Waar bent u naar op zoek?

blog

Slechts 22 procent van de Nederlanders zegt geïnspireerd te zijn door Jezus

Wondere wijsheid

P.J. Vergunst
Door: P.J. Vergunst
Actualiteit
Kerk
29-01-2024

Wat is schokkender: dat slechts 22 procent van de Nederlanders aangeeft geïnspireerd te worden door Jezus of dat slechts 65 procent van de mensen die zichzelf christen noemt, dit aangeeft? Dat de kerk geen hoge ogen gooit, was bekend, maar deze feiten schokken ons op een andere manier.

Onder 1546 Nederlanders, een representatieve groep, liet de Evangelische Omroep (EO) eind vorig jaar een onderzoek uitvoeren naar de mening over Jezus en het christendom. Voor de komende tien jaar, op weg naar Zijn tweeduizendste sterfjaar in 2033, staat twee keer eenzelfde onderzoek gepland. We dragen als christenen de last dat uitkomsten van dergelijke enquêtes in de laatste vijftig jaar je nimmer opbeuren. Neergang en relevantieverlies van het christelijk geloof komen niet alleen aan het licht in onderzoeksresultaten, maar evenzeer bij Kamerverkiezingen in ons land. Krimp wordt ook zichtbaar in het opheffen van predikantsplaatsen en het sluiten van kerken.

Zoon van God

Opnieuw hebben we uit dit onderzoek geleerd dat Jezus voor onze samenleving aan betekenis ingeboet heeft. Ik merk dat ik deze woorden niet zonder emotie opschrijf. Het raakt je zeer, meer en dieper dan dat de waardepapieren van de christelijke gemeente dalen – al is zij Zijn lichaam en tempel van Zijn Geest. Johannes (1 Joh.4:14) heeft ‘gezien en getuigd dat de Vader de Zoon gezonden heeft als Zaligmaker van de wereld’. Dat beslissende in het belijden aangaande Jezus als de Zoon van God, daaraan gaan velen voorbij, dat is een struikelsteen voor tallozen. Ja, ook in de kerk.

Slechts 69 procent van de mensen die zich christen noemen, ziet Jezus als de Zoon van God. Het betekent dat 31 procent de Twaalf Artikelen niet onderschrijft, de centrale verwoording van het christelijk geloof, die voorafgaat aan allerlei belijdenisgeschriften.

Rechtvaardigheid, eerlijkheid

Het onderzoek van de EO maakt duidelijk dat ons land tegelijk voorbijgaat aan essentiële noties van het christelijk geloof, die in Hem zichtbaar geworden zijn. Als de vraag klinkt in hoeverre Jezus inspireert om bepaalde waarden hoog te houden, spreekt 47 procent over eerlijkheid, 43 procent over rechtvaardigheid, 42 procent over opkomen voor de zwakkeren en 38 procent over naastenliefde. Op de laatste plaats (33 procent) staat vergeving, datgene waarvoor Hij naar de aarde kwam en waarvan heel Zijn optreden een teken is. ‘Maar opdat u zult weten dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde om zonden te vergeven…’ (Luk.5:24), verrichtte Hij Zijn wonderen, de tekenen van het Koninkrijk.

Juist datgene waarvoor Hij kwam – vergeving en verzoening – is in Nederland het minst in aanzien, terwijl we Jezus als bron voor naastenliefde ook niet echt nodig hebben. Voor een kwart van de Nederlanders is het christendom belangrijk, terwijl de interesse in religie in het algemeen 27 procent scoort. Achter deze percentages zie je de levens van miljoenen mensen.

De Heilige

En, wat je niet meer kent, waarvan je het heilige niet meer ziet, daar ga je zomaar mee spotten. Een volgende fase is dat. Ik denk aan het ‘gabberfeest’ dat het Rotterdam Terror Corps, een hard core formatie, enige tijd geleden in de Laurenskerk hield, inclusief een erotisch festijn. Wie denkt – ook al heeft ons kerkgebouw niet dezelfde betekenis als Israëls tempel – niet aan de woorden van Ezechiël (23:38): ‘Zij hebben Mijn heiligdom op die dag verontreinigd en Mijn sabbatten ontheiligd.’ Het hangt alles met elkaar samen: als we de Verlosser niet meer kennen, weten we niet dat Hij de Heilige van Israël (Jes.41:14) heet.

In een column voor hartvanwaddinxveen.nl ging dr. W.M. Dekker op de uitslag van dit EO-onderzoek in. Hij concludeerde dat de impopulariteit van Jezus voor een groot deel de waarheid is van het spreekwoord ‘onbekend maakt onbemind’. Ds. Dekker vervolgt echter met: ‘Maar gelukkig wordt er nog met Hem gevloekt. “Jezus!” hoor je geregeld als stopwoord, bij een gemist doelpunt of grotere stommiteit.’ Hij vreest de tijd waarin Jezus zo onbekend is geworden dat er zelfs niet meer met Hem gevloekt wordt. ‘Zolang er gevloekt wordt, heb ik hoop.’

Hoe kun je als dienaar van de kerk op zo’n schokkende of provocerende wijze reageren, nog wel in een huis-aan-huisblad? Welke theologie draagt deze woorden? Het lasteren van de Naam is een aangrijpende zonde voor de God van Israël, en elke zondag hoort Zijn gemeente dat die Naam niet onverschillig of zinloos gebruikt mag worden. Wie snapt het nog, als dit de stem van de kerk geworden is?

