column
Uitgeblust
Nóg een keer vergaderen? Het is vakantie, man!' Na een lang winterwerkseizoen is de fut in het jeugdwerk er een beetje uit. We hebben ons best gedaan om de werkdruk zo laag mogelijk te houden, maar dat is niet altijd gelukt.
Wij spreken met deze commissie een maximaal aantal vergaderingen af, die maximaal een uur mogen duren. Het voorzitten en notuleren rouleert. Iemand krijgt de verantwoordelijkheid en het vertrouwen voor een specifieke taak, waardoor niet alles tot in detail besproken behoeft te worden. We letten ook een beetje op elkaar. Heeft iemand het druk, dan verschuiven we taken. Zit iemand in meerdere commissies, dan plannen we vergaderingen aaneensluitend op een avond.
Er schuilt immers een groot gevaar in kerkenwerk. Het lijkt altijd goed, want het is werk in het koninkrijk van God. Ongemerkt kunnen echter de vergaderingen, het beleid en de activiteiten afleiden van waar het wezenlijk om draait in de gemeente: de eer van God. Eigenlijk zou een vrijwilliger doordeweeks niet meer tijd bezig moeten zijn dan de zondagse erediensten in beslag nemen. Een uur of drie dus. Zo blijft er een goede balans tussen activiteiten en de echte inhoud.
Om die inhoud niet uit het oog te verliezen, openen we elke vergadering met een inleiding op een gedeelte uit de Bijbel. Wat sprak aan en waarom, en hoe kan het betrokken worden op ons werk in de kerk? Zo ben je niet alleen actiegericht, maar ook inhoudelijk met elkaar bezig. Onze, veelal jeugdige, commissieleden blijken in staat het geloof persoonlijk en relevant te verwoorden. Dat moet de droom van veel mensen in de kerk zijn: korte, effectieve vergaderingen waarbij ook over Gods Woord gesproken wordt.
Volgend seizoen gaan we het weer proberen. Efficiënt vergaderen om ook privé meer tijd over te houden voor de wezenlijke taken van een christen: bidden en bijbellezen. Wie anderen wil vormen, moet immers zichzelf voortdurend laten vormen. Niet onnodig tijd verspillen, maar vooral ervoor zorgen niet uitgeblust te raken. Het mag niet zo zijn dat we juist met al onze kerkelijke activiteiten de Geest uitblussen.
Arjan Baarssen