column
Verstrooiing
Al met al ging het de christelijke gemeente in Jeruzalem na Pinksteren bepaald niet voor de wind. Na de uitstorting van de Heilige Geest vallen in de eerste acht hoofdstukken van het boek Handelingen veel donkere slagschaduwen over de gemeente.
Zo was er het bedrog van Ananias en Saffira, de gevangenneming van de apostelen, de steniging van Stefanus, het agressieve optreden van de fanaticus uit Tarsus en dat alles uitmondend in de verstrooiing van de christelijke gemeente.
In de Nederlandse samenleving anno 2011 is ook sprake van verstrooiing van de christenheid, maar wel met een belangrijk verschil. Bij ons is het niet de druk van buiten die de kerk in Nederland uit elkaar slaat, maar de niet aflatende versplintering van binnenuit. De vergaande kerkelijke verdeeldheid binnen het Nederlandse protestantisme maakt dat van een overtuigend kerkelijk spreken naar volk en overheid geen sprake meer is. De kerk in Nederland is door haar innerlijke verdeeldheid weliswaar niet monddood gemaakt, maar wel onverstaanbaar geworden.
Opmerkelijk is de positieve wending die in Handelingen 8 aan de verstrooiing wordt gegeven: ‘Zij dan nu, die verstrooid waren, gingen het land door en verkondigden het Woord.’ Dat wijst ons wellicht ook vandaag een weg om te gaan. Als de kerk in onze Nederlandse samenleving niet meer verstaanbaar is, kunnen we natuurlijk proberen haar stem weer tot klinken te brengen door de scheuren te dichten en de eenheid te herstellen. Maar misschien worden wij als ‘verstrooide’ christenen nu juist geroepen om persoonlijk de stem van het Evangelie te vertolken. Evangelieverkondiging van mens tot mens, door woord en daad.
De wekelijkse samenkomst van de gemeente verliest in dat perspectief dan zeker niet haar waarde, maar wint aan betekenis omdat ze nadrukkelijker komt te staan in het perspectief van de persoonlijke toerusting tot een taak waartoe we in het algemeen niet erg bekwaam zijn.
Handelingen 8 suggereert ook dat evangelieverkondiging in den vreemde spontaner verloopt dan in onze eigen vertrouwde omgeving. Als we de komende maanden tijdens onze vakantie ons geheel vrijwillig over alle hoeken van de aarde laten verstrooien, zouden we de proef eens op de som kunnen nemen.
F.A. van der Duyn Schouten