Waar bent u naar op zoek?

‘Wanneer is het mijn geloof?’

Herman van Wijngaarden
Door: Herman van Wijngaarden
13-01-2022

Jongvolwassenen doen later belijdenis dan vroeger. De vanzelfsprekendheid dat je na de reguliere catechese direct nadenkt over het doen van belijdenis, is er vanaf. Dat roept de vraag op hoe een gemeente contact houdt met de 18+’ers die (nog) niet meedoen met de belijdeniscatechese.

De observatie dat jongeren later belijdenis doen, deed Esther Visser in een artikel dat ze in 2020 schreef in De Waarheidsvriend (nr.39). Een van de predikanten die ze voor haar artikel sprak, vertelde dat hij bijna geen mensen onder de 25 meer op belijdeniscatechese zag verschijnen. In een andere gemeente was de gemiddelde leeftijd weliswaar lager, maar toch nog duidelijk hoger dan 18, namelijk 22/23 jaar. Het is een tendens die de meeste predikanten uit het achterland van de HGJB herkennen. Jongeren ‘hebben langer de tijd nodig om toe te groeien naar belijdenis doen’, aldus Visser. Toch stopt de reguliere catechese in het algemeen op achttienjarige leeftijd. De meeste methoden bieden materiaal voor zes of zeven seizoenen, dus als een tiener op twaalfjarige leeftijd instroomt in de catechese, is hij op z’n achttiende of negentiende ‘klaar’. Waar blijft hij dan als hij niet direct doorstroomt naar de belijdeniscatechese?

Analyse

Als antwoord op deze vraag zijn in veel gemeenten 18+-groepen in het leven geroepen, specifiek voor deze doelgroep: jongeren die de reguliere catechese hebben doorlopen, maar nog niet de stap maken naar de belijdeniscatechese. Enige onwennigheid of verlegenheid hierbij bleef echter aanwezig. Er is geen verzoek vaker bij de HGJB binnengekomen dan de vraag om specifiek 18+-materiaal.

Vorig jaar is daarom een analyse gemaakt van het verschijnsel 18+-groepen. Aan de hand van enquêtes en interviews heeft Sylvia Grondman, student aan de CHE, geprobeerd in kaart te brengen hoe de 18+groepen eruitzien en wat hun eventuele behoeften zijn. Zowel jongeren uit de doelgroep als predikanten en andere catecheten werden bij dit onderzoek betrokken. Dat leverde interessante conclusies op.

Doorleefd

Per definitie gaat het bij de 18+-groepen om jongeren die je ‘enigszins gemotiveerd’ kunt noemen. Als ze achttien zijn, laten jongeren zich niet meer door de ouders verplichten om naar de catechese te gaan. Als ze meedoen met een 18+-groep, kiezen ze daar dus zelf voor. Toch betekent dat niet dat betrokkenheid bij kerk en geloof voor al deze jongeren vanzelfsprekend is. Er zijn er voor wie dat wél geldt, maar er is ook een groep die hierin nog erg zoekend is. Het zouden afhakers kunnen worden… Wat hebben deze jongeren dan gemeenschappelijk? Waarom zijn ze nog niet toe aan het volgen van belijdeniscatechese, maar willen ze wel meedoen met een 18+-groep? Eén predikant verwoordde dat kernachtig zo: ‘Vragen die ik hoor, hebben vaak te maken met: “Wanneer is het nu míjn geloof?”’ Op de catechese hebben ze veel gehoord over het geloof en het is niet zo dat ze daar per se grote twijfels bij hebben. Maar ze willen wel dat hun geloof méér is dan ‘gewoon met de stroom van hun opvoeding meelopen’. Met andere woorden: ze zoeken naar persoonlijk geloof. Sylvia Grondman zegt in haar onderzoek: ‘Het wel of niet aanwezig zijn van doorleefd geloof is voor jongeren respectievelijk de reden óf het struikelblok om belijdenis te doen.’

