Vastgoedbelegging
Ook ouders moeten het zich aantrekken dat Jezus niet bezitters zalig spreekt, maar hen die geen garanties hebben voor de toekomst
De verleiding is groot. De zoveelste folder valt in je bus met de vermelding: ‘Investeer nu in vastgoed: jaarlijkse uitkering gegarandeerd.’ De rente is laag, dus je bent een dief van je portemonnee als je je vermogen niet in vastgoed belegt. Recent werd mij duidelijk dat veel mensen met opgroeiende kinderen in vastgoedbelegging dé ideale manier zien om in de toekomst een huis of studie voor hun eigen kind te kunnen betalen. De verhuur van een klein appartement brengt al gauw duizend euro per maand op. Het is moeilijk om ouders die zoiets exploiteren met het oog op hun kinderen, nobele bedoelingen te ontzeggen.
Tegelijk is er een andere werkelijkheid. Twintigers en dertigers kunnen nauwelijks een huis kopen, onder andere omdat vermogenden vastgoed verwerven. Kinderen van rijke ouders kunnen de zogenaamde jubelton (100.000 euro belastingvrij te schenken) gebruiken om minder bedeelde bieders riant te overtroeven. Zo wordt de tweedeling tussen rijk en arm – volgens ingewijden de grootste ter wereld – in stand gehouden. Wellicht oppert iemand: ‘Wij zorgen er toch voor dat jonge mensen een huis kunnen huren?’ Is dit charitatieve argument in het verleden wellicht geldig geweest, het vervalt als dit bezit anderen in de weg zit. Een eigentijds jubeljaar met onteigening van verkregen vastgoed zou kunnen leiden tot eerlijker toegang tot woningen.
Paulus noemt ‘geldzucht’ de wortel van alle kwaad (1 Tim.6:10). Dat is nu precies niet waar je aan denkt als je inschrijft op vastgoed ter wille van je kinderen. Je probeert immers iets goeds te doen door hun toekomst veilig te stellen. Toch strijden hier edele en onedele motieven om de voorrang. Ook ouders moeten het zich aantrekken dat Jezus niet bezitters zalig spreekt, maar hen die geen garanties hebben voor de toekomst.
Het zou dus wel eens in het belang van onze kinderen kunnen zijn om het verlangen naar vastgoed los te laten en te streven naar datgene waar Paulus, direct na de waarschuwing voor geldzucht, toe oproept: rechtvaardigheid, vroomheid, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid. Gelukkig de kinderen die hierin een goed voorbeeld hebben gezien. En als iemand dan toch al vastgoed heeft, laat die dan de huur twintig procent lager zetten dan de markt gemiddeld vraagt (zie Luk.16:7).