Waar bent u naar op zoek?

Nooit los van elkaar

ds. J. Muller
Door: ds. J. Muller
25-05-2023

De Heilige Geest doet Zijn werk in stilte, zonder gerucht. Hij doet Zijn werk in het verborgene. Hij eist geen publiciteit voor Zichzelf op, maar richt de aandacht enkel op de Vader en de Zoon. Hij schijnt van Zichzelf af en laat het licht vallen op de Vader en de Zoon, opdat zij verheerlijkt worden.

Het geloof beweegt zich langs de heilsfeiten. Met Kerst horen we dat God Zijn Zoon zendt: ‘Zie, de maagd zal zwanger worden en een Zoon baren, en u zult Hem de Naam Immanuel geven; vertaald betekent dat: God met ons.’ (Matt.1:23) Met Pasen horen we dat Christus, nadat Hij stierf voor onze zonden, is opgestaan tot onze rechtvaardiging en heiliging: God voor ons. Met Pinksteren horen we van de vervulling met de Heilige Geest: God in ons. Hoe verhoudt zich dit alles?

Van de Vader en de Zoon

In de Vroege Kerk wees Augustinus op het eigene van de Heilige Geest: Hij ging uit van de Vader en van de Zoon. We horen de Heere Jezus in het Johannesevangelie aan de ene kant zeggen: ‘Maar de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zal in Mijn Naam’ (Joh.14:26) en aan de andere kant zegt Hij: ‘Maar wanneer de Trooster is gekomen, Die Ik u zenden zal van de Vader’ (Joh.15:26). Achter het heilsfeit van Pinksteren staat het ‘zenden’ van de Geest, zowel door de Vader als door Christus.

Elke zondag belijden we het geloof in de drie-enige God: de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Van God de Vader belijden we dat Hij onze Schepper is, van God de Zoon dat Hij onze Verlosser is en van de Heilige Geest dat Hij onze Heiligmaker is. Tegelijk belijden we dat als er Eén in de wereld werkt, ze dan allemaal werken. Niet alleen de Vader schept, maar ook de Zoon en de Heilige Geest (zie Gen.1:1-2; Joh.1:1-3).

In deze gemeenschappelijke werking zijn de drie Personen van de drie-eenheid niet als een commissie die verschillende dingen doet om gezamenlijk hetzelfde doel te bereiken. Ieder doet het werk volgens Zijn persoonlijke hoedanigheid. De Vader werkt vanuit Zichzelf, de Zoon werkt vanuit de Vader en de Geest en de Geest werkt vanuit de Vader en de Zoon. Dus wat de Heilige Geest doet, wordt ook gedaan door de Vader en de Zoon. De Geest, Die met Pinksteren wordt uitgestort, is de Geest Die eeuwig van de Vader en de Zoon uitgaat. Er is geen ‘meerder’ van de Geest, want Hij neemt het uit Christus. Hij spreekt niet uit Zichzelf. Hij bindt Zich aan het Woord van de drie-enige God.

Van, in en door Christus

De teksten over de Heilige Geest in het Johannesevangelie leren ons nog meer over de relatie tussen Christus en de Geest. Allereerst leggen deze teksten over de Heilige Geest, als de Parakleet, de nadruk op wat Christus doet door de Geest (Joh.14:26; 15:26-27; 16:7-15). De Geest is de Geest van Christus, Die door Hem wordt verworven, en ook gezonden of gegeven.

Christus staat achter het werk van de Geest. Hij is Degene Die handelt. En Hij is het Die door de Geest verheerlijkt wordt.

Daarnaast is er in het Nieuwe Testament een andere lijn: wat de Geest doet in en door Christus. Christus wordt door de Geest in de wereld gebracht. Op Christus daalt de Geest neer. Hij kwam in de wereld doordat Hij ontvangen werd uit de Heilige Geest. Hij verrichtte wonderen door de kracht van de Geest. Alles wat Christus was en deed, was en deed Hij door de Geest. Het leven van Jezus is ondenkbaar zonder de Geest. Oftewel: ‘God met ons’ en ‘God voor ons’ zijn ondenkbaar zonder de Heilige Geest. ‘Wanneer de Geest niet erkend wordt als de Geest van Christus, maar als Iemand Die eigen wegen gaat, dan hebben we het niet meer over dezelfde Geest’ (dr. M.J. Kater). Christus en de Geest zijn en blijven twee onderscheiden Personen, maar ze horen onlosmakelijk bij elkaar. En wel zo innig dat je moet zeggen: wie Christus heeft, heeft de Geest; en wie de Geest heeft, heeft Christus. Wie de Geest van Christus niet heeft, die heeft Christus niet, die behoort Hem niet toe. Maar wie de Geest heeft, die deelt in wat Christus verworven heeft door Zijn kruis en opstanding: vergeving en eeuwig leven. Die heeft toekomst.