Relevantie

Voor een deel lijkt dat op de bekende toe-eigeningsvraag, maar het heeft vaak ook te maken met de relevantievraag. Veel jongeren vragen zich eenvou- digweg af: ‘Wat heb ik eigenlijk aan het geloof?’ Of: ‘Hoe kan ik er meer aan hebben?’ Die vraag willen ze serieus onderzoeken, waarbij het antwoord ook zou kunnen zijn: ‘Nou, eigenlijk heb ik er niet zoveel aan.’ Menselijkerwijs gesproken zou dat een oorzaak kunnen worden waardoor ze verder van het geloof komen af te staan.

De relevantievraag komt duidelijk naar voren in de soort onderwerpen waarover deze jongeren het willen hebben. Van de zes categorieën waaruit ze in het onderzoek konden kiezen, staat bovenaan: ‘Persoonlijke vragen’, in de vragenlijst toegelicht met de volgende voorbeelden: ‘Hoe wordt geloven echt iets van mezelf? Hoe kan ik groeien in geloof?’ (Het eerste voorbeeld was overigens opgekomen uit het vooronderzoek. In het eigenlijke onderzoek wilden we deze toetsen). Onderaan stond: ‘Dogmatische vragen, bv. Wat is nou eigenlijk zonde? Wat doet de Heilige Geest?’

Contact

Opvallend is dat de predikanten/catecheten grotendeels dezelfde volgorde noemen: persoonlijke vragen als eerste prioriteit, dogmatische vragen als laatste prioriteit. Sowieso moeten behandelde vragen – of het nou een ethische, apologetische of actuele vraag is – volgens hen gerelateerd worden aan een existentiële vraag van de jongeren zelf. Dus geen vragen waarbij het vooral gaat om het overdragen van kennis, wat in de reguliere catechese veel meer gebeurt. Dat maakt allemaal dat een 18+-groep géén vorm van gewone catechese is en óók geen vorm van belij-deniscatechese of pre-belijdeniscatechese. Een predikant zei: ‘Het gaat mij erom dat ik hen ontmoet, niet zozeer dat ik hen iets wil leren, ook al hoop ik natuurlijk dat ze er wel wat van opsteken. Daarom vraag ik ook niet of ze ter voorbereiding iets willen lezen. Dat doe ik wél in de belijdeniscatechese. Maar in de 18+-groep ben ik al lang blij dat ik contact met hen kan houden.’

Coach

De resultaten van het onderzoek waren niet op alle punten eensluidend. Er zijn jongeren (en predikanten) die vooral zoeken naar verdieping. Verder verschilt onder jongeren de behoefte om het te hebben over actuele vragen als orgaandonatie en racisme. Maar in het algemeen is wel duidelijk dat jongeren ernaar zoeken om hun persoonlijke commitment met het geloof te verstevigen. Daarbij moet overigens niet te veel verondersteld worden. Als het gaat over ‘groeien’ in geloof, kun je er niet van uitgaan dat elke jongere daar bij voorbaat behoefte aan heeft. Het is goed om dan in ieder geval eerst ook de vraag op tafel te leggen: ‘Waarom zou je willen groeien in geloof?’ Ten slotte blijkt ook dat bij het bespreken van de vragen het commitment naar elkaar toe erg belangrijk is. Dat pleit ervoor om de setting van een 18+-groep niet ál te catechese-achtig te maken. In ieder geval moet de catecheet of gespreksleider niet te veel de rol van ‘catecheet’ aannemen. Hij is vooral een soort coach die de jongeren helpt om zelf en met elkaar de relevantie van het geloof te ontdekken.


Re:search – in gesprek over geloven

De HGJB is enkele maanden geleden begonnen met het ontwikkelen van nieuw materiaal voor 18+-groepen, onder de naam ‘Re:search – in gesprek over geloven’. De eerste schetsen zijn al beschikbaar, bijvoorbeeld over ‘Het lijkt of God Zich verbergt’ en ‘Wat heb je aan de kerk?’ Het is de bedoeling dat er elke maand twee nieuwe schetsen bijkomen. Het accent ligt meer op ‘hoe geloof ik?’ dan op ‘wat geloof ik?’. Er is geen vast curriculum, de schetsen (handleiding en werkblad) zijn per stuk te downloaden. Voor meer informatie zie: hgjb.nl/research.

Herman van Wijngaarden
Herman van Wijngaarden