Verbonden in het geloof
Ds. Laurens Jan Vogelaar werkt sinds 2018 namens de GZB op Sulawesi. Als vrienden gingen we naar hem toe. We maakten vorige maand een studiereis naar Indonesië, waarin Psalm 23 centraal stond. Onze impressie.
Al vanaf de studietijd zijn we bevriend met ds. Laurens Jan Vogelaar. Hij en zijn vrouw Lourina zijn als gezin uitgezonden vanuit de hervormde Bethlehemkerk in Den Haag. Zij dienen op Sulawesi de Gereja Protestan Indonesia Luwu (GPIL), een kerkgenootschap van 118 gemeenten en zo’n 20.000 leden. De gemeenten liggen in de stad Palopo en het berggebied rond Palopo. In deze omgeving wordt de cultuur overwegend bepaald door de islam. De christelijke gemeenten hier zijn vrucht van het eerdere zendingswerk vanuit Nederland, onder andere vanuit de GZB. Laurens Jan rust de GPIL toe in de verschillende facetten van het gemeente-zijn.
Bij ons als vrienden ontstond het idee om te kijken of het mogelijk zou zijn om vanuit de vrije ruimte van de nascholing te komen tot een studiereis, ook als ondersteuning en bemoediging van hun werk in de ontmoeting met hen. Vandaar dat we op 2 mei afreisden naar Indonesië.
Opzet studiereis
Als thema voor de studiereis hebben we gekozen voor de vraag ‘Hoe wordt het geloof beleefd door de christenen van de GPIL-gemeenten?’ Daarbij leggen we de focus op gebed, lied en prediking. We richten ons hierbij op een concreet bijbelgedeelte, namelijk Psalm 23. Een aantal onderzoeksvragen speelt daarbij een rol, zoals: Is deze psalm die in Nederland in de geloofsbeleving van velen een grote plaats heeft, ook zo geliefd in Sulawesi bij de GPIL-gemeentes? Krijgt deze psalm een plek in de liturgie en komt het beeld van de Herder via liederen veelvuldig naar voren? Daarnaast gaat Psalm 23 over heel het leven, zo wordt de psalm in Nederland zowel in tijden van rouw als trouw vaak aangehaald. Dat maakt deze psalm geliefd en bekend. Is deze waardering herkenbaar in de context van Sulawesi?
Samen met ds. Vogelaar is een uitgebreid programma opgezet. Zo gaan we bijvoorbeeld voor in diensten in GPIL-gemeenten en wordt er een predikantenconferentie over ons thema gehouden. Ter voorbereiding hebben we literatuur bestudeerd over de geschiedenis van het zendingswerk op Sulawesi.
Bastem
Aan het begin van onze studiereis verblijven we enkele dagen in de streek Bastem. Deze streek ligt in het berggebied rond Palopo. Het is een afgelegen gebied waar wij achter op motoren over paden met grof grind in ruim anderhalf uur naar toe worden gebracht. We beseffen hoe bijzonder het is dat de zendingswerkers daar dagenlang lopen door de bossen voor nodig hadden. We logeren in Tede bij een gezin uit de gemeente in hun huis, wat ons de lokale situatie met beperkte middelen goed laat beseffen. Het is boeiend om een training over de Heidelbergse Catechismus mee te maken. Ds. Vogelaar verzorgde deze training voor ambtsdragers en jeugdleiders uit de omgeving. De ambtsdragers moeten hier vaak de erediensten leiden, bij gebrek aan predikanten. Dat maakt de inhoudelijke toerusting zo belangrijk. De Heidelberger wordt wel in de grondslag van de GPIL genoemd en is al jarenlang in de eigen taal beschikbaar, maar van de 25 aanwezigen wist niemand iets van de inhoud. Het was voor de meesten van hen de eerste keer dat ze met dit voor ons zo bekende belijdenisgeschrift in aanraking kwamen. Daarom is er eerst een historische inleiding, vervolgens een overzicht van de opbouw en daarna volgen handvatten voor een eredienst vanuit de catechismus. De deelnemers ontvangen materiaal met het oog op de toerusting van de kerkenraden en gemeenten. Ds. Vogelaar heeft een mooie reader gemaakt met extra materiaal en verwerkingsmogelijkheden voor tien erediensten rond enkele kernzondagen. Tien predikanten uit Sulawesi hebben hier actief aan mee-geschreven door een voorbeeldpreek te maken en andere suggesties te doen. Mooi als dit tot vrucht mag hebben dat dit belangrijke belijdenisgeschrift hier voor de gemeenteleden opengaat. Het kan hen helpen om hun eigen geloofsverstaan beter te gaan verwoorden.
