder leerzaam waren de zogenaamde ‘stages’ bij ds. J.J. ten Brinke en ds. M.K. de Wilde. Eerstgenoemde leidde mij in in de gemeente én (dat zal niemand verbazen) de Gereformeerde Bond. Door laatstgenoemde kwam ik in aanraking met internationale gereformeerde theologen en (dat zal ook niemand verbazen) de ‘nieuwe calvinisten’. Beide leermeesters heb ik ervaren als een godsgeschenk in mijn theologische vorming.

Hoe kijkt u naar de gemeenten, waarvan u er hopelijk binnenkort één mag gaan dienen? En naar uw taak in de gemeente?

Ik zie de gemeente als de verbondsgemeenschap van Christus. Nu nog gemengd (Matt.13:47-52), struikelend (Jak.3:4), lerend (Ef.4:14) en vierend (1 Kor.11: 26). En wat het kloppend hart van de gemeente betreft: onderweg in de verwachtingsvolle hoop naar de komst van de Bruidegom (Openb.21:3). Mijn taak hangt hier nauw mee samen. Het ambt van herder en leraar omvat minimaal: het toerusten van heiligen tot het werk van dienstbetoon, de opbouw van het lichaam van Christus, zodat de gemeente in alles toegroeit naar Hem Die het Hoofd is: Christus (Ef.4: 11-16). Het is mijn verlangen dat onze Koning mij hiervoor wil gebruiken tot de verheerlijking van Zijn Naam.

Wat ziet u vooral als de roeping van een christen, vandaag in ons land?

In lijn met 1 Johannes 3 meen ik dat het de roeping is van iedere christen die leeft bij de hoop om volkomen gelijk te zijn aan Christus (vs.2), bovenal dát wenkend toekomstperspectief te belichamen in een rein leven (vs.3) van zout en licht. Terwijl iedereen onderweg gewezen wordt op Jezus, de Gekruisigde, waardoor ze moeten zalig worden (Hand.4:12).


De kring van de Gereformeerde Bond kent een aantal proponenten. Wie zijn ze eigenlijk? En wat beweegt hen om predikant te willen worden? In deze rubriek valt van tijd tot tijd de schijnwerper op een proponent.