Preken over Zijn lijden

Ondertussen erkennen we beslist dat het spreken over Jezus Christus, over Zijn leven en offer, in onze samenleving moeilijk kan zijn. Tijdens zijn lezing over het thema ‘Waarom vergeeft God niet zomaar?’, vorige maand op de predikantencontio van de Gereformeerde Bond, zei dr. B.J.D. van Vreeswijk: ‘Een opmerking als deze hoor je vaak: “Met Jezus als voorbeeld kan men nog wel iets. Maar dat Jezus moest lijden en sterven om onze zonden te kunnen vergeven, vindt men vaak moeilijk te begrijpen”.’ En, tegen zijn collega’s: ‘Je bent diep onder de indruk van wat Christus voor je gedaan heeft, maar je vindt het lastig om zó over Zijn lijden en sterven te preken dat mensen helemaal mee kunnen maken waarom dat nu nodig is. Je hebt dan ook niet het gevoel dat het echt overkomt.’

Onze cultuur kenmerkt zich door een relativering van de waarheidsvraag en van gezag, van de erkenning van een normatieve autoriteit buiten ons. Weerstand roept dan het exclusieve Zelfgetuigenis van Jezus op, ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven’. Een andere weg tot de Vader is er niet. We beseffen als kerk – op Zijn offer gefundeerd en Zijn Naam dragend – dat we een ander niet overtuigen kunnen. Tegelijk, het is onze hoogste roeping Hem ter sprake te brengen, van Hem te gétuigen.

‘U zult Mijn getuigen zijn’

Ik vind dit ook een kritische vraag naar onszelf. Welke kansen laat ik liggen om in allerlei persoonlijke contacten op Jezus te wijzen, Zijn betekenis voor mij te benoemen? Met verlegenheid of schaamte komen we niet weg. Als de kracht van de Heilige Geest ons deel is, kennen we immers de belofte: ‘U zult Mijn getuigen zijn’, een belofte die tegelijk opdracht is. Het is die Geest Die ons vrijmoedigheid schenkt en op Wie we gelovig een beroep mogen doen.

Het is tevens een kritische vraag naar elke ambtsdrager die als ouderling verantwoordelijkheid draagt voor de zondagse prediking. Is de verkondiging die ik hoor, gericht op of zelfs vol van Christus? Laten we in dit opzicht niet te snel met ons antwoord komen, want zomaar kunnen allerlei thema’s aan de orde zijn zonder dat deze vanuit Hem belicht worden, zonder dat Hijzelf aan ons hart gelegd wordt.

Het is, tot slot, een vraag aan het christelijk onderwijs, een vraag aan leerkrachten en schoolbestuurders die geroepen zijn om kinderen bekend te maken met de enige Naam tot ons behoud. Om Hem ging het ten diepste in de schoolstrijd, die ruim een eeuw geleden in ons land speelde.

Leer aangaande Christus

Waarom staan alle lichten op rood, als ons land weinig meer met Jezus heeft, als aan het licht komt dat een derde van wie zich christen noemt, zich zelfs niet door Hem inspireren laat? Omdat we het Nieuwe Testament de leer aangaande Christus kunnen noemen. Niet zomaar kunnen we dit negeren. Als Zijn lijden, kruis en opstanding voltooid zijn, dan blijft er zwaarder straf over voor wie de Zoon van God vertrapt heeft en het bloed van het verbond onrein geacht heeft (Hebr.10:29).

Nu de lijdensweken dichtbij komen, benadrukken we echter als eerste Jezus’ liefde voor Zijn kerk, Zijn bereidwilligheid om de zonde te dragen, een weg waarin Hij tot zonde gemaakt werd, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem. Tot verootmoediging en stille aanbidding leidt dit:

’k Zie U, God zelf, in eeuwigheid geprezen,
tot in de dood als mens gehoorzaam wezen,
in onze plaats gemarteld en geslagen,
de zonde dragen.

De boodschap van het kruis roept ergernis op. Zelfs met de beste uitleg krijgt ons verstand het niet op een rij dat wij alleen behouden worden doordat Iemand onze zonden op Zich nemen zou, dat God ze in Hem zou straffen. Op Golgotha is dat toch gebeurd. Een beslissende overwinning, die alle duistere machten te schande maakte. Hoe tragisch is een samenleving ontwikkeld als een overgroot deel de relevantie van Jezus niet meer ziet, van Hem Die alle macht in hemel en op aarde ontving? En hoe versterkt dit mijn roeping om getuige van Zijn liefde te zijn?

Het kruis als sterkte

Paulus stimuleert ons om Christus, de gekruisigde, te preken. Hij weet én heeft het ervaren dat hemelse en menselijke wijsheid botsen, en dat we in het geloof ons overgeven mogen aan de wijsheid van God. Om mee te kunnen zingen:

Laat mij, o Heer, Uw wondre wijsheid prijzen,
dwaasheid en ergernis voor wereldwijzen,
laat mij Uw kruis dat sterken zwakheid noemen
als sterkte roemen.

Geïnteresseerd in meer lezenswaardige artikelen? Neem een jaarabonnement (€ 53). Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-!

P.J. Vergunst
P.J. Vergunst

is hoofdredacteur van De Waarheidsvriend.