De training was goed in elkaar gezet, maar de voorbereide powerpoint was niet te gebruiken. Laptop en beamer waren op de motoren meegenomen, maar de stroomaansluiting bij het kerkgebouw kon niet genoeg vermogen leveren voor de beamer. Zendingswerk is soms ter plekke improviseren, maar dat ging onze vriend en broeder goed af.
Eredienst leiden
Op zondag mogen we in twee gemeenten de erediensten leiden. Vanuit onze voorbereiding is dat gericht op Psalm 23. Tot onze verbazing en verrassing blijkt deze psalm uitgerekend voor deze zondag op het preekrooster binnen de GPIL te staan. Zo mogen we in Indonesië verkondigen dat de Heere Zijn kudde verzorgt en beschermt. Zelfs in het dal van de schaduw van de dood is er uitkomst, omdat Jezus Christus als de goede Herder de daad bij het Woord voegde. Hij gaf uit liefde Zijn leven voor zondaren, opdat wij in Hem het leven vinden en daaruit leven. Ds. Vogelaar en zijn vrouw Lourina fungeerden beiden als tolk tijdens de preken en de gebeden. Mooi hoe zij daarin hun talenten en gaven mogen inzetten.
De handdruk door de ouderling van dienst heeft hier een andere vorm. De ouderling van dienst neemt vanuit de consistorie de Bijbel mee de kerk in en overhandigt die daar voor de kansel aan de predikant. Na de dienst wordt deze dan weer teruggegeven. Zo krijgen de voorgangers hier letterlijk ‘het Woord’.
Rongkong
Een volgende reis brengt ons naar Rongkong, waar een predikantenconferentie wordt gehouden met zeven collega’s vanuit de GPIL. Rongkong is ook een afgelegen gebied ten noordwesten van Palopo, een rit van ruim drie uur door de bergen achter op de motoren. Vanaf 1928 heeft evangelist H.J. van Weerden hier het Evangelie gebracht met buitengewone zegen. Vanaf 1946 tot en met 1965 is hier een sterke vervolging van de christenen geweest door de moslims. Na die periode zijn enkele families teruggekeerd, die je als een soort heilige rest kunt beschouwen. Tijdens de conferentie zingen we veel met elkaar. Psalm 23 klinkt. We zingen als Nederlandse predikanten het eerste vers uit de oude berijming. Aansluitend zingen we de drie verzen van de psalm in het Indonesisch mee met onze Indonesische broeders. Op zo’n moment wordt de geloofsverbondenheid met elkaar tastbaar.
’s Avonds gaat ds. Lambang, de voorzitter van de synode van de GPIL, ons voor in een dienst. Verschillende gemeenteleden zijn hierbij aanwezig. Die betrokkenheid treft ons. Ds. Lambang preekt over Psalm 23. Het raakt ons. De tekst wordt op een treffende manier uitgelegd en tegelijkertijd raakt de boodschap aan ons eigen hart en leven.
Het is boeiend om met elkaar het gesprek aan te gaan. Enerzijds is er herkenning. We herkennen bijvoorbeeld de noodzaak om als voorgangers dicht bij de Bron te leven door middel van gebed. Anderzijds is er ook vervreemding. ‘Hoe komt het dat zoveel mensen bij jullie niet meer naar de kerk komen?’ zo vragen onze Indonesische collega’s ons.
Het maakt indruk op ons hoe dankbaar men is voor de ontmoeting met geloofsgenoten uit Nederland. Daarbij speelt sterk het besef dat het Nederlandse zendelingen zijn geweest die het Evangelie hier in het begin van de twintigste eeuw hebben gebracht. Het doet ons vervolgens weer denken aan prof. A.A. van Ruler. Wanneer hij in Utrecht langs het beeld van Willibrord fietste, nam hij uit dankbaarheid voor wat God ons in hem gegeven had, voor Willibrord zijn hoed af. Wat hebt u dat u niet hebt ontvangen?
Ds. L.W. den Boer, ds. B. Jongeneel en ds. J.A.C. Olie
zijn respectievelijk predikant van de hervormde gemeente te Goedereede, Lunteren en Delft.
Volgende week het slot van dit tweeluik, met lessen die in Indonesië zijn geleerd, zowel persoonlijk als voor het leven en geloven van gemeenten in Nederland.