Schijnende lantaarn

Wij belijden met de geloofsbelijdenis van Nicea te geloven in de Heilige Geest, Die Heere is en levend maakt, Die van de Vader en de Zoon uitgaat. Achter Hen gaat Hij schuil. Dan is Hij in Zijn element. Om samen met het oog op de Vader en de Zoon God te zijn. Hij voltooit het goddelijke Huisgezin. Hij vervolmaakt, vervult het werk van de Vader en de Zoon. Het is opvallend hoe vaak Lukas dit woord ‘vervullen’ gebruikt: de dag van het pinksterfeest wordt vervuld, het huis wordt vervuld, de discipelen worden vervuld. De Heilige Geest maakt vol van God.

Met zondag 20 belijden we dat de Heilige Geest samen met de Vader en de Zoon eeuwig God is. In dat woord ‘samen’ zit ook de betekenis dat de Heilige Geest Zich op dezelfde manier aan ons bekendmaakt als de Vader en de Zoon. Hoe dan? Hoe is de Heilige Geest God in ons? Samen met de Vader en de Zoon. Nooit los van elkaar. Iemand die met een fel schijnende lantaarn in het donker loopt, blijft zelf onzichtbaar zolang hij van zichzelf afschijnt. Maar hoe onzichtbaar de persoon met de lantaarn mag zijn, zijn werk is wel ontzettend belangrijk. Hij geeft licht, zodat de weg gezien en bewandeld kan worden. Zo is de Heilige Geest bezig.

Bijzondere toerusting

Nadat Christus is heengegaan naar Zijn Vader, zendt Hij de Geest. Petrus horen we zeggen: ‘Hij dan, Die door de rechterhand van God verhoogd is en de belofte van de Heilige Geest ontvangen heeft van de Vader, heeft dit uitgestort wat u nu ziet en hoort.’

(Hand.2:33) Met Pinksteren ontvangen de discipelen de Geest in een volheid en overvloed die zij eerder niet kenden. Het woord ‘uitstorten’, dat Petrus gebruikt, wijst daarop. Het is een vervuld worden met de Heilige Geest.

Wat houdt dat vervuld worden in? Bij Lukas houdt dat een bijzondere toerusting om te getuigen in (Luk.24:49). Ook in Handelingen 1:8 vinden we dit verband tussen het getuige-zijn en het ontvangen van de Heilige Geest. Dat lezen we in Handelingen 2:4: ‘En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen te spreken in andere talen, zoals de Geest hun gaf uit te spreken.’ De vervulling met de Heilige Geest is duidelijk gericht op het spreken (vs.4) alsook op het horen (vs.11). De christelijke gereformeerde theoloog dr. L. Floor geeft aan dat dit spreken in andere talen op het terrein ligt van het gebed. Het verschil tussen Handelingen 2 en 1 Korinthe 12 en 14 (over de gaven, waaronder die van talen, zie p.10) ligt in de toevoeging ‘andere’ bij talen. We hebben dus in Handelingen 2 met iets unieks te maken. Dit unieke teken verschilt van de glossolalie (tongentaal), dat hoort bij het unieke heilsfeit van de uitstorting van de Heilige Geest (J.P. Versteeg). Dit spreken in andere talen en horen in de eigen taal wordt gevolgd door de prediking van Petrus. Maar hoewel het spreken in andere talen en het horen in de eigen taal indruk maakte onder de hoorders, was het Petrus’ preek van het Woord die de bekering van de drieduizend bewerkte.

Beheerst door de Geest

Dr. A. Noordegraaf schrijft dat in Handelingen 2 de pinkstergeschiedenis uitmondt in de schildering van het gemeenteleven. In Handelingen is de Heilige Geest ook de Geest Die het nieuwe leven werkt dat zich openbaart in de gemeente. Het gemeenteleven is een direct gevolg van het werk van de Heilige Geest. In Handelingen valt er echter grote nadruk op de toerusting door de Heilige Geest om de grote werken van God te kunnen verkondigen.

Paulus belicht een andere invalshoek van de vervulling: wie met de Geest vervuld is, wordt door de Geest beheerst. ‘De vervulling met de Heilige Geest betekent dus, dat iemand door de Geest beheerst wordt, geheel door de Geest in beslag genomen is, volledig door de Geest gebruikt en geleid wordt.’ (dr. L. Floor) De Geest is de Geest van Christus. Het geloof in Christus en het leven uit Hem vormen de weg om met de Geest vervuld te worden.

Het gevolg hiervan is dat de vervulling met de Geest slechts in de gemeenschap met Christus wordt ontvangen. Hoe meer Christus ons leven is, hoe meer de Geest beslag legt op ons leven, ons beheerst en leidt en wij ‘vol’ zijn van de Heilige Geest. Zo werkt Hij in ons. Dit vraagt om een aanhoudend gebed om met de Geest vervuld te worden (Luk.11:13).

ds. J. Muller
ds. J. Muller