Aan zijn al omvangrijke oeuvre voegde emeritus hoogleraar dr. A. van de Beek recent een nieuwe titel toe: 'Bevrijding. Een kleine geschiedenis van de wereld'. Een gesprek in twee delen met een spraakmakend theoloog over Jezus, de aard van de verzoening, de taak van de kerk en nog veel meer.
In het werk van dr. Bram van de Beek is de Vroege Kerk nooit ver weg. Een van de theologen die in Van de Beeks christologie een grote rol speelt, is de kerkvader Athanasius, de bisschop van Alexandrië, die zich in zijn strijd tegen Arius – die ontkende dat de Zoon dezelfde goddelijke natuur had als de Vader – sterk maakte voor die ene letter verschil tussen homoousios en homoiousios.
Is die ene letter nu echt zo belangrijk?
‘Die ene jota? Ja, die maakt het verschil. Het verschil zit erin dat homoiousios ‘van een gelijk wezen’ betekent en homoousios ‘van hetzelfde wezen’. In homoiousios zit dus een vergelijking. De vraag is dan: is Jezus wel echt God? Maar als de orthodoxie het over God heeft, dan gaat het over Jezus. Dat is precies Zijn identiteit: Hij is presentie van God.
Gebruik je homoiousios, dan heb je al een godsbeeld. Dan weet je hoe de Vader is, en als je dan Jezus zegt, ga je vergelijken: Jezus is ook God. Dat betekent dat je in feite een abstract godsbeeld hebt. Niemand kent de Vader, niemand heeft ooit in de hemel gekeken, dus je creëert een godsbeeld, en daar voldoet Jezus dan aan. En voor Athanasius is het heel duidelijk: er is maar één God, namelijk Degene Die we zien in Jezus Christus.
De vraag of het Jezus Christus is in Wie we God kennen, werkt door in de hele theologie. ‘Niemand komt tot de Vader dan door Mij’ en ‘Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.’ Dat is eigenlijk de kern bij Athanasius.
Het is niet zo dat we al weten wie God is.
"*" geeft vereiste velden aan