Traditie biedt steun
De Artios-reeks is vruchtbaar. Prof. dr. F.G. Immink zorgt met Overtuigd gereformeerd voor een nieuwe loot aan de stam. We mogen van de oud-rector van de Protestantse Theologische Universiteit verwachten dat we wat goeds en stevigs in handen krijgen. Dat is ook werkelijk zo.
Toen ik in het boek begon, was ik benieuwd wat het zou bieden. Ik verlang zelf ook gereformeerd te zijn. Maar in deze tijd waarin in ons werelddeel christenen steeds meer een minderheid worden en gereformeerd zijn vaker met vreemde ogen bezien wordt, vraag ik me vaak af hoe ik het aan anderen ‘verkoop’. Zou Immink in dit boek ‘gereformeerd zijn’ weten te ‘verkopen’?
Immink schrijft dit boek – met de ondertitel Met sympathie voor de traditie – in ieder geval als iemand die zelf van harte gereformeerd is. Hij is overtuigd en wil laten zien dat er voor ieder ander goede redenen zijn om dit ook te zijn. Daarbij gaat hij rustig en punctueel te werk en het is door het boek heen goed te merken dat hij schrijft als wetenschapper, die wil kunnen verantwoorden wat hij beweert. Hij laat de zaak zelf spreken.
Grondslag
Hij begint in hoofdstuk 1 met sympathie uit te spreken voor tradities in het algemeen. Tradities bieden structuur aan de dagelijkse gang van zaken en zij scheppen ruimte om verantwoord en weldoordacht in het leven te staan. Met name heeft hij sympathie
voor de orthodox gereformeerde traditie. Zonder traditie blijken we verlegen te staan in een tijd van pandemie en een tijd van toename van wantrouwen aan gezag en van complottheorieën. Dit boek is duidelijk van recente datum.
Vervolgens maakt Immink in hoofdstuk 2 het punt dat de gereformeerde traditie ankert in het Nieuwe Testament, dat weer ankert in het Oude Testament en dat haar centrum heeft in Jezus Christus en Zijn kruisoffer op Golgotha.
Luther, Zwingli en Calvijn hebben sterke nadruk gelegd op de eenmaligheid van het offer van Jezus Christus op Golgotha. In een verkenning van de visie van Noordmans, van de moderne theologie en ook tegenover bevindelijk gereformeerden houdt hij staande dat de uiteindelijke grond van ons behoud blijft wat Jezus Christus eens en voor altijd gedaan heeft toen Hij Zichzelf offerde.
Hoofdstuk 3 biedt een behandeling van de orthodox gereformeerde omgang met historisch-kritisch en literair-kritisch bijbelonderzoek. Hierin laat de schrijver zien dat deze vasthoudt aan de lichamelijke opstanding van Jezus. Het heilsfeit is de grondslag en het geloof blijft daarop gebaseerd.
Klassiek
In hoofdstuk 4 tekent Immink hoe God met Zijn daden Israël heeft gegrondvest, met name in de uittocht uit Egypte. Dat wordt in Israël dan ook steeds herdacht en is de inhoud van het Pascha. Hij laat zien hoe het in tempel- en offerdienst draait om de notie van de verzoening en hoe de profeten oproepen tot een waarachtig leven met God en niet een formeel leven met de uitwendige tempeldienst. De inhoud en functie van het Psalmboek wordt doorlicht. En vanuit de tijd van koning Josia maakt Immink duidelijk dat ook toen door hervorming oude geloofsinzichten weer voor het voetlicht werden gehaald.
Hoofdstuk 5 is verreweg het langste hoofdstuk, met als titel ‘Klassiek gereformeerd’. Het gaat over drie hoofdthema’s: 1. Woord en Geest, 2. de gereformeerde ere- dienst en 3. de twee theologische thema’s van ‘verkiezing en verbond’ en ‘rechtvaardiging en heiliging’. Hier lees je zo’n gereformeerde kernnotie als ‘Hoewel het de Heilige Geest is Die onze ogen opent en ons hart verlicht, zijn wij het wel zelf die ons vertrouwen op God leren stellen. Daarin zijn we geen stokken en blokken, maar dragen we onze verantwoordelijkheid en vormen zich onze inzichten. Zo wordt het geloof geleefd. Het nestelt zich in de persoonlijkheid en uit zich in onze levensbeschouwing en levenswandel.’ (p.105)
Zaken als geloof en bevinding komen aan de orde. Het heilig avondmaal komt aan bod en de gemeentezang.
Duidelijk gepresenteerd
Wie Overtuigd gereformeerd leest heeft een stevig boek in handen, dat veel biedt. Velen die in een hervormd-gereformeerde gemeente thuis zijn, vinden het misschien best moeilijk om helder te krijgen wat voor specifieks het gereformeerde in de christelijke kerk is. Dit boek haalt het helemaal voor het voetlicht en is een goede hulp. Een geïnteresseerde belijdeniscatechisant die wil lezen, heeft hier echt wat aan, net als elk ander belangstellend gemeentelid. Zelf zou ik het een pluspunt gevonden hebben als de aanpak van het boek richting de lezer wat betreft het gereformeerde belijden en leven meer wervend en evangeliserend geweest zou zijn. Immink richt zich vooral op de beschrijving van het gereformeerde, hij laat de fronten ook zien in de confrontatie met vrijzinnige, moderne en evangelische opvattingen en schildert in zijn slotbeschouwing het gereformeerde kerk-zijn ten opzichte van onder andere de lutherse traditie en de pinksterkerken. Een wat meer inhoudelijke confrontatie met het niet-gereformeerde denken en geloven en een wat meer apologetische insteek hadden het boek voor mij waardevoller gemaakt. Nu moeten we het ermee doen dat we het gereformeerd-zijn duidelijk gepresenteerd krijgen.
Dat neemt niet weg dat we met dit boek veel in handen krijgen. Want wie tot zich door laat dringen wat het gereformeerde inhoudt, raakt onder de indruk en ontdekt: hiermee hebben we goud in huis! Als vanzelf sla je de Bijbel open. En in het hart van de Bijbel ontmoet je Jezus Christus. Wie Hem heeft, heeft het leven.
Overtuigd gereformeerd. Na lezing van het boek sluit ik me van harte bij de schrijver aan. Wie volgt?
Rust en bezonnenheid
‘De klassiek gereformeerde traditie is in haar geloofsbeleving en geloofsexpressie inderdaad minder flamboyant dan de evangelische stroming. Maar zij straalt wel rust en bezonnenheid uit. Bovendien heeft het gereformeerde geloofstype een diep besef van de blijvende zondigheid van de mens (…). Zoals Calvijn zei: de zonde houdt wel op in ons te heersen, maar niet in ons te wonen. Vandaar dat het geloofsleven in gereformeerde stijl toch meer gekenmerkt wordt door worsteling en strijd dan door triomf.’
(Uitdagend gereformeerd, p